publicatie

Spanning april 2012 :: Franse verkiezingen: Neemt links het roer over?

Spanning, april 2012

Franse verkiezingen:

Neemt links het roer over?

Tekst: Tiny Kox en Tijmen Lucie Foto: © Albert Facelly / Hollandse Hoogte

Op 22 april aanstaande vindt de eerste ronde van de Franse presidentverkiezingen plaats (de tweede ronde is op 6 mei). Naar verwachting zal de strijd gaan tussen de zittende rechtse president Nicolas Sarkozy en de sociaal-democraat François Hollande. Outsiders zijn de extreemrechtse Marine Le Pen en de kandidaat van het Links Front Jean-Luc Mélenchon.

Het Franse kiessysteem verschilt in een aantal opzichten van het Nederlandse. Zo is Frankrijk een republiek, met een president als staatshoofd. De president beschikt over veel meer macht dan onze koningin. Hij heeft onder meer de bevoegdheid om de premier en ministers te ontslaan en hij mag het parlement ontbinden. Daarnaast worden de vertegenwoordigers van de Nationale Vergadering (te vergelijken met de Tweede Kamer) rechtstreeks door de bevolking gekozen, voor een periode van vijf jaar.

Voor verkiezingen van de Nationale Vergadering kent Frankrijk een meerderheidsstelsel met twee ronden. Voor dit doel is Frankrijk ingedeeld in 577 kiesdistricten. Per district neemt één kandidaat zitting in de Nationale Vergadering. Tijdens de eerste ronde worden alleen diegenen gekozen die een absolute meerderheid van meer dan 50 procent van de stemmen hebben gehaald, op voorwaarde dat de opkomst ten minste 25 procent is. Wanneer in een kiesdistrict niemand is gekozen, vindt een week later een tweede ronde plaats.

De president wordt sinds 2002 voor een periode van vijf jaar rechtstreeks door de bevolking gekozen. Ook de presidentsverkiezingen vinden in twee ronden plaats. Wanneer een kandidaat in de eerste ronde geen absolute meerderheid haalt, vindt twee weken later een tweede ronde plaats tussen de twee kandidaten met de meeste stemmen.

Hollandes zestig-puntenplan

Eind februari kwam de Franse sociaal-democratische presidents-kandidaat François Hollande met een plan om de topinkomens in Frankrijk (boven de 1 miljoen euro) met 75 procent te belasten. Dat zou het hoogste tarief in Europa zijn. Volgens het onderzoeksbureau TNS Sofres steunt 61 procent van de Fransen het idee.

Het was niet de eerste keer dat deze sociaal-democratische politicus met een radicaal idee naar buiten kwam om de economische crisis aan te pakken. Eind januari lanceerde hij al een 60-puntenplan om Frankrijk uit het slop te trekken. Een aantal van deze voorstellen juicht de SP van harte toe.

Dit zijn de tien belangrijkste punten.

  • Behoud van de publieke status van ondernemingen waarvan de staat de grootste aandeelhouder is. Daarbij wordt de Europese Unie verzocht om een richtlijn betreffende de bescherming van de openbare diensten vast te stellen.
  • De activiteiten van banken die nuttig zijn voor investeringen en de werkgelegenheid scheiden van hun speculatieve activiteiten. Concreet betekent dit een verbod voor de Franse banken om in belastingparadijzen te werken, het aanpakken van giftige financiële producten die speculanten verrijken en de economie bedreigen, het aan banden leggen van bonussen, het verhogen van de winstbelasting van banken met 15 procent, invoering van een belasting op alle financiële transacties en een Europees publiek ratingbureau.
  • Wegwerken van het Franse begrotingstekort van 5,2 procent in vijf jaar. Om dit doel te bereiken zullen de belastingvoordelen en de meerdere belastingvrijstellingen die sinds tien jaar aan de hogere inkomens en aan de grote bedrijven zijn verleend, worden afgeschaft. Deze hervorming zal helpen om 29 miljard euro aan extra inkomsten binnen te halen.
  • Heronderhandeling van het Europese begrotingspact van 9 december 2011, waarin de lidstaten gedwongen worden om te snoeien op de overheidsuitgaven om hun begroting op orde te krijgen. De EU moet niet alleen bezuinigen, maar juist investeren in groei en werkgelegenheid. De Europese Centrale Bank moet een grotere rol krijgen en garant staan voor alle schulden in de eurozone. Daarnaast moeten euro-obligaties uitgegeven worden om de stabiliteit in de eurozone te herstellen.
  • Een verhoging van het belastingtarief naar 45 procent voor inkomens boven de 150.000 euro. Ook zullen aftrekposten van meer dan 10.000 euro per jaar afgeschaft worden.
  • Al degenen die 60 jaar zijn en die al hun dienstjaren hebben bijgedragen hebben per direct recht op pensioen naar vol tarief voor deze leeftijd.
  • Verhogen van de werkloosheidsbijdrage van bedrijven die misbruik maken van werk dat niet loont. Daarnaast een toetsing voor ondernemingen met meer dan 500 werknemers, waarbij gekeken wordt naar de kwaliteit van werkgelegenheid en arbeidsomstandigheden.
  • Een generatiecontract voor het in dienst nemen van personeel door bedrijven en een contract van onbepaalde duur voor jongeren, die begeleid worden door een meer ervaren werknemer die hiermee tot aan zijn pensioen van zijn baan is verzekerd.
  • In vijf jaar tijd 60.000 extra banen in het onderwijs, op alle vakgebieden. Voor iedereen komt er een waardige basisopleiding.
  • Overleg met de sociale partners voorafgaand aan elke wetstekst die hen aangaat. Bovendien zal de aanwezigheid van de vertegenwoordigers van de werknemers in de raden van bestuur en in de beloningscommissies van de grote bedrijven mogelijk gemaakt worden.

Het Links Front

Jean-Luc Mélenchon (1951) is de presidentskandidaat van het Links Front (Front de Gauche). Hij heeft het traditioneel zwaar versplinterde linkerdeel van de Franse politiek weten te verenigen. Het Links Front bestaat sinds de verkiezingen voor het Europees Parlement in 2009, waarbij de goed gebekte Mélenchon een zetel haalde. Hij zit sindsdien in dezelfde fractie als SP’er Dennis de Jong (Verenigd Links/Scandinavisch GroenLinks). Eerder was Mélenchon lid van de Franse Socialistische Partij. Hij zat voor die partij jarenlang in de Senaat en was enkele jaren minister. Nu is hij een belangrijke concurrent van François Hollande. Recente peilingen geven Mélenchon 14 procent van de stemmen, waarmee hij de extreemrechtse Marine Le Pen in populariteit voorbijstreeft.

Mélenchon gaat voor de linkse proteststem. Zelf werd hij populair als voorman van het verzet tegen de hervorming van het Franse pensioenstelsel. Hij geldt als een groot criticaster van het neoliberalisme, dat volgens hem zowel Frankrijk als de Europese Unie in zijn greep heeft, tot grote schade van de sociale en democratische samenleving. Mélenchon heeft een stevig programma, waarmee hij linkse mensen aanspreekt. Hij wil een radicale herverdeling van de rijkdom en een einde aan de groeiende sociale ongelijkheid. Het sociaal minimum moet omhoog, de lonen ook en er moet een maximumsalaris komen. Banken en financiële markten mogen, als het aan hem ligt, niet langer de dienst uitmaken. Ze moeten weer dienstbaar gemaakt worden aan de samenleving. Als het nodig is, wil hij daarvoor bepaalde banken en bepaalde grote ondernemingen nationaliseren. Het bestuur van ondernemingen moet worden gedemocratiseerd en Frankrijk mag van hem uit de NAVO. Frankrijk moet zich inzetten om de koers van de globalisering te veranderen. Hij wil Frankrijk en Europa bevrijden van het juk van het Verdrag van Lissabon en manieren zoeken om Europa anders en socialer te organiseren. Ook Frankrijk wil hij reorganiseren, hij wil een Zesde Republiek, waarin de president minder en het parlement meer macht heeft. In alles wat ondernomen wordt, moet volgens Mélenchon en het Links Front ‘de mens vooropstaan’.

Mélenchon zegt dat hij nu al gewonnen heeft, omdat onder zijn druk Hollande en ook Sarkozy moeten toegeven dat de hoogste inkomens meer belasting moeten gaan betalen om de sociale ongelijkheid te verkleinen. In de eerste ronde, van 22 april, hoopt het Links Front zo hoog te scoren dat er daarna onderhandeld kan worden met de Socialistische Partij over de voorwaarden waaronder Mélenchon zijn kiezers zal oproepen François Hollande te steunen. Die is naar verwachting op 6 mei, als de tweede ronde plaatsvindt, de tegenkandidaat van Nicolas Sarkozy.