publicatie

Spanning april 2012 :: Boxmeer: Principes boven pluche

Spanning, april 2012

Boxmeer: Principes boven pluche

Na de verkiezingen van 2010 spraken de gemeenteraadsfracties van SP, CDA en LOF af een nieuw gemeentebestuur te vormen in het Brabantse Boxmeer. Samen zouden zij zorgen dat de gemeente haar sociale gezicht zou houden. Ook als er moeilijke tijden zouden aanbreken, door landelijke bezuinigingen. Er werd hard gewerkt om deze belangrijke belofte aan de Boxmeerse bewoners waar te maken. Totdat de coalitiepartners CDA en LOF een streep zetten door die afspraak. Dat pikte de SP niet. Einde coalitie, want voor de SP in Boxmeer zijn principes belangrijker dan pluche.

Tekst: Tiny Kox Foto: SP Boxmeer

Werk moet lonen

De wethouders van CDA en LOF (Lokale Onafhankelijke Fractie) wilden mensen uit de bijstand langdurig aan het werk zetten, zonder hen echter daarvoor het wettelijk minimumloon te betalen. Dat vond de SP-fractie, gesteund door haar eigen wethouder Dick Schaap, absoluut niet sociaal. ‘Werk moet lonen, ook in Boxmeer’, was het uitgangspunt, meldde SP-fractievoorzitter Winfried Bosters aan de overige partijen in de gemeenteraad: ‘We hadden samen in het coalitieprogramma in 2010 afgesproken de minst draagkrachtige inwoners van Boxmeer te beschermen. Zo’n belofte maakt schuld, volgens ons. Maar niet meer volgens CDA en LOF. We zijn daarover teleurgesteld en boos.’

Sociale werkvoorziening bedreigd

Boos zijn Bosters en de zijnen ook over de dreigende kaalslag in de sociale werkvoorziening. Daar werken veel mensen uit Boxmeer die geen plek kunnen vinden op de arbeidsmarkt. De regering wil enorm bezuinigen op deze voorziening. De werknemers pikken dat niet en voeren actie, met steun van de vakbond en de SP, met Emile Roemer voorop. De Boxmeerse socialisten sluiten zich daarbij aan. Dick Schaap: ‘Om de sociale werkvoorziening tegen die kaalslag te beschermen, moeten we samenwerken met de andere gemeenten in de regio, en slimme verbindingen maken met andere uitvoeringsterreinen om de grote verliezen op de sociale werkvoorziening te beperken. Samen sta je sterker, vinden wij. CDA en LOF willen echter dat Boxmeer dat zoveel mogelijk in z’n eentje doet. Dat is onverantwoord. Dat bedreigt het werk van mensen die het zo hard nodig hebben.’

Werken onder minimumloon: onaanvaardbaar

De SP liet er geen misverstand over bestaan dat de plannen van CDA en LOF onaanvaardbaar waren. Het conflict werd in alle openheid onder de aandacht van de bevolking van Boxmeer gebracht. Met berichten in de krant, uitleg op de radio en natuurlijk ook eigen flyers voor de Boxmeerse inwoners. Die reageerden over het algemeen positief op de opstelling van de SP in de gemeenteraad. Tweehonderd mensen zetten op een zaterdag in het centrum van de Brabantse gemeente hun solidariteitshandtekening onder een oproep ‘Boxmeer sociaal te houden’.

Ondertussen verhardde de opstelling van de andere wethouders zich. Ook de burgemeester van Boxmeer koos partij voor CDA en LOF in plaats van boven de partijen te staan. Dat bleek toen de gemeenteraad in vergadering bijeenkwam om zich over het hoogopgelopen conflict uit te spreken. Burgemeester Van Soest weigerde wethouder Schaap het woord te geven over de omstreden plannen, hoewel het Schaaps eigen portefeuille was. Door ingrijpen van de SP-raadsfractie kreeg Schaap alsnog de kans uit te leggen waarom werken onder het minimumloon betekent dat CDA en LOF Boxmeer niet langer sociaal willen houden. Een motie van de SP om wél betaling van het wettelijk minimumloon te gunnen aan mensen die uit de bijstand aan het werk gaan, werd echter door een meerderheid van de gemeenteraad verworpen.

Leden achter fractie en wethouder

Kort daarop werd een extra SP-ledenvergadering bijeengeroepen. Die oordeelde unaniem dat door de opstelling van CDA en LOF de basis onder het gemeentebestuur verdwenen was. Unaniem stond men ook achter de weigering van de SP-fractie en wethouder Schaap om asociale maatregelen te nemen. Gezien de onoverbrugbaarheid van het verschil met de andere coalitiepartijen besloot de ledenvergadering om wethouder Dick Schaap uit het gemeentebestuur terug te trekken en CDA en LOF te vragen hetzelfde te doen, zodat de gemeenteraad kan kijken of er een nieuw gemeentebestuur gevormd kan worden.

De plaatselijke en regionale media besteedden veel aandacht aan het conflict. Ook landelijke pers maakte melding van het uiteenvallen van de Boxmeerse coalitie. Dat had alles te maken met het feit dat Boxmeer de woonplaats is van SP-leider Emile Roemer. Tien jaar geleden was Roemer de eerste SP-wethouder in de Oost-Brabantse gemeente. De door hem gevormde coalitie was een dusdanig succes dat de SP de verkiezingen erop won en nogmaals tot het gemeentebestuur kon toetreden. Tot nu toe. De plaatselijke SP’ers hebben meteen na het vallen van het gemeentebestuur de bevolking van Boxmeer tekst en uitleg gegeven, onder de kop: ‘Wilt u dat Boxmeer zijn sociale gezicht verliest?’ Afdelingsvoorzitter Theo Weenink zegt in het pamflet aan de bevolking: ‘We hopen dat u ons besluit begrijpt. En nog fijner is het als u onze beslissing steunt en met ons zegt: laat Boxmeer zijn sociale gezicht houden. Uw steun is nodig want het gaat er nu om spannen.’

En nu?

Weenink: ‘De volgende gemeenteraad zal moeten beslissen hoe het verder moet in Boxmeer. Wij willen een gemeentebestuur dat Boxmeer sociaal houdt. Als een meerderheid van de gemeenteraad, met CDA en LOF, daar niet voor kiest, dan gaan wij de komende jaren in de oppositie. Samen met zoveel mogelijk inwoners van Boxmeer zullen we dan proberen slechte maatregelen zo lang mogelijk tegen te houden.’

Fractievoorzitter Bosters: ‘We hebben nu tien jaar in het gemeentebestuur gezeten. Dat was niet gemakkelijk. Maar het was ook de moeite waard. Er zijn heel wat zaken verbeterd. We hebben ook compromissen moeten sluiten. Dat kan niet anders, als je met andere partijen bestuurt. Maar onze principes, daar staan we voor. Die zijn belangrijker dan een plek in het gemeentebestuur.’

Ook elders gaan principes voor

Tekst: Tijmen Lucie

De SP in Boxmeer heeft laten zien hoe belangrijk onze ideologische principes zijn. Natuurlijk betekent regeren compromissen sluiten, maar als je aan je achterban niet meer kunt uitleggen waarom je een bepaald beleid steunt, is de maat vol.

Hennie Hemmes, wethouder in Pekela, kan zich volledig vinden in de beslissing die ze in Boxmeer hebben genomen. ‘Ik vind het heel goed dat ze een grens hebben gesteld. Mensen die nu een bijstandsuitkering hebben langdurig laten werken onder het minimumloon is ook voor mij onbespreekbaar. Wij hebben hier in Pekela eveneens met een aantal maatregelen te maken die ons vanuit Den Haag worden opgelegd, zoals de nieuwe bijstandswet, de gezinsinkomenstoets en bezuinigingen op de Wet Sociale Werkvoorzieningen (WSW). Gelukkig zitten wij in een links college, met een linkse gemeenteraad en hebben we een coalitieakkoord gesloten waarin goede afspraken zijn gemaakt over het minimabeleid en de Wet op de Maatschappelijke Ondersteuning (WMO). Dit zijn voor ons als SP Pekela essentiële punten waar wij niet op zullen toegeven.’

Toch zegt Hemmes dat het een moeilijke beslissing is om uit het college te stappen. ‘Je geeft dan wel de zeggenschap weg. Wanneer een andere partij jouw plek overneemt sta je aan de zijlijn.’

Ook Riet de Wit, wethouder in Heerlen, is het met haar collega’s in Boxmeer eens. ‘Werken voor minimumloon is voor ons een vereiste. Principes gaan voor het pluche. Zo stapte de SP in Heerlen in 2004 ook uit het college, omdat afspraken over opvang van verslaafden niet werden nagekomen door het CDA. Op zo’n moment moet je als partij principieel zijn en een streep trekken.’ Toch spreekt de Wit niet graag over breekpunten. Je moet altijd proberen om tot oplossingen te komen. Dreigen met breken of daadwerkelijk uit een college stappen moet je bewaren voor principiële kwesties die raken aan het gedachtegoed van de SP. Zij geeft aan dat het soms verstandiger is om minder zware kwesties – waar je het eigenlijk mee oneens bent – niet op de spits te drijven. Zo stemde de SP-fractie in Heerlen onlangs in met het verlengen van de cafétijden, omdat een van de coalitiepartijen met een breuk dreigde als dit niet zou worden doorgevoerd.

De Wit is echter duidelijk in waar voor haar de grens ligt: ‘Ik kan niet iets doen wat ik niet kan uitleggen. Ik ben niet aan het pluche gehecht. Als het moet, kan ik ook ander werk gaan doen. Wel is het zo dat wij in Heerlen de grootste partij zijn en dat gegeven brengt een grote verantwoordelijkheid met zich mee. Dat betekent dat je een leidende rol vervult bij de coalitiebesprekingen en een grote verantwoordelijkheid draagt voor de stabiliteit van het bestuur van je stad. Maar wanneer wij beleid moeten gaan voeren dat in strijd is met onze principes blijven wij niet zitten.’