publicatie

Tribune 01/2001 Het wordt een grote ramp

Tribune 19 januari 2001 Het wordt één grote ramp

De toekomst van het vmbo is eigenlijk al weer voorbij

'Dankzij mij heeft mijn oma een verzorgde oude dag,' lachen olijke tieners in het Postbus 51-spotje dat het gloednieuwe Voorbereidend Middelbaar Beroeps Onderwijs moet promoten. 'Maar er is weinig reden tot lachen,' voorspelt rector Ben van der Hilst. 'Het vmbo wordt één grote ramp.' Een gesprek over veel te moeilijke leerwegen, hordes uitvallers en een mavo die maar niet wil ophouden mavo te zijn.

Het voorbereidend beroepsonderwijs (vbo) kampt al jaren met een kwalijke naam. Er kleeft het imago aan van leerlingen die te dom zijn voor de mavo, van agressieve etterbakjes en van hen die leren gewoon vertikken. De vuilnisbak van het voortgezet onderwijs kortom, waar ouders hun kinderen het liefst zo ver mogelijk vandaan willen houden. Bovendien sluit de opleiding nauwelijks aan bij het mbo (middelbaar beroepsonderwijs). Daarom werd op het verantwoordelijke ministerie besloten om vbo en mavo samen te smelten tot een hoogwaardige, beroepsgerichte voorbereiding op het mbo. Op dit vmbo zou met ingang van de aanstaande zomer zestig procent van de leerlingen in het voortgezet onderwijs terechtkomen. Omgerekend is dat ruim een half miljoen tieners.

De voorbereidingen zijn inmiddels al in volle gang. In plaats van vbo en mavo wordt een geheel nieuwe structuur van leerwegen ingesteld. De oude mavo heet daarin 'de theoretische leerweg.' Net als vroeger kunnen leerlingen doorstromen naar het mbo en de havo.

Tekst Christine de Vos Foto's: Suzanne van de Kerk

'De overheid is té laf om de structuur van de scholen aan te pakken. Ook Adelmund heeft het niet aangedurfd'

'Nog voor de daadwerkelijke invoering loopt de hele reorganisatie gigantisch in de soep,' zegt Ben van der Hilst, rector van het Amsterdamse Amstellyceum. 'De overheid is té laf om de structuur van de scholen aan te pakken. Dat zag je tien jaar terug ook bij de transformatie van brugklas naar basisvorming. Alle 12-jarigen moesten de eerste twee jaar hetzelfde onderwijs volgen, daarna werd pas uitgeselecteerd. Het was niet alleen een slecht idee, omdat de kennisverschillen in die leeftijdsgroep al erg groot zijn, de omvorming werd ook nog eens ad hoc uitgevoerd. Dankzij een sterke en zeer succesvolle lobby wist het categoraal gymnasium destijds buiten de fusies te blijven. Wat grote onzin is, want fuseren is fuseren. Er is geen enkele reden om een witte eliteschool, die geen enkele onderwijskundige betekenis heeft, apart te houden.'

Het vbo is volgens Van der Hilst van hetzelfde laken een pak. 'Het moet samengaan met de mavo, maar scholengemeenschappen mogen mavo wel als naam blijven voeren en mavo-scholen op aparte locaties blijven huisvesten. Wat ze natuurlijk graag doen, vanwege de onderlinge concurrentiestrijd om leerlingen binnen te halen. Op het moment dat de verdeling in soorten scholen volledig is scheefgegroeid, gaat de overheid dereguleren en decentraliseren. Dus gaan schoolbesturen elkaar nu bestrijden op oneigenlijke gronden: op structuur in plaats van op kwaliteit. In de beeldvorming van ouders is mavo een hogere opleiding dan vmbo-theoretisch. Die wordt zodoende al opgeheven, voor het goed en wel van start gaat. De scheiding wordt nog eens extra versterkt, doordat scholengemeenschappen de mavo op dezelfde locatie als de havo en het vwo huisvesten. Zo zijn we terug bij af! Mavo blijft mavo en de overige leerwegen van het vmbo zijn voor de leerlingen die de mavo niet aankunnen. De structuurdiscussie is taboe verklaard. Dat was al zo onder Netelenbos en Adelmund heeft het evenmin aangedurfd om echt de bezem door het onderwijs te halen. Omdat het gymnasium de betere havo/vwo leerlingen afroomt, zijn de brede scholengemeenschappen helemaal niet bereid om de mavo af te stoten. De mavo is het categoraal gymnasium van het vmbo.'

'Het vmbo wordt vermeden. Ouders willen liever dat hun kind de mavo doet, ook omdat dat beter klinkt op de tennisbaan'

De helft van het beoogde aantal vmbo-leerlingen zal in het nieuwe model op de mavo zitten. Van wie een heleboel ten onrechte, vindt Van der Hilst. 'Niet alleen de leerlingen van de theoretische leerweg gaan naar de mavo, ook de leerlingen van de gemengde leerweg en de kader beroepsgerichte leerweg (die hoort voor te bereiden op beroepsopleidingen tot automonteur en elektrotechnicus) blijven weg bij het vmbo. Aangezien de leerlingen voor wie deze leerwegen eigenlijk bedoeld waren, in grote getale op de mavo zitten, kan het vmbo de prachtig geoutilleerde, maar bijkans lege praktijklokalen sluiten. Scholen – blij dat ze de leerling hebben weten binnen te halen – zullen de oneigenlijke mavo-scholieren desnoods na een of twee keer dubbelen aan een diploma helpen.'

Het aantal leerlingen dat op de mavo een of meer keren blijft zitten, is enorm. In oktober vorig jaar legde SP-Kamerlid Harry van Bommel al bedroevende cijfers voor aan staatssecretaris Adelmund. Meer dan de helft van de mavo-scholieren doubleert minimaal één keer. 'Het vmbo wordt vermeden, omdat teveel de indruk bestaat dat deze opleiding geen perspectieven biedt. Ouders willen liever dat hun kind de mavo doet, ook omdat dat beter klinkt op de tennisbaan,' schreef Van Bommel aan de staatssecretaris. De afvallers zijn door de negatieve leerervaring buitengewoon gedemotiveerd en hebben ook nog eens de juiste voorbereiding op een beroepsgericht vak gemist.

'Alles wordt een graadje moeilijker. Leerlingen die het vbo wel haalden, stranden straks al in de bbl'

Maar het is niet alleen een imagoprobleem. Diverse onderzoeken hebben al uitgewezen dat het vmbo voor veel leerlingen te moeilijk is, vanwege het hoge theoretische gehalte van alle leerwegen. Ben van der Hilst: 'Zelfs op de basis beroepsgerichte leerweg (bbl) – vroeger het individueel voorbereidend beroepsonderwijs (i-vbo), de meest praktijkgerichte van de vier – krijgen ze maar twee praktische vakken. Engels en Nederlands zijn niet eens toegesneden op het toekomstige werkveld van de kinderen, zoals zorg of techniek. Het bbl is bedoeld om scholieren op te leiden tot assistent-automonteur of bijvoorbeeld assistent-administratief medewerker. Alles is een graadje moeilijker dan het eerst was. Veel leerlingen die in de oude situatie het vbo wel halen, stranden straks al in de bbl.'

Ze lopen dan de kans terecht te komen in het speciaal- of praktijkonderwijs, voor kinderen met leer- en opvoedmoeilijkheden. Dit schooltype is weer te makkelijk, want de kloof tussen bbl en praktijkonderwijs is reusachtig. Bovendien zitten daar leerlingen met psychische en sociale problemen, terwijl de gemankeerde bbl'er alleen niet uit de voeten kan met boekenwijsheid, maar misschien prima handwerk verricht. In het nieuwe stelsel kan deze groep massaal het Leerweg Ondersteunend Onderwijs bevolken, dat eigenlijk bedoeld is als bijspijkermogelijkheid voor leerlingen in elke tak van het vmbo. Bijvoorbeeld wanneer ze dyslectisch zijn, of uit een ander land komen en een taalachterstand hebben. Die ondersteuning slibt nu dicht en dreigt een soort vijfde leerweg te worden. In het kader van de concurrentiepositie zullen scholen niet snel geneigd zijn extra geld te stoppen in leerwegondersteuning. In plaats van de faciliteiten te vergroten, loert het gevaar dat onderwijsinrichtingen hun toelatingseisen gaan verhogen. Want de scholen die nog wél 'probleemgevallen' opnemen, zullen onaantrekkelijk worden. Voor ouders, leerlingen en docenten.

'Steeds verder gemarginaliseerde vmbo-scholen zullen vooral in de grote steden hun docenten massaal zien vertrekken'

In het gehele onderwijs bestaat al een schrijnend deficit aan leerkrachten, binnen het vmbo is dit tekort nóg groter. 'Ja doei,' zegt een pas afgestudeerde Neerlandica als haar gevraagd wordt een paar uur per week les te geven aan een v(m)bo-klas. 'Ik wil docent zijn, geen bewaker.'

'Steeds verder gemarginaliseerde vmbo-scholen zullen vooral in de grote steden hun docenten massaal zien vertrekken,' voorspelt Van der Hilst. 'Deels door vergrijzing – de vmbo-leraar is gemiddeld drie jaar ouder dan zijn collega op mavo, havo of vwo – maar meer nog door de verlokking van een rustige baan op een beschaafde, witte school. Ook de rectoren op brede scholengemeenschappen houden vrijwel zonder uitzondering kantoor op de havo/vwo-locatie en hebben heel weinig op met de beroepsopleidingen.'

Desinteresse is het lot van het vmbo-onderwijs. Ook vanuit de politiek. Van der Hilst: 'Van links tot rechts hebben de partijen deze kwestie laten liggen. Het Studiehuis en de Tweede Fase kregen in de Tweede Kamer en de media maximale aandacht, terwijl de problemen hier véél groter zijn. Dat is wat ik de Ons Soort Mensen-factor noem. Tot de ernst van de situatie eindelijk tot de Tweede Kamer doordringt, moeten scholen eerst onderling proberen de ramp af te wenden.'

De leerwegen in het vmbo

  1. Theoretische leerweg. (Vroeger: mavo-d niveau). Zes vakken. Doorstroom mogelijkheid: mbo en havo, mits pakket met wiskunde en tweede vreemde taal.
  2. Gemengde leerweg. (Vroeger mavo-c). Vijf vakken d-niveau + 1 vak praktijkgericht. Doorstroommogelijkheid: mbo, mogelijk – maar nog niet zeker – ook havo.
  3. Kader beroepsgerichte leerweg. (Vroeger vbo = mavo b-niveau). Vier vakken c-niveau + 2 vakken praktijkgericht. Doorstroommogelijkheid: mbo-opleidingen voor vak- en middenkader.
  4. Basis beroepsgerichte leerweg. (Vroeger i-vbo = mavo a-niveau). Vier vakken b-niveau + 2 vakken beroepsgericht. Doorstroommogelijkheid: mbo basis beroeps-opleidingen.

SP-Kamerlid Harry van Bommel:

'Over tien jaar bestaat het vmbo niet meer'

'Zoals het er nu naar uitziet zal het vmbo over tien jaar niet meer bestaan. Als de overheid niet werkelijk wil aanpakken wat aangepakt moet worden, wordt het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs een vergaarbak voor probleemleerlingen. Het probleem is dat de kader beroepsgerichte leerweg uit de spotlights raakt. Terwijl het juist het paradepaardje van het nieuwe schooltype moest worden. Het zou slimmer zijn als de gemengde leerweg ook gericht blijft op het mbo, zodat de kader beroepsgerichte leerweg weer aantrekkelijker wordt. De theoretische leerweg is afdoende als doorstroommogelijkheid naar de havo. Dat gebeurt slechts met vijftien procent van de mavo-leerlingen, het gros gaat naar het mbo. De gemengde leerweg eveneens toelating te laten bieden tot de havo gaat ten koste van de beroepsgerichte leerwegen en blijkt ook niet nodig. In plaats van hen een worst voor te houden, zou er een vmbo moeten komen dat werkelijk recht doet aan beroepsgericht onderwijs.'

Inhoud

  • Nieuws: Het Binnenhof / Aktie / Bulletin Board
  • Column Jan Marijnissen: Niet dreigen maar aftreden
  • De nieuwe belastingwet is per 1 januari van kracht geworden. Miljarden 'smeergeld' moeten -ervoor zorgen dat iedereen erop vooruitgaat. Maar is dat wel zo? En profiteren niet opnieuw het meest de mensen die 't het minst nodig hebben?
  • De hongerstaking in Turkije: ‘We zijn nu zóver gekomen, dat we niet zomaar opgeven’
  • Succesvol wielrenner Peter Winnen is nu succesvol schrijver. Wat zijn vroegere collega's van zijn pennevruchten vinden, weet hij niet. Wel dat het thema -doping nog steeds taboe is. 'Zelfs als je het alleen maar bespreekbaar wilt maken, ben je al de klos.'
  • 'Het vmbo wordt één grote ramp,' voorspelt rector Ben van der Hilst. Het voorbereidend middelbaar beroepsonderwijs kampt met een imagoprobleem én blijkt veel te moeilijk. Ondertussen toont de politiek geen enkele belangstelling.
  • Als de 'vriendschap' van Willem Alexander met Máxima zich volgens de verwachtingen ontwikkelt, is Jorge Zorreguieta binnenkort 'koninklijke schoonvader'. Hoe fout is die man?
  • Samen met nieuwe Revu-verslaggever Bert Voskuil bezocht Kamerlid Agnes Kans de nachtopvang voor daklozen in Haarlem. Het ene verhaal dat ze in de grote zaal van de Slaaphoek te horen krijgt is nog triester dan het andere.