publicatie

Tribune 02/2000: Hoe slim, machtig (en dominant) is Keizer Karel?

Tekst Rob Janssen

Mister Fixit en Keizer Karel, zijn bijnamen duiden al aan dat Karel Aalbers handig en machtig is. Dat klopt. Met behulp van de politiek en het bedrijfsleven ‘regelde’ de veelbesproken voorzitter van de Arnhemse eredivisieclub Vitesse een ultramodern theaterstadion van 160 miljoen gulden en wist het binnen twee jaar bijna ongemerkt aan zijn keizerrijk toe te voegen. Hoe speelde hij dat klaar?

‘Vitesse moet een win-bedrijf worden, een voetbalclub nieuwe stijl. Vitesse bouwt een wereld om u heen en gaat voor een geheel nieuwe voetbalcultuur in Nederland zorgen. De eenwording tussen Vitesse en stadion Gelredome is binnen handbereik. Wij willen eigen baas zijn. En wij willen winnen.’ Die woorden sprak Vitesse-voorzitter Karel Aalbers begin dit jaar tijdens de nieuwjaarsreceptie van zijn club. Tegelijkertijd ontvouwde de preses nóg meer plannen voor de toekomst: een eigen televisiezender, compleet met studio (Vitesse TV), een reisbureau (Vitesse Travel) en ‘tal van aanvullende evenementen, diensten en voordelen voor de fans’. Een jaar eerder had hij, ook tijdens een nieuwjaarstoespraak, het machtige (Britse) Manchester United al als zijn grote voorbeeld genoemd. Simpele conclusie: de ambities van Aalbers zijn grenzeloos.

Toen het Gelredome in 1998 geopend werd (kosten: 160 miljoen gulden), waren vriend en vijand unaniem in hun mening: het is een van de mooiste stadions ter wereld. En met zijn schuifdak, uniek klimaatbeheersingssysteem en uitschuifbaar veld zeker ook een van de modernste. Nadat hij in de jaren tachtig van de noodlijdende eerstedivisieclub Vitesse een Nederlandse subtopper had gemaakt, was opnieuw een lang gekoesterde droom van Karel Aalbers uitgekomen.

Vanaf najaar 1998 sloeg het weer langzaam om. De prille glans van het Gelredome begon snel af te nemen

Jarenlang had de voormalig juwelier bij banken, bedrijven en politici gelobbyd voor de komst van een provinciaal ‘evenementencentrum’ in de Gelderse hoofdstad. Naast voetbalwedstrijden zouden er popconcerten, opera-uitvoeringen, indoor-motorsportspektakels en dergelijke kunnen gaan plaatsvinden. Een hypermodern en multifunctioneel stadiontheater als ‘internationaal uithangbord’ voor de provincie, dat zag destijds ook commissaris van de Koningin Jan Terlouw wel zitten. Dus werd in 1996 begonnen met de bouw. De financiële middelen kwamen onder meer van: provincie en banken (leningen), geldschieters – founders – uit het bedrijfsleven (o.a. NUON, OHRA, K&B Events en Vitesse) en Europese subsidies. Bovendien verstrekte de provincie Gelredome een vrijwel renteloze lening van 25 miljoen, plus een extra tegemoetkoming van vijf miljoen.

Het begon dus allemaal veelbelovend. De openingsceremonie van het Gelredome was een gigantisch spektakel met een laser- en vuurwerkshow en een optreden van Marco Borsato. Niet lang daarna zouden ook de Spice Girls en de Backstreet Boys hun opwachting in de trots van Gelderland maken. En als klap op de vuurpijl eindigde Vitesse in 1998 op de derde plaats in de eredivisie; het beste clubresultaat ooit. Ineens stond Arnhem weer op de kaart. Wereldsterren wisten de Rijnstad nu te vinden en spoedig zouden ook Europese topclubs af en aan reizen. En dat allemaal dankzij ‘Keizer Karel’. Veel Arnhemmers vonden het daarom niet meer dan logisch dat goldenboy Aalbers – naast zijn voorzitterschap van Vitesse – ook zitting nam in de directie van het Gelredome.

Maar toen sloeg het weer langzaam om. Vanaf najaar 1998 begon de prille glans van de arena snel af te nemen. Naast optredens van Bruce Springsteen en Céline Dion en een uitvoering van de opera Aïda, gebeurde er weinig meer in het prestigieuze stadiontheater. Het duurde niet lang of de tweewekelijkse thuiswedstrijden van Vitesse waren er de enige ‘evenementen’. Loek van de Pavert, directeur van entertainmentbedrijf en Gelredome-‘founder’ K&B Events, zou zorgdragen voor de beloofde festiviteiten, maar tekenend genoeg trad hij op 1 maart 1999 in dienst bij Vitesse. Vervolgens duurde het bijna een jaar voordat er met de Friese popgroep De Kast weer een topact naar het Gelredome kwam. Intussen draaide het stadiontheater zware verliezen.

Door de machtshonger en wellust van Aalbers is de evenementenfunctie anderhalf jaar lang opzettelijk ondermaats gehouden

Karel Aalbers zat er blijkbaar niet mee. Integendeel. In november vorig jaar liet hij weten het slechtlopende Gelredome wel te willen kopen. Voor Vitesse. ‘Want,’ zo vertelde hij tegen het Algemeen Dagblad, ‘clubs die daadwerkelijk een basis willen hebben om de top te bereiken, moeten hun huis in eigen beheer hebben.’ Gelredome-mededirecteur Guillaume Keulen en Dan Huesmann, commissaris van het stadion, legden daarop hun functies neer. Keulen had destijds (mede namens Aalbers) de deur platgelopen bij provincie en gemeente om het stadiontheater van de grond te krijgen. Dat Vitesse het alleenrecht op het Gelredome zou krijgen kon hij niet verkroppen. En Huesmann vertelde in het VPRO-radioprogramma Argos, dat Aalbers het stadion ‘bewust onrendabel had gehouden’ om de overname door Vitesse te vergemakkelijken. Volgens Huesmann was de evenementenfunctie anderhalf jaar lang ‘opzettelijk ondermaats’ gehouden en viel alles te wijten aan ‘de machtshonger en hebzucht van Karel Aalbers’.

‘Bewijzen zijn er niet, maar het heeft inderdaad verdacht veel weg van een vooraf opgesteld scenario,’ zegt Paul Freriks van de Gelderse SP-Statenfractie. ‘Alles lijkt er vanaf het begin op gericht te zijn geweest, dat Aalbers het Gelredome vroeg of laat in handen zou krijgen. Kijk maar eens naar de boterzachte voorwaarden waaronder de provincie de lening van 25 miljoen verstrekte.’

Voor NUON is Vitesse een wandelend reclamebord en het Gelredome een uitgelezen accommodatie om zich internationaal te presenteren

Keulen en Huesmann waren trouwens niet de eersten in de stadionorganisatie die hun biezen pakten. Ex-mededirecteur Hans Schraders hield het vlak na de opening (in maart 1998) al voor gezien en tientallen anderen volgden hem. Zij zagen geen heil meer in de toenemende dominantie van (Vitesse en) Aalbers. Eind vorig jaar waren zo’n beetje alle obstakels uit de weg geruimd: niets stond de overname van het stadion door Aalbers nog in de weg. Aanvankelijk zou energiemaatschappij NUON, hoofdsponsor van Vitesse en belangrijkste geldschieter van het Gelredome, de aankoop financieren. Gezien de financiële risico’s zag het miljardenbedrijf daar echter toch maar van af. Er was namelijk een ‘goedkopere’ optie: een fusie tussen Vitesse en Gelredome. De provincie Gelderland had – mede op aandringen van de SP-Statenfractie – laten weten dat de destijds verstrekte lening van 25 miljoen volledig en per direct teruggeëist zou worden als het Gelredome verkocht werd. Maar in geval van een fusie konden de leningen van zowel provincie als banken gewoon doorlopen.

‘De droom van Karel Aalbers komt niet uit.’ kopten de regionale dagbladen daags na het afketsen van de overname van het stadion door Vitesse. Maar wie de daadwerkelijke consequenties van de fusie bestudeert komt tot een andere conclusie.‘Of het nu een overname, een koop of een fusie wordt zal me worst wezen,’ verklaarde Aalbers onlangs tegenover de Vitesse-sponsors. Gelijk heeft hij. Mister Fixit zwaait immers de scepter bij Vitesse én het Gelredome. Uiteindelijk krijgt hij dus toch zijn zin. In de nieuwe situatie heeft NUON, als belangrijkste geldschieter, weliswaar een dikke vinger in de pap, maar de plannen van de energiereus zullen door Aalbers met open armen ontvangen worden. Voor NUON is Vitesse een wandelend reclamebord en het Gelredome is voor het bedrijf een uitgelezen accommodatie om zich internationaal te presenteren. Vooral met het oog op het komende EK. ‘Wij denken dat we geld kunnen verdienen aan Gelredome, het is een fantastisch concept,’ bevestigde NUON-woordvoerdster F. Verdeuzeldonk in de Arnhemse Courant. NUON gaat dan ook miljoenen guldens uittrekken voor onder meer de uitbreiding van het stadion tot 30.000 zitplaatsen. Verder betaalt NUON de club die al vaker in de schulden zat jaarlijks acht miljoen als shirtsponsor.

De verstrengelingen tussen provincie, NUON en Gelredome maken het er niet duidelijker op

NUON krijgt dus een steeds essentiëlere rol in het Gelredome. Saillant detail: de provincie Gelderland is voor ongeveer 40 procent eigenaar van NUON. SP’er Paul Freriks: ‘Ik vrees dat de Gelderse burgers zich gaan afvragen waar het ophoudt. Eerst Vitesse sponsoren en nu via gas en licht het Gelredome. De verstrengelingen tussen provincie, NUON en Gelredome maken het er niet duidelijker op.’

Zo is NUON-topman Tob Swelheim een oude bekende van Aalbers (zie kader) en zit hij tevens in de Raad van Commissarissen van het Gelredome. Oud-commissaris der Koningin Jan Terlouw is zelfs voorzitter van die Raad en de huidige commissaris der Koningin Jan Kamminga is weer lid van de Raad van Commissarissen van NUON. Laatstgenoemde leidde nota bene de fusieonderhandelingen tussen NUON en Vitesse.

Paul Freriks: ‘De provincie dient alleen nog voor het goedkoop aflossen van de lening door Gelredome en het financieren van NUON. Voor NUON is dat een ideale situatie, want het is een vrij risicoloze manier van financiering. De Gelderse burgers staan immers garant.’

Inmiddels zijn de eerste concrete gevolgen van de fusie Vitesse/Gelredome al zichtbaar. Wie op Internet de website van Gelredome wil bezoeken, heeft sinds kort pech gehad. Binnen twee tellen word je namelijk automatisch doorgestuurd naar de officiële site van Vitesse. Informatie over muziek, cultuur of theater vind je daar overigens nauwelijks.

Karels kroonjuwelen

Juwelierszoon Karel Aalbers (1949) uit Arnhem werd in 1984 voorzitter van de toen nog onbeduidende voetbalclub Vitesse. Hij leidde de club niet alleen naar de subtop maar zorgde er ook voor dat de begroting binnen vijftien jaar vervijftigvoudigde (!) tot 50 miljoen gulden. Vitesse kan zich daarmee langzaamaan gaan meten met PSV, Feyenoord en Ajax. Afgelopen jaar haalde hij steraanvaller Pierre van Hooijdonk en publiekslieveling Ronald Koeman als hoofdtrainer naar Arnhem.

Maar bij voetbal bleef het niet. Eind jaren tachtig zet hij de Aalbers Consultancy Group (AEC) op. In deze handelsonderneming gingen plotseling honderden miljoenen om toen Aalbers zich na de val van de Muur op de Russische markt stortte. Hij werd dikke maatjes met Boris Jeltsin en mocht zich al snel ‘honorair consul’ in Oezbekistan noemen. De rampzalige situatie van de gezondheidszorg in de voormalige Sovjet-Unie bracht Aalbers op het lucratieve idee om medicijnen van Cuba naar Rusland te verhandelen. In Cuba leerde Aalbers ook NUON-topman Tob Swelheim kennen, die

in Havana mogelijkheden voor diverse energie-projecten onderzocht. In 1997 vermeldde de US-Cuba Trade & Economic Council Aalbers’ AEC nog steeds als huurder van La Lonja del Comercio, een soort Kamer van Koophandel. In Nederland is AEC het moederbedrijf van diverse firma’s met uiteenlopende activiteiten. Onlangs werd Aalbers door het Griekse bouwbedrijf Alte S.A. benaderd om als adviseur op te treden bij de bouw van een ultramodern voetbalstadion in Piraeus.

Inhoud

  • Nieuws: Het Binnenhof / Aktie / Bulletin Board
  • Column Jan Marijnissen: Over belastingen
  • ‘Boor de Biesbosch niet de grond in’  Brede actie tegen proefboringen in Nationaal Park de Biesbosch.
  • Joop Visser maakt zich kwaad over het studiehuis. ‘Wat nou veertien vakken zelfwerkzaamheid, je hebt toch ook niet veertien vakken gymnastiek?’
  • Mister Fixit en Keizer Karel: zijn bijnamen duiden al aan dat Karel Aalbers handig en machtig is. Hoe de voorzitter van Vitesse een ultramodern stadion wist te ‘regelen’.
  • Onevenwichtig en onrechtvaardig  ‘Hoe legt het kabinet uit dat iemand die hard werkt over 1000 gulden maximaal 520 gulden belasting betaalt, terwijl iemand die 1000 gulden winst boekt via aandelenspeculatie maar 12 gulden belasting betaalt?’
  • Te zot voor woorden! Joop van den Ende wil op de Nederlandse televisie pleegkinderen in de aanbieding doen. Een ideaal middel om het tekort aan pleeggezinnen weg te werken? ‘Dat tekort is er eigenlijk niet,’ zegt organisatieadviseur voor de jeugdzorg Daan Wincke. ‘Het tekort ligt bij de jeugdzorg.’