publicatie

Spanning, juli/augustus 2005 :: Steeds meer links met links in Europa

Spanning • juli/augustus 2005

Steeds meer links met links in Europa

De SP werkt in Europa steeds meer samen met linkse partijen en organisaties. In het Europees Parlement maken we deel uit van de confederale groep van Verenigd Links. Bij bijeenkomsten van het losse ‘Nieuw Europees Links Forum’ zijn vaak SP-vertegenwoordigers present. Goede contacten worden onderhouden met de Scandinavische Groen-linkse alliantie, waarin partijen uit Noorwegen, Zweden, Finland, IJsland en Denemarken samenwerken. Ook met het zuiden zijn steeds meer contacten: rond het referendum over de Europese Grondwet is bijvoorbeeld veel samengewerkt met linkse organisaties in Frankrijk. Ook met oost en west nemen de contacten toe. Tiny Kox, SP-senator en lid van de Raad van Europa, doet verslag van de ontwikkelingen in Engeland, waar linkse dissidenten in Labour het moeilijk hebben, en in Duitsland, waar een nieuwe Linkse Partij juist in de lift zit.


Moeilijke tijden voor links in Engeland

Labour regeert in Engeland, maar de koers van minister- president Tony Blair is regelrecht neoliberaal te noemen. Hoe veranderen we dat, en maken we van Blairs New Labour weer ‘Real Labour’? Daarover bogen zich half juli in Londen enkele honderden linkse Labourleden.

Amper een week voordat Links Labour bij elkaar kwam, waren in Londen tientallen mensen omgekomen tijdens de grootste terroristische aanslag die Engeland ooit getroffen heeft. Die gebeurtenis bepaalde de stemming in grote mate. Rechts schreeuwt om nog hardere maatregelen tegen ‘de’ terroristen en Labourleider Blair lijkt als zo vaak gevoelig voor die pressie. Onder zijn leiding is de Labourpartij de afgelopen jaren op alle terreinen ingrijpend hervormd, zijn veel kritische leden uit hun posities verwijderd en wordt met argusogen gekeken naar degenen die zich nog wél verzetten tegen de verregaande verrechtsing van de ooit zo trotse linkse arbeiderspartij.

De critici van Blair kwamen bijeen onder de vleugels van het ‘Labour Representation Committee’, dat zich gesteund weet door enkele tientallen dissidente Labour-parlementariërs, een aanzienlijk aantal bestuurders van Britse vakbonden, en raadsleden en activisten uit het hele land. Wat hen bindt, is de afkeer van Blairs neoliberale politiek. Sommigen zeggen zelfs dat de Labourpremier een rechtsere koers vaart dan de Tories, de conservatieven in het Britse parlement, ooit hadden durven doen.

Veel linkse partijen, en weinig eenheid

Veel kiezers hebben de buik vol van Blair, maar toch is hij dit jaar met Labour als winnaar uit de parlementsverkiezingen gekomen. Dat heeft alles te maken met het Engelse kiesstelsel, dat degene met de meeste stemmen in een kiesdistrict in verregaande mate bevoordeelt boven de overige partijen. Daardoor heeft Labour met een minderheid van de uitgebrachte stemmen en vier miljoen stemmen minder dan bij de vorige verkiezingen toch een comfortabele meerderheid in het Britse Lagerhuis. De afnemende steun voor Blair is voor zijn critici wel een belangrijk argument om de bakens weer naar links te verzetten.

Dat dit nodig is, daarvan is ook Tony Benn overtuigd. Benn is bijna tachtig jaar, maar nog steeds hét boegbeeld van links in Labour. Hoewel hij in 2001 na tientallen jaren dienst het Britse parlement verliet (in de jaren zestig en zeventig was hij zelfs lid van het Britse kabinet), geldt hij nog steeds als één van de meest geliefde én omstreden politici van Engeland. Hij is voorzitter van de Stop the War-coalitie die zich verzet tegen Blairs oorlogspolitiek in Irak. Volgens Benn maakt het niet uit of linkse mensen zich binnen óf buiten Labour organiseren - áls ze maar iets doen en niet bij de pakken neerzitten. Linkse mensen moeten – aldus Benn –benadrukken dat in plaats van steeds verdergaande liberalisering juist meer democratisering van de samenleving nodig is.

Deze opvatting wordt gedeeld door John McDonnell, voorzitter van het Labour Representation Committee. Omdat McDonnell populair is in zijn eigen kiesdistrict, is Blair er nog niet in geslaagd deze linkse plaaggeest kwijt te raken, die binnen en buiten het Lagerhuis de strijd aangaat met de regering die in naam van zijn eigen partij is. McDonnell geldt als één van de meest geharnaste tegenstanders van de antiterrorismewetgeving van de regering Blair. Die maakt het mogelijk om steeds meer burgerrechten aan de kant te zetten en mensen zelfs voor onbepaalde tijd zonder proces op te sluiten. Volgens McDonnell worden burgers daar de dupe van, terwijl terroristen toch hun gang kunnen blijven gaan.

McDonnell hoopt dat de komende tijd meer mensen in verzet komen tegen de politiek van Blair. Daarbij wil hij samenwerken met critici die zich buiten de Labour-partij aan het organiseren zijn. Engeland telt tal van kleine linkse partijen, die het mede door het districtenstelsel zonder landelijke volksvertegenwoordigers moeten stellen, maar vaak veel strijdlust weten te ontwikkelen bij buitenparlementaire activiteiten. Sommige van deze linkse groepen zijn ook aanwezig op de bijeenkomst van kritische Labourleden in Londen.

Hoewel er goede contacten zijn, blijft verdeeldheid links in Engeland kenmerken. ‘Het heeft geen zin te geloven dat je de Labourpartij van koers kunt veranderen’, zeggen vertegenwoordigers van de Verenigde Socialistische Partij, een nieuwe loot aan de toch al volle stam van Engels links. Zij hebben hun hoop gevestigd op samenwerking van onderop, onder andere gebaseerd op positieve ervaringen met recente acties van Britse havenwerkers, maar stellen electoraal nog niet veel voor. Ook zij onderkennen dat verdeeldheid domineert in plaats van eensgezindheid. Tijdens acties kan weliswaar vaak goed worden samengewerkt met linkse dissidenten in Labour, maar een aansprekend alternatief voor Blairs Labour is nog niet in zicht.

En dus wordt er in Engeland op dit moment vooral veel gepraat over het formuleren van een alternatief voor het beleid van New Labour: terugdraaien van de uitverkoop van de publieke sector, harder aanpakken van de veelverdieners en bovenal terugtrekken van de Britse soldaten uit Irak. John McDonnell: ‘Het is intellectuele onzin net te doen alsof de bomaanslagen die Engeland nu treffen niks te doen hebben met de Britse militaire aanwezigheid in Irak en onze opstelling in het Israëlisch-Palestijnse conflict. Zo goed als de bomaanslagen in Engeland volstrekt verwerpelijk zijn, zo geldt dat ook voor ons optreden in Irak. Mr. Blair, haal onze troepen terug!’ l

Graag meer contact met de SP

Linkse dissidenten binnen Labour willen graag meer contact met hun geestverwanten in de SP. De rol die de SP heeft gespeeld in het referendum over de Europese Grondwet heeft in Engeland veel indruk gemaakt, lieten John McDonnell and Tony Benn weten aan SP-senator Tiny Kox, die op 16 juli als gastspreker optrad op de bijeenkomst van het Labour Representation Committee. De contacten met linkse politici in Engeland zijn niet nieuw: in de anti-oorlogsdemonstraties tegen de Amerikaans-Britse inval in Irak stonden SP-Kamerleden Harry van Bommel en Krista van Velzen schouder aan schouder met linkse Labourparlementariërs als Jeremy Corbyn. En ook tijdens het Europees Sociaal Forum vorig jaar in Londen wisselden linkse politici uit Nederland en Engeland ervaringen uit. In Schotland kijkt de Schotse Socialistische Partij met belangstelling naar de groei van de SP. Doordat Schotland wel een kiesstelsel van evenredige vertegenwoordiging kent, zijn de socialisten er hier wél in geslaagd om naast Labour in het parlement te komen.


Wordt de nieuwe Linkse Partij de derde partij van Duitsland?

Als op 18 september onze oosterburen naar de stembus gaan, is er de kans dat de nieuwe ‘Linkse Partij’ als derde partij van Duitsland tevoorschijn komt. Het bijzondere bondgenootschap van linkse Duitsers uit het oosten én het westen van het land kan daarmee dé verrassing worden van 2005. Een ontwikkeling die twee jaar geleden nog ondenkbaar was.

Zomer 2003. De Partij van het democratische socialisme in Duitsland, kortweg PDS, worstelt met een groot dilemma. Terwijl de partij in het oosten één van de grootste partijen is, lukt het niet om tevens enige aanhang te krijgen in het westen van het land. Die tegenstelling heeft er in 2002 toe geleid dat de PDS niet de kiesdrempel van vijf procent voor de Bondsdag heeft gehaald. Daardoor resteren nu nog slechts twee leden in het Duitse parlement, die rechtstreeks gekozen zijn in de hoofdstad Berlijn. Bij gemeenteraadsverkiezingen zijn wel her en der zetels behaald, maar de kans op een algemene doorbraak lijkt halverwege 2003 vooralsnog minimaal. Duitsers in het westen vertrouwen de op Oost-Duitse stemmen gebaseerde partij gewoon niet.

Om landelijk invloed te krijgen zal de PDS hoe dan ook moeten groeien in het westen van Duitsland. Maar als de PDS zich volledig op het westen van het land richt, kan dat wel eens ten koste gaan van haar grote aanhang in het oosten, voor wie de PDS de enige belangenbehartiger is. Op eigen kracht het westen veroveren lijkt ondoenlijk. Eigenlijk zou er een nieuwe partij in het westen moeten komen, die daar haar eigen wortels ontwikkelt. Maar je kunt toch geen ‘tegenpartij’ in het westen oprichten? PDS-voorzitter Lothar Bisky heeft in de zomer van 2003 heel wat te puzzelen. Hij belooft zijn partij er alles aan te zullen doen het dilemma op te lossen en de terugkeer van de PDS als echte fractie in de Bondsdag mogelijk te maken, zo vertelt hij aan een SP-delegatie die hem die zomer in Berlijn bezoekt.

Ondertussen daalt de steun voor de regeringscoalitie van de sociaal-democratische SPD en de Groenen. De aantrekkingskracht van SPD-bondskanselier Gerhard Schröder en zijn groene vice-kanselier Joschka Fischer vervliegt. Deelstaatverkiezingen gaan verloren en de coalitie verliest daarmee gaandeweg ook haar meerderheid in de Duitse Landsdag, een soort Eerste Kamer. De coalitie dreigt verlamd te raken: linkse kiezers zijn boos op Schröders ‘Agenda 2010’, een politiek programma dat hard ingrijpt in de sociale voorzieningen.

Schröder forceert vervroegde verkiezingen

Mei 2005. Als in de grootste Duitse deelstaat Nord-rhein-Westfalen de stemmen zijn geteld, blijkt het verval van de regering eens te meer. De meerderheid van de linkse kiezers is zijn vertrouwen kwijt in de politiek van Schröder. Een groot deel van hen blijft thuis, waar rechts van profiteert. Minder dan één procent is de schamele oogst voor de PDS. Twee keer zoveel stemmen haalt het westerse ‘kiezersalternatief voor sociale gerechtigheid’ (WASG), van vooral vakbondsmensen die hun vertrouwen in Schröder hebben verloren. Zelfs bij elkaar geteld halen de twee linkse alternatieven veel te weinig stemmen om bij landelijke verkiezingen de Bondsdag te kunnen halen. Het is duidelijk: apart boezemen ze de kiezers geen vertrouwen in.

Die constatering wordt acuut als Schröder besluit de vlucht vooruit te kiezen. In plaats van af te wachten hoe zijn aanhang nóg verder afkalft en hoe christen-democraten en liberalen hem in de Landsdag nóg verder de duimschroeven aandraaien, organiseert hij de val van zijn eigen regering en daarmee van vervroegde verkiezingen voor de Bondsdag in september. De sluwe vos Schröder gokt dat de angst bij de kiezers voor een nóg rechtsere coalitie van christen-democraten en liberalen groter is dan de afkeer van zijn eigen regering. Hij is wel vaker uit een schijnbaar hopeloze positie als winnaar tevoorschijn gekomen.

De PDS opent, verbreedt en verandert zich

Zomer 2005. Voor de twee alternatieven aan Schröders linkerkant is het zaak om snel tot besluiten te komen. Apart deelnemen aan de verkiezingen lijkt weinig perspectiefvol. Een lijstverbinding tussen beide partijen staat de Duitse kieswet niet toe. Tijd om een compleet nieuwe fusiepartij op te richten is er niet. Als enige mogelijkheid resteert het plaatsen van WASG-kandidaten op de lijst van de PDS. Maar als blijkt dat de aanhang van de WASG daar weinig voor voelt, moet een volgende stap worden gezet.

Na de nodige aandrang van de leiding blijkt de PDS-aanhang bereid om ‘zich te openen, te verbreden en te veranderen’. En om de partij om te vormen tot een Duitslandbrede ‘Linkse Partij’. Zo verwoordt Gregor Gysi, de beoogde lijsttrekker van de Linkse Partij, het op een extra partijdag waar de naam van de PDS met steun van 80 procent van de afgevaardigden wordt gewijzigd in Linkse Partij. Die bereidheid wordt mede aangemoedigd door goede opiniepeilingen, die aangeven dat veel kiezers in Duitsland inderdaad behoefte hebben aan een echte linkse oppositiepartij in de Bondsdag. Veel Duitsers denken momenteel dat het weinig uitmaakt of de komende regering geleid wordt door de sociaal-democraat Gerhard Schröder, of zijn christen-democratische opponent Angela Merkel. Ze lijken vooral behoefte te hebben aan gedegen oppositie in de nieuwe Bondsdag.

Het toetreden van oud-SPD-voorzitter Oskar Lafontaine tot de nieuwe Linkse Partij en de overstap van prominente vakbondsmensen van de SPD naar de nieuwe partij, zijn voor veel kiezers signalen dat linkse samenwerking dit keer wél kan gaan slagen. Begin augustus voorspellen peilingen dat de nieuwe Linkse Partij op 18 september wel eens de derde partij van het land kan worden, vóór de groenen en de liberalen. Het wordt weer spannend in de Duitse politiek! l

Gefeliciteerd met een moedige stap

In de zomer van 2003 spraken Jan Marijnissen en Tiny Kox in Berlijn met de top van de PDS over de problemen om in het westen van Duitsland kiezers te mobiliseren, zonder de grote aanhang in het oosten van het land het gevoel te geven aan dat mensen daar aan hun lot worden overgelaten. Succes in het westen van Duitsland vereiste volgens de SP’ers ook een groep met wortels in het westen en juist die ontbreken bij de PDS. Door het ontstaan van het ‘kiezersalternatief voor sociale gerechtigheid’ (WASG) en de recente bundeling van krachten in de nieuwe Linkse Partij lijkt links in Duitsland in een stroomversnelling te komen. Jan Marijnissen heeft inmiddels de PDS, de WASG en de nieuwe Linkse Partij gefeliciteerd met de durf om deze stap te zetten. ‘Of alles loopt zoals het nu lijkt te gaan, weet niemand. Maar wie geen stappen zet, komt nooit dichter bij zijn doel,’ aldus de SP-voorzitter in een brief aan Lothar Bisky, de voorzitter van de Linkse Partij.