Tribune 07/2012 :: In de prijzen

Tribune, juli/augustus 2012

In de prijzen

Tekst: Daniël de Jongh

Heerlen is uitgeroepen tot meest sociale gemeente van Nederland, Pekela stond op de (gedeelde) tweede plaats. In Hengelo viel de Sociale Dienst al tweemaal in de prijzen. SP-bestuurders scoren goed op sociaal beleid, zelfs in zwaar weer: ‘Het is een kwestie van keuzes maken.’

foto sxc.hu

Wethouder Hennie Hemmes, Pekela

‘Keiharde eisen’

Op de tweejaarlijkse ranglijst van de FNV voor gemeenten met het meest sociale beleid eindigde Pekela dit jaar net achter koploper Heerlen. Was je verrast?

‘Nou, ik was vooral heel blij. We doen in Pekela al jaren enorm ons best om sociale keuzes te maken. Toen we als SP in het college van burgemeester en wethouders kwamen, hebben we daar ook keiharde eisen voor op tafel gelegd. Net als alle andere gemeentes moeten we bezuinigen, dat is nou eenmaal niet anders in deze tijd. Maar daarbij kiezen we ervoor om de meest kwetsbare mensen te ontzien. Gelukkig zitten we in een linkse coalitie, dat scheelt. Je ziet dat ook terug in die FNV-monitor van sociale gemeenten: door de bank genomen scoren coalities met de SP het hoogst.’

› Hoe hebben jullie dat zoal aangepakt in Pekela?

‘We hebben een “armoedepact” gesloten met Veendam. Daarin werken onder meer zorginstellingen en Humanitas samen om te signaleren wie er in moeilijkheden raakt en snel in kaart te brengen welke mogelijkheden er zijn voor ondersteuning. Daardoor wordt de bijzondere bijstand nu bijvoorbeeld beter benut. En we werken met de Stichting Leergeld. Daarmee zorgen we dat kinderen uit arme gezinnen niet buiten de boot vallen, maar kunnen sporten en mee op schoolreisjes. Ook zorgen we dat al het geld dat door de overheid beschikbaar wordt gesteld voor de uitvoering van de WMO, ook daadwerkelijk daaraan wordt besteed. Zodat ouderen, gehandicapten en anderen die het echt nodig hebben ook hulp krijgen.’

› Gaat Pekela in 2014 Heerlen van de troon stoten als meest sociale gemeente?

‘Haha, dat is een mooi streven! Maar we moeten natuurlijk afwachten hoeveel ruimte we na de landelijke verkiezingen krijgen om weer ons eigen sociaal beleid te voeren. Het is al jaren de trend dat er steeds meer overheidstaken worden overgeheveld naar de gemeenten, die daar vervolgens steeds minder geld voor krijgen. Vooral de voortdurende bezuinigingen op de WMO baren me zorgen, want Oost-Groningen is een regio met veel vergrijzing. Maar we gaan in elk geval ons stinkende best doen om ook de

komende jaren sociale keuzes te maken.’

Wethouder Mariska ten Heuw, Hengelo

‘Praktische blik’

Hengelo viel tot tweemaal toe in de prijzen als gemeente met de beste Sociale Dienst van Nederland. Hoe doen jullie dat?

‘Door heel veel duidelijkheid te creëren. Wie zich in Hengelo meldt voor een uitkering, krijgt te maken met een strenge intake. Vooraf worden alle rechten en plichten helder op een rijtje gezet. Dat voorkomt repressie achteraf en heeft het voordeel dat alles vervolgens ook heel snel geregeld kan worden. Is je aanvraag terecht, dan heb je ook snel geld op je rekening staan.’

Was je blij met de prijs?

‘Jawel, maar ik vind dat je het belang ervan wel een beetje mag relativeren. We hebben het natuurlijk wel gevierd. We hebben een grote taart gekocht voor alle medewerkers van de Sociale Dienst, want zij zijn het die het beleid uitvoeren. A hell of a job, zeker in deze tijden. Maar vanuit beleidsoogpunt is een goed functionerende Sociale Dienst natuurlijk maar één aspect van ons sociaal beleid.’

Waarin onderscheidt zich dat van gemeenten waar de SP niet in het bestuur zit?

‘Alle gemeenten krijgen ingrijpende bezuinigingen opgelegd. Hengelo heeft al 22 miljoen euro moeten inleveren en het eind is nog lang niet in zicht. Dus de ruimte voor nieuw beleid is beperkt: het is vooral hervormen en omvormen. Maar omdat we in een linkse coalitie zitten, kunnen we toch verschil maken. Het is een kwestie van keuzes maken: we laten ons steeds leiden door het principe dat de smart eerlijk verdeeld moet worden. Als sommige groepen onevenredig worden getroffen door een opeenstapeling van verschillende bezuinigingen, doen we er alles aan om dat op te vangen. Zo hebben we een collectieve zorgverzekering afgesloten waar mensen met een inkomen tot 120 procent van het minimumloon aan kunnen deelnemen. Met een ruim vergoedingenpakket, bijvoorbeeld voor de eigen bijdrage voor de Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) waar recent zoveel over te doen was. Wij hebben een heel praktische blik en proberen waar dat kan problemen collectief op te lossen, risico’s samen te delen. Niet alleen in het minimabeleid, maar bijvoorbeeld ook voor ondernemers.’

Jullie doen in Hengelo iets speciaals voor ondernemers?

‘Ja, ik heb naast Sociale Zaken ook Economische Zaken in mijn portefeuille. Heel strategisch, want het bevorderen van werkgelegenheid is belangrijk om armoede tegen te gaan. Als SP-wethouder werk ik hard aan het verbeteren van het vestigingsklimaat, bijvoorbeeld door te zorgen voor goede bedrijventerreinen en snelle vergunningsprocedures. In de binnenstad heeft de detailhandel het moeilijk vanwege de crisis en ook daar gaan we uit van het principe van samen delen. Zo hebben we samen met ondernemers een bedrijfsinvesteringszone in het leven geroepen, de BIZ, waaraan alle winkeliers deelnemen. Vanuit de BIZ worden de belangen van de winkeliers behartigd, evenementen georganiseerd, feestverlichting opgehangen – dingen waar alle winkeliers van profiteren. Want ook de profitsector in Hengelo willen we laten groeien en bloeien.’

Wethouder Peter van Zutphen, Heerlen

‘Brede steun’

Heerlen is de sociaalste; was je trots toen je dat hoorde?

‘Ja, heel trots. We wisten natuurlijk wel dat we in het college heel hard hebben ingezet op sociaal beleid maar dit was toch nog wel een verrassing. De FNV kwam langs met een grote taart. Die hebben we uitgedeeld op het stadhuis, aan medewerkers en raadsleden die dit beleid hebben mogelijk gemaakt. Want je kunt als college wel van alles willen, maar zonder medewerking ben je nergens.’

Jullie beleid wordt breed gesteund?

‘Jazeker. Toen we, na een afwezigheid van twee jaar, in 2006 weer in het college kwamen stond Heerlen er op sociaal terrein slecht voor. Er had een enorme kaalslag plaatsgevonden en er stonden nog meer bezuinigingen op stapel. De mensen waren het zó zat dat de SP in 2006 in een klap de meeste stemmen kreeg. Sindsdien durft in de gemeenteraad geen partij meer openlijk tegen sociale maatregelen te pleiten: het kwartje is heel nadrukkelijk gevallen. Aan sociaal beleid tornen is in Heerlen not done. We krijgen steun uit de hele raad; zelfs van de VVD.’

Waaraan hebben jullie de prijs zoal te danken?

‘In Heerlen is veel armoede, sinds de mijnsluitingen kampt de regio met hoge werkloosheidscijfers. Maar zoals overal weten veel mensen niet waar ze recht op hebben, ze vragen bijvoorbeeld geen huurtoeslag aan. Dat zogeheten ondergebruik van voorzieningen hebben we drastisch terug weten te dringen. Niet door foldertjes, maar door actieve inzet van mensen uit de praktijk, uit de ouderenzorg en de sociale diensten bijvoorbeeld.

Ook doen we veel voor jongeren. We investeren in onderwijs en de Heerlense Sociale Dienst heeft een speciaal jongerenloket. Daar wordt niet alleen gekeken of iemand recht heeft op een uitkering en hoe iemand weer aan het werk zou kunnen. Tijdens de uitgebreide incheck wordt ook in kaart gebracht of iemand in de problemen zit en hulp nodig heeft.

Wat ook zeker het vermelden waard is, is natuurlijk dat mijn collega-SP-wethouder Riet de Wit Economische Zaken doet. Zij heeft werkgelegenheid hoog in het vaandel en onder haar verantwoordelijkheid is de jeugdwerkloosheid in de hele regio spectaculair gedaald. Wij hebben armoedebeleid en sociaal beleid een integraal onderdeel gemaakt van het hele gemeentelijke beleid.

In het FNV-onderzoek scoren we verder hoog met het gehandicaptenbeleid, met name waar het de kwaliteit van huishoudelijke hulp betreft. We zitten ook nog vol plannen voor de komende jaren. Zo willen we zorg en welzijn op wijkniveau gaan regelen. Laat de wijkzuster maar bepalen wat voor zorg er nodig is, zonder zich erom te hoeven bekommeren of het geld daarvoor uit potjes van de gemeente, de kruiszorg of de verzekeraars moet komen. Op termijn is dat waarschijnlijk goedkoper en het heeft het grote voordeel dat iemand niet met steeds weer andere mensen en verschillende indicatiestellingen te maken krijgt. Maar daarvoor moeten nog wel de nodige belemmeringen uit de weg worden geruimd in

Den Haag.’