publicatie

Tribune 10/99 Interview: Harry Sacksioni

Interview

Harry Sacksioni

Al ruim drie decennia beklimt meestergitarist Harry Sacksioni de podia met eigen werk. Eigenschappen als individuele creativiteit en eigen karakter heeft hij dan ook hoog in het vaandel staan. "Een samenleving hebben we met z'n allen, maar het zijn de individuen die mensen aan het denken zetten." Vandaar dat het protest altijd een onderdeel van zijn concerten is geweest. "Ik háát het dat dingen zoals vroeger in Chili en recentelijk in Kosovo kunnen blijven gebeuren."

Tekst Rob Janssen Foto Paul Peters

"Componeren is toch een beetje Godje spelen"

"In het begin was ik eigenlijk een heel schuchtere jongen. Toen ik rond 1967 ging optreden met Herman van Veen, had ik bijvoorbeeld nooit gedacht dat er ook publiek voor mij alleen was. Dat veranderde pas nadat in 1974 mijn eerste soloplaat was uitgekomen. Daar werden er alleen al in Nederland zo'n 140.000 van verkocht en ineens realiseerde ik me dat ik blijkbaar een bestaan kon opbouwen door in mijn eentje gitaar te spelen. Ik ben nog een tijdje met Herman blijven samenwerken, maar ondertussen deed ik ook mijn eigen toernees. Op een gegeven moment viel het allemaal niet meer te combineren en ben ik mijn eigen weg gegaan. Nu durf ik te zeggen dat mijn muziekleven tot nu toe een doorlopend hoogtepunt is geweest. Op één uitzondering na. Onlangs heb ik voor de allereerste keer een optreden af moeten zeggen wegens ziekte. Zoiets vind ik echt heel erg. Want het kunnen en mogen optreden, is in wezen het mooiste wat er is. En het componeren natuurlijk. Componeren is toch een beetje Godje spelen. Je maakt iets wat er niet was en wel in een taal, op een manier die heel eigen is en een heel eigen karakter heeft. Dat is tamelijk bijzonder. Ik vind het altijd grandioos als ik 's morgens met niks begin en 's avonds iets heb wat nog niet bestond. Dat is een ontzettend mooi gevoel.

In mijn concerten heb ik naast een dosis humor altijd ruimte gelaten voor een politiek onderwerp. Meestal maar één nummer, want ik heb gemerkt dat de impact op het publiek dan het grootst is. Dat ene nummer is mijn uiterste protest in het programma. Omdat ik instrumentale muziek maak, leid ik tijdens een optreden een proteststuk altijd in door het verhaal erachter te vertellen. Ik praat er dus gewoon over met de zaal. 'De Stoet der Vermisten' is zo'n nummer. Het gaat over een vrouw die tijdens het dictatoriale bewind van de Chileense junta zonder enige reden werd opgepakt, met benzine overgoten en levend in brand gestoken werd. Ze overleefde het, maar de daders zijn nooit gestraft. Ook heeft die junta de handen afgehakt van zanger/dichter Victor Jara omdat hij met zijn gitaar protestliederen speelde. Ik háát het dat dat soort dingen kunnen gebeuren. Ze lijken voorbij, althans daar. Maar kijk eens naar Kosovo, daar gebeurt toch in feite hetzelfde. Over systematische onderdrukking, waar dan ook, maak ik me vreselijk kwaad. Niet zo lang geleden was ik in Nairobi, Kenia. Daar zag ik dat mensen letterlijk opgestapeld achter kippengaas wonen. Gek werd ik 'r van. Vooral ook omdat om de hoek één van de privé-paleizen van president Arap Moi lag. En als er iémand is die zichzelf en zijn familie bevoordeelt en verrijkt ten koste van de bevolking, dan is het die Moi wel. Ik heb toen het nummer 'Massai Mara' geschreven. Bovendien werk ik nog aan een muziekstuk, waarmee ik Moi op een negatieve manier neer wil zetten. Zo heb ik het mijn hele leven gedaan.

En omdat ik wil kunnen blijven doen wat ik wíl, heb ik een paar jaar geleden een eigen productiemaatschappij opgericht. Op die manier kan ik nu inderdaad doen wat ik wil en ik ben ook van plan om dat in mijn verdere leven vol te houden. Ik ben de samenleving daar dankbaar voor, want het is toch de structuur van de maatschappij die me deze mogelijkheden biedt. Je moet er weliswaar kei- en keihard voor werken, maar uiteindelijk word je er ook voor beloond. Niet alleen financieel natuurlijk. Ook je individuele rijpingsproces als artiest krijgt kansen. Maar als ik de tendens in de populaire muziek van de laatste vijf jaar zie, constateer ik eigenlijk precies het tegenovergestelde. Het is op het ogenblik echt zo, dat er een gigantisch publiek bestaat voor mensen die drie knopjes op en neer weten te schuiven. Die noemen ze dan deejays of veejays en die worden nog op handen gedragen ook. Kijk, ik ben een voorstander van creativiteit, individualiteit en eigenheid. Een maatschappij hebben we met z'n allen, maar er mogen daarbinnen heel grote individuen bestaan. Want juist zij maken dat er ergens kleur aan wordt gegeven en dat er bijzondere dingen gehoord en gezien worden. Bovendien kunnen zij mensen aan het denken zetten. Dat gebeurt natuurlijk niet door iemand die drie knopjes omhoog kan schuiven, waardoor er ineens één of ander drumpatroontje begint.

Ooit ben ik uit pure nieuwsgierigheid naar zo'n dance-party gegaan. Nou, ik wist niet hoe ik het had. Verbijsterd was ik. Het geluid stond zó ongelofelijk hard dat het PA-systeem constant vervormde, wat op zich al bijna onmogelijk is. Niemand kon een woord van elkaar verstaan, dus gesproken werd er sowieso al niet. Ook zag ik hoe er pilletjes van hand tot hand gingen. Ik haat die pilletjesmentaliteit, begrijp niet dat mensen die dingen nodig hebben om een kick te krijgen. Toen ik weer buiten stond, bedacht ik dat dit dan blijkbaar voor een heleboel het ultieme genot is. Die moeten dan toch zitten met een enorme maatschappelijke onvrede. Want tijdens zo'n dance-party dompel je je onder; sluit je je echt af voor alles en iedereen. Ik denk dat het wel iets te betekenen heeft. Het lijkt me voer voor psychologen. Want als je je helemaal afsluit, wil je dus niet communiceren. Ergens in de maatschappij moet daar een reden voor zijn. Misschien heeft het wat te maken met het sterk verminderd vermogen van jongeren om, door jezelf te ontwikkelen, iets uit het leven te halen. Of om in jezelf te duiken en eruit te halen wat in je zit. Zo'n dance-party is precies het tegenoverstelde daarvan. Ik vraag ook wel eens aan zulke jongeren of ze gestemd hebben. Ach, waarom zou ik gaan stemmen, die kutpolitiek en weet ik wat ze dan allemaal roepen. Ik probeer dan altijd uit te leggen dat wij kunnen leven zoals we doen, omdat er politiek bestaat. Je mag best van alles tegen politiek hebben. Doe ik zelf ook. Maar het is de enige manier om met elkaar te leven zoals wij dat doen. Ik bedoel, er zijn natuurlijk wel meer systemen te bedenken, maar tot nu toe hebben die ook gefaald. Het communisme is bijvoorbeeld heel duidelijk doorgeprikt. En in onze maatschappij ben ik zelf heel erg tegen dat uitgesproken consumptieve. Je kunt tegen een heleboel dingen zijn. Maar realiseer je dan wel dat de politiek een tool is en je mag blij zijn dat het er in elk geval is om een samenleving te creëren waarin je met elkaar iets kunt doen. En waarin je bovendien ook als individu kunt leven."

Gitarist/componist Harry Sacksioni (48) is Nederlands bekendste instrumentalist. Naast muziek voor eigen tournees, platen en cd's schreef hij o.a. voor toneel, ballet en TV en het Nationaal Songfestival. Zes gouden platen, 1 platina schijf en een Edison kreeg hij tot nu toe. Sacksioni haalde ook de publiciteit als stalking-slachtoffer. Door het thema in de politiek aan te kaarten, droeg hij eraan bij dat stalking binnenkort strafbaar wordt.

Inhoud

  • Nieuws: Het Binnenhof / Aktie / Bulletin Board
  • Het zal je maar gebeuren; binnen drie jaar bruid en weduwe worden èn te horen krijgen dat je het land uit moet. Het overkwam niet alleen Barbara Warntjes-Siermantowska; de SP spoorde dertig lotgenoten op.
  • Met veel boa's en bombarie presenteerde Paars II een 'droombegroting' en een nieuw belastingplan 'waar iedereen op vooruit gaat.' Alleen jammer dat Paars door alle cijfertjes de samenleving en de mensen niet meer ziet. De miljoenennota is een goed kasboek, maar een slecht leesboek
  • Tijdens zijn optredens brengt Harry Sacksioni altijd één stuk protestmuziek. Over de misdaden van de Chileense junta, bijvoorbeeld. "Ik haat het dat dingen zoals vroeger in Chili en recentelijk in Kosovo kunnen blijven gebeuren."
  • Al jaren tuimelen Vlissingse projectontwikkelaars over elkaar heen om de volkswijk 'Het Eiland' te transformeren tot een bruisend recreatiecentrum met luxe appartementen. Aan de bewoners van de knusse oude buurt hebben de bouwgiganten geen boodschap.
  • Waarom doet Jörg Haider, de schoenmakerszoon met weinig verhulde sympathieën voor Hitler-Duitsland, het hart van zoveel Oostenrijkers sneller slaan?
  • Theo de Buurtconciërge; strip van Wim Stevenhagen