publicatie

Spanning, februari 2008 :: Vrijheid voor Wie?

Spanning, februari 2008

Vrijheid voor wie?

Foto: Dolph Cantrijn/ Hollandse Hoogte

Als migrant kun je in de ogen van Wilders niet veel goed doen: ‘Veel fundamentele problemen in Nederland, zoals files en woningtekort, kun je rechtstreeks toeschrijven aan migranten.’[1] Binnen de groep migranten hebben vooral de moslims het gedaan. De PVV spreekt in de Tweede Kamer over alle mogelijke onderwerpen, maar volgens deze partij zijn veel problemen de schuld van moslims. Waar Wilders zich aanvankelijk concentreerde op belastingverlaging en ondernemersvrijheid, richt hij zich steeds vaker op het thema migranten en moslims. In Klare wijn, het verkiezingsmanifest dat in aanloop naar de verkiezingen van november 2006 verschijnt, is dit voor hem het hoofdthema geworden [2].

Tekst: Ronald van Raak

Wilders pleit in Klare wijn voor afschaffing van artikel 1 van de Grondwet, waarin de gelijkwaardigheid van mensen en het verbod op discriminatie zijn vastgelegd. Geheel in lijn met de neoconservatieve beginselen, die cultuur stellen boven mensen, moet de grondwettelijke gelijkwaardigheid van mensen worden geschrapt worden. In plaats daarvan moet de eenheid van onze cultuur worden vastgelegd, van ‘de twee tradities die onze cultuur hebben geschapen: de joods-christelijke en de humanistische. De normen en waarden zoals die in het spanningsveld tussen deze tradities zijn voortgebracht, vormen onze dominante cultuur.’

Artikel 1 van de Grondwet

Art. 1.

Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook, is niet toegestaan.

www.st-ab.nl/1-06240-grondwet.htm

Openlijke confrontatie

Wilders wil individuele Nederlanders hun rechten ontzeggen als zij een andere religieuze achtergrond hebben. In Klare wijn zegt hij: ‘Zo lang niet duidelijk is dat de Nederlandse moslimgemeenschap de orde en spelregels van de Nederlandse rechtsstaat van harte accepteert, ontbreekt het fundament van vertrouwen dat noodzakelijk is om grondwettelijke rechten en vrijheden in dezelfde mate toe te kennen als aan andere groepen in Nederland die deze orde en spelregels hebben gevormd en dragen.’ In de aanloop naar de verkiezingen zoekt Wilders openlijk de confrontatie met moslims. Hij probeert de culturele strijd aan te wakkeren en spreekt van een ‘tsunami van de islamisering’; die ‘raakt ons in het hart, in onze identiteit en onze cultuur’[3]. Na de verkiezingen van 22 november 2006 komt de PVV met negen zetels in de Tweede Kamer. Het migratiethema blijkt te lonen en dit is een reden om de toon nog verder te verscherpen. In oktober 2007 komt de partij met een Immigratieplan. Daarin staat onder meer dat de komende vijf jaar geen mensen uit moslimlanden meer naar Nederland mogen komen. Mensen met een dubbele nationaliteit verliezen na het plegen van een misdrijf hun Nederlandse nationaliteit en worden het land uitgezet. Nieuwkomers moeten bovendien een ‘assimilatiecontract’ ondertekenen en worden het land uitgezet als zij zich niet houden aan ‘Nederlandse waarden en normen’[4].

Niet alleen met zijn voorstellen, maar ook in zijn taalgebruik probeert Wilders moslims te provoceren, bijvoorbeeld door de Koran te vergelijken met Mein Kampf van Adolf Hitler: ‘Ik heb genoeg van de Koran in Nederland’ en ‘Verbied dat fascistische boek’ stond in De Volkskrant op 8 augustus 2007.

Niet integreren, maar assimileren

Moslims moeten volgens Wilders niet integreren, maar assimileren. Zij kunnen eigenlijk alleen in Nederland blijven als zij geen moslim meer zijn. ‘De islam verdient geen respect, maar moet fel worden bestreden als intolerante en fascistische ideologie,’ aldus Wilders [5].

Hij beseft dat zijn provocaties niet zonder gevolgen zullen blijven. Wilders zegt niet uit te zijn op rellen, maar als er rellen komen, ‘dan hoeft daarvan niet bij voorbaat een negatieve werking uit te gaan.’[6] Rellen tussen moslims en andere Nederlanders zijn volgens de leider van de PVV ook een goed middel om de samenleving en de politiek wakker te schudden. Deze opvatting van politiek gaat nog een stap verder dan het neoconservatieve idee van de strijd tussen culturen, omdat Wilders door provocaties bewust de confrontatie zoekt.

De taal van Wilders gaat ook zijn politieke geestverwanten te ver. In een interview met de journalisten Arthur Blok en Jonathan van Melle zegt zijn oude strijdmakker Hans van Baalen dat Wilders zichzelf niet meer in de hand heeft: ‘Geert is door de jaren heen langzaam weggedreven van waar de liberalen voor staan. Als liberaal heb je niets tegen de islam als geloof of tegen islamieten als persoon […] Voor hem is het leven zwart of wit.’ Gert-Jan Oplaat, met wie Wilders in 2004 nog samen streed voor een rechtsere koers van de VVD, zegt nu: ‘Het standpunt van een liberaal is dat iedereen binnen de marges van de wet zijn eigen geloof moet kunnen uiten en zijn eigen levensstijl moet kunnen hebben, maar wel op basis van verdraagzaamheid […] En dat liberale ontbreekt nu volledig bij Geert […] Heel zwart-wit: ik wil leven in vrijheid door anderen achter de tralies te houden. ’[7] Ook mogelijke medestanders uit het buitenland nemen afstand van Wilders. Filip de Winter van het Vlaams Belang zegt: ‘Men moet al zeker geen boeken verbranden of verscheuren. Dat respect onderscheidt ons van andere culturen. Wilders mag zeggen wat hij wil, maar hij gaat soms ver om aandacht te krijgen. ’[8]

  1. Persbureau DPA, 3 januari 2008
  2. pvv.geertwilders.nl
  3. www.nieuwnieuws.nl, 12 september 2006
  4. www.pvv.nl
  5. De Telegraaf, 2 januari 2008
  6. HP/De Tijd, 5 februari 2004
  7. Arthur Blok & Jonathan van Melle, Veel gekker kan het niet worden, Hilversum 2008, pp. 100-101, 115 en 150
  8. de Volkskrant, 18 januari 2008