publicatie

Tribune 01/2009 :: subsidiedoolhoof :: Concurrent van Essent

Tribune, januari 2009

Subsidiedoolhoof

Van het (meter)kastje naar de muur deel II

Concurrent van Essent

Tekst Herman Damveld Foto's Bas Beentjes / Hollandse Hoogte

Ruim een jaar geleden beschreef Herman Damveld het bureaucratisch doolhof waarin hij terechtkwam toen hij zijn woning energiebesparend en duurzaam wilde maken. Maar hij gaf niet op.

Op 1 april 2008 vroeg ik subsidie aan voor zonnepanelen, via een regeling die op 1 april is ingegaan. SenterNovem, de organisatie die in opdracht van de regering de regeling uitvoert, schreef dat ik per 1 augustus 2008 recht heb op die subsidie. Moest ik wel nog aan een aantal voorwaarden voldoen; wat ik van tevoren niet wist. Zo moest ik me registreren bij de firma CertiQ, die certificaten uitgeeft. De overheid ziet mij namelijk als stroomproducent – alsof ik een grote centrale wil bouwen. Dat kost 30 euro inschrijving en dan jaarlijks 30 euro. Ik heb op 23 augustus de formulieren ingevuld en die, volgens de opdracht van CertiQ, opgestuurd naar netbeheerder Essent Netwerk. Die moest binnen vier weken beoordelen of ik wel een geschikte meterkast heb.

“Ik héb al een meter”

Omdat ik eind oktober nog niets had gehoord, ging ik maar eens bellen. Tot mijn consternatie bleek bij Essent Netwerk dat mijn aanvraag niet in behandeling was genomen. De subsidie geldt voor de stroom die je teruglevert aan het net, maar ook – als je dat wilt – voor de stroom die je gebruikt terwijl de zon schijnt. In het laatste geval moet je in de meterkast een extra ‘brutoproductie-meter’ aan laten leggen, nadat je er eerst de meterkast voor gereed hebt laten maken. Dat kost bij Essent 105 euro en dan jaarlijks 30 euro. Mocht de meterkast toch niet helemaal kloppen, dan moet je meer betalen. De brutometer moet naast de hoofdmeter komen en als dat niet kan moet de hoofdmeter verplaatst worden, staat in een brief van Essent. Dit kan veel geld kosten en daarom wil ik die bruto-meter niet.

Bovendien: ik héb al een meter die precies registreert wat er bruto geproduceerd wordt. Maar Essent Netwerk doet alsof die meter niet bestaat, omdat het geen door Essent geleverde meter is. En daarom was mijn aanvraag maar terzijde gelegd. De subsidiegever heeft nou eenmaal de eis gesteld dat ik een bruto-meter moet hebben, aldus Essent Netwerk. Of ik die eis toegestuurd kon krijgen? Nee, kon niet. Daarom maar eens gebeld met CertiQ. Een woordvoerster liet me schriftelijk weten dat ik geen brutometer nodig heb. Vervolgens ook gebeld met SenterNovem om de eis van die brutometer op te vragen. Antwoord: “Voor toekenning en verkrijging van de subsidie hoeft u geen brutoproductiemeter te plaatsen.” Aha! Dus Essent Netwerk roept maar wat. Wat wel tot gevolg had dat mijn papieren terzijde waren gelegd. Na veel gedoe ging Essent overstag en ben ik per 1 december stroomproducent geworden. Concurrent van Essent.

“Geen bedrijf kan dit overleven”

De leverancier van mijn zonnepanelen klaagt ook over de moeizame regeling. Johan Bakker van Awizon vertelt: “In maart en april hebben we veel offertes gedaan en voorlichting gegeven. Daarna stond het stil tot augustus, hadden we dus geen inkomsten, en nu komt alles op één hoop bij ons binnen. Daar krijgen we ook veel vragen over. Veel mensen komen erachter dat het installeren van minder dan zeven panelen niet rendabel is en willen daarom voor meer panelen subsidie aanvragen bij SenterNovem.”

Dit jaar kan men volgens SenterNovem per 1 april weer subsidie aanvragen. “Dit heeft grote invloed op het voortbestaan van het bedrijf”, stelt Bakker van Awizon. “Zoals het nu lijkt, zullen wij in februari alle systemen hebben geplaatst. Als de eerste toezeggingen per augustus gedaan worden dan staan wij in principe stil tot augustus. Geen bedrijf kan dit overleven.”

De regering wil burgers stimuleren, die zelf willen investeren in zonne-energie…

De eerste aflevering van ‘Van het (meter)kastje naar de muur’ verscheen in de Tribune van november 2007