Tribune 07/2000: 'Kwoad dat we zijn man, kwoad!'

Tribune 14 juli 2000

Kwoad dat we zijn, man, kwoad!

Tekst Christine de Vos Foto Akke van Eck

Een huurverhoging van 90 procent. Geen huisbaas zou het durven flikken. De Stichting Welzijn Noord, eigenaar van zeven buurthuizen in Utrecht echter wel. Meer voor minder lijkt het credo, want bijna tegelijkertijd wordt het mes gezet in diverse activiteiten. Buurtbewoners pikken het niet meer en bezetten al bijna vier weken buurthuis Ons Ondiep in de Utrechtse wijk Zuilen.

Het is een drukke boel in Ons Ondiep. Gewoonlijk is er op de doordeweekse middag alleen de beheerder aanwezig. Nu zijn de diverse tafeltjes bezet. In een hoek leggen twee oudere dames een kaartje en een eindje verder drinkt een tiental Marokkaanse mannen thee. Bezet, staat er in grote witte letters op de ramen.

‘Kwoad dat we zijn man, kwoad,’ briest Ge van Schaik in onvervalst Utrechts. De 62-jarige duivenhouder slaat met zijn vuist op tafel. Maar liefst 1800 gulden gaat postduivenvereniging de Noorderpost het komende jaar betalen voor de huur van het zaaltje in het buurthuis. Een verhoging van 90 procent. ‘Dit kunnen we er echt niet bij hebben. Enig idee wat het kost om de duivensport te bedrijven?’ Uit zijn binnenzak komt een lichtblauw vel tevoorschijn. Voer voor een jaar: 1200 gulden, vitamines honderd gulden, entingen, ringen, onderhoud hok, contributie vereniging… Omgerekend kost een hok van veertig duiven de liefhebber zo’n 131,25 gulden per maand. ‘Als de Stichting de huur zo veel omhoog gooit, moeten wij meer contributie gaan rekenen. Dat willen we niet, 75 gulden per jaar is meer dan zat. Ik kan nu al voorspellen wie er dan allemaal moeten afvallen. Opa Vermeend, hoe oud is die ook alweer?’ ‘Negentig,’ helpt vrijwilligster Cor Detemers. ‘O ja, negentig. Nou, zo’n ouwe man moet zijn duiven wegdoen en achter de geraniums gaan zitten. En er zijn er meer die een hogere contributie niet trekken.’ Weer komt zijn vuist met kracht op tafel neer. ‘Ik laat verdomme mijn vereniging van vijfenzeventig jaar niet slopen door die snotneus!’

De huurverhoging is slechts aanleiding van de bezetting. De laatste druppel in een grote emmer onvrede

‘Die snotneus’ is Ben Felix, directeur van de Stichting Welzijn Noord, sinds enige jaren de eigenaar van Ons Ondiep. Tot twintig jaar geleden was er in het buurthuis een klooster gevestigd. Toen de nonnen het voor gezien hielden, schonken ze het pand voor het symbolische bedrag van één gulden aan het buurtwerk in de arbeiderswijk. Voornamelijk gerund door vrijwilligers, bood Ons Ondiep onderdak aan onder meer de duivensportvereniging, een voetbalclub, een ouderensoos en wordt er regelmatig bingo gespeeld. Totdat midden jaren negentig het Utrechtse gemeentebestuur besloot dat het welzijnswerk te versnipperd opereerde. Alles moest groter, professioneler worden en zo ontstonden acht wijkwelzijnsorganisaties. De Stichting Welzijn Noord, die zeven buurthuizen in bezit heeft, werd eigenaar van Ons Ondiep. Al snel bleek dat groter en professioneler niet méér kwaliteit betekent, maar vooral: méér bemoeienis van bovenaf en minder zeggenschap voor de klanten.

De huurverhoging is slechts de aanleiding van de bezetting. De laatste druppel in een grote emmer onvrede die onder de bezoekers leeft. Zo zet de stichting Welzijn Noord per jaar 120 miljoen gulden om. Driekwart daarvan gaat op aan salariskosten. ‘Hoe dat mogelijk is, is de bewoners een raadsel,’ zegt Joop van Zanten, al jaren actief als vrijwilliger op Ons Ondiep en min of meer gebombardeerd tot actieleider: ‘We hebben een jongerenwerkster voor 24 uur in de week, maar die organiseert wekelijks slechts één soosavond. Vind je het gek dat die gasten gaan lopen etterstralen…! Een eindje verderop in de wijk, bij buurthuis Odin, kunnen ze ook niet meer terecht. Daar wordt het jongerenwerk opgedoekt omdat de ruimtes nodig zijn voor een kinderdagverblijf waarvoor de stichting subsidie krijgt…’

De duivenvereniging had sinds 1981 twee houten barakken op de binnenplaats van Ons Ondiep staan. Ze hadden hierin ook hun eigen bar. Dit moest van de directie van Welzijn Noord weg, omdat de barakken brandgevaarlijk waren. Nu huren de leden van de vereniging voor duizend gulden per jaar zaalruimte in het buurtcentrum. Daarnaast moeten ze gebruik maken van de barfaciliteiten van Ons Ondiep. De duivensporters, die wel van een glaasje houden, bezorgen de Stichting tegenwoordig twaalfduizend gulden baromzet per jaar. De biertjes moeten ze overigens zelf tappen, de stichting voorziet niet in een barkeeper. ‘Maar het gaat ons niet alleen om onze club,’ zegt duivenliefhebber Joop Henwe (64). ‘We bezetten de boel ook voor de kinderen. In januari zijn de kinderactiviteiten helemaal wegbezuinigd. Kijk nou,’ maakt hij een verontwaardigd handgebaar naar het raam waar in de afgesloten en tevens uitgestorven tuin gloednieuw speeltuig staat te blinken in de zon. ‘Daar buiten staat een prachtige speeltuin. Wordt nooit gebruikt! Ja, af en toe fietsen er wat allochtone vrouwen. Lekker beetje slalommen om het klimrek en de schommel.’

Ook inpandig ging met de reorganisatie het roer flink om. Er kwam een groot kantoor voor de beroepskrachten. Tevens werd een flink deel van het pand onderverhuurd aan het Algemeen Informatie Centrum (AIC), het maatschappelijk werk van de gemeente. De organisatie kreeg voor de zestig bezoekers per week drie spreekkamers, een wachtkamer en een kantoorruimte. Daarvoor moest de koffiekamer, waar ’s morgens vaak vijftig ouderen een bakkie komen doen, worden gehalveerd. Ook het activiteitenlokaal moest vierkante meters inleveren.

‘Wat er gebeurt in Ons Ondiep is exemplarisch voor de manier waarop tegenwoordig met het welzijnswerk wordt omgegaan’

De bezetting gaat inmiddels de vierde week in. Tot nu toe sliepen de bezetters ook in het buurthuis. ‘Maar dat trekken de meesten niet meer,’ zegt mevrouw Detemers. ‘Vanavond gaat om tien uur voor het eerst het alarm erop, en ’s morgens zitten zij er om zeven uur als eersten,’ zegt ze met een knikje naar de kaartende dames. Eten gebeurt wél in Ons Ondiep. Om de beurt koken de deelnemers. ‘Wat eten we vanavond Jopie?’ joelt mevrouw Detemers. ‘Schnitzel met aardappels en boontjes,’ antwoordt Jopie zonder op te kijken van haar kaarten. ‘Lekker, en morgen maak ik soep.’

‘Wat er gebeurt in Ons Ondiep is exemplarisch voor de manier waarop tegenwoordig met het welzijnswerk wordt omgegaan,’ zegt SP-gemeenteraadslid Paulus Jansen. Jansen betuigde als een van de eerste Utrechtse politici zijn steun aan de bezetters en drong in de gemeenteraad aan op bemiddeling. ‘Door de schaalvergroting zijn de buurthuizen gaan opereren als subsidiebedrijven die zich voornamelijk richten op activiteiten waarvoor subsidie te krijgen is. Zonder zich af te vragen of de buurt nou zit te wachten op een crèche. Helemaal als dat ten koste gaat de van ouderenmiddagen of de tienerdisco.’

’Vanaf nu gaan we de zaken eens helemaal anders doen, zei die melkmuil. Daar maak je geen vrienden mee’

De Marokkaanse mannen staan op. Tijd om naar de moskee te gaan. ‘Jullie gaan toch niet weg, he?’ roept mevrouw Van Schaik. ‘Even maar,’ zegt een man met een enorme snor troostend, ‘we komen straks terug.’ ‘Als je ook maar voor het buurthuis bidt,’ bromt iemand. ‘Okido,’ lacht een bebaarde man in traditioneel Marokkaans tuniekpak. ‘Dat is een leuk bijverschijnsel van de actie,’ zegt Van Zanten, ‘die saamhorigheid die we met zijn allen hebben gekregen. Niemand was ooit onvriendelijk tegen een ander, maar voorheen vielen de Marokkaanse ouderen er toch een beetje buiten. Nu is dat helemaal over en zijn we één grote familie.’

Als één grote familie stond de buurt ook achter Frans Evers, de beheerder van het pand. Kort voor zijn 65ste verjaardag gaf de Stichting hem te kennen dat hij weg moest. ‘Op zich niet heel opmerkelijk,’ geeft Van Zanten toe, ‘ware het niet dat het contract van de 77-jarige beheerder van een ander buurthuis van de Stichting wél verlengd werd.’ Frans had nog helemaal geen zin in zijn pensioen en de mensen in de buurt lopen met hem weg. ‘Ja, nou hebben we hier die melkmuil rondlopen,’ onderbreekt mevrouw Detemers. ‘Het eerste wat-ie zei toen ie hier binnenkwam was: Zo, vanaf nu gaan we de zaken eens helemaal ander doen. Daar maak je geen vrienden mee. Oké, hij heeft het niet makkelijk, omdat we allemaal zo dol op Frans zijn, maar blaas dan ook niet zo hoog van de toren.’ Inmiddels zit de nieuwe beheerder alweer een tijd ziek thuis.

Minder huurverhoging, kinder- en jongerenwerk terug en Frans moet blijven. Daarmee gingen de bezetters de onderhandelingen met directeur Felix en welzijnswethouder Van der Linden in. De gesprekken verlopen aanvankelijk stroef. Frans Evers kan niet terug en de huur moet omhoog. Overleg volgt op overleg. En de bezetters, zij kaarten voort. ‘Die Felix durfde laatst de deur niet uit, omdat er buiten allemaal Marokkaanse jongens naar hem zaten te schreeuwen. Hebben we hem met zijn allen naar buiten moeten begeleiden. Haha, lache woar!’

Gewonnen!

Net voor het verschijnen van deze Tribune liep de bezetting van Ons Ondiep ten einde. Joop van Zanten: ‘We hebben het voor elkaar gekregen dat we voor de bingoavonden en zo geen negentig, maar zeventig gulden per avond betalen. Wij van de soos, de voetbalclub en de duivensportvereniging mogen bovendien op elke verkochte consumptie een kwartje houden. Verder komt het kinderwerk terug en komen er in plaats van één twee soosavonden voor de jeugd, met de mogelijkheid dat op te voeren naar vier. Voor de ouderen komt er in de tuin een jeu de boule baan en een paar bankjes. Wat Frans betreft, die heeft intussen zo zijn buik vol van de stichting dat hij er helemaal mee uitscheidt. We hebben natuurlijk

een knallend afscheidsfeest voor hem gegeven!’

De succesvolle actie in Ons Ondiep inspireerde bezoekers van andere buurthuizen in Utrecht ook hun stem te laten horen. Op dit moment houden bewoners van de wijk de Zeven Steegjes hun buurthuis bezet.

Inhoud