publicatie

Tribune 8/97 Interview: "Majoor" Alida Bosshardt

interview

"Majoor" Alida Bosshardt

Hoezeer de opvattingen ook verschillen over de ideeën van het Leger des Heils, "majoor" Bosshardt geniet ieders respect. Al bijna 50 jaar is de bekendste heilsodaat van Nederland dagelijks actief in de rosse buurt van Amsterdam. In de Tribune vertelt ze over haar drijfveren en over haar zorgen rond de toenemende individualisering en vereenzaming. "Ontelbare mensen balanceren nog steeds op het randje van het bestaan."

"Een hongerige maag luistert niet naar het evangelie"

"Ik ben vierentachtig jaar, maar ik heb het nog steeds ontzettend druk: met lezingen, kerkdiensten en de verkoop van Strijdkreten. Niemand zegt dat het moet, maar ik doe het nou eenmaal graag. Ik sta momenteel wat wankel op mijn benen, want van de week ben ik heel slecht gevallen. Dus noodgedwongen moet ik het nu een tijdje wat rustiger aandoen.

Het Leger lag eigenlijk helemaal niet natuurlijk op mijn weg. Mijn vader was Rooms-Katholiek geworden. Mijn moeder was Hervormd. Het gezin was niet echt kerkelijk belevend. Als meisje van achttien - ik werkte toen al vier jaar want ik wou niet meer naar school - ben ik naar een openluchtsamenkomst van het Leger geweest. Dat heeft mij heel erg aangesproken. Ik ben toen bekeerd, zoals wij dat noemen. Mijn ouders waren het er niet mee eens dat ik het Leger inging. Ze zeiden: ga dan naar een kerk. Maar dat wilde ik niet. De manier van werken van het Leger sprak me heel erg aan.

In 1948 is het Goodwillcentrum van start gegaan. Daarvóór heb ik tien jaar in een kinderhuis van het Leger op Rapenburg gewerkt. Na de oorlog kwam ik op het hoofdkantoor terecht. Daar heb ik ruim drie jaar in de opbouw van het Leger gezeten. Het hoofdkantoor was vlakbij de Wallen en de Zeedijk. Regelmatig maakte ik er een wandelingetje. Ik verbaasde me erover dat het Leger niet actief was in een wijk vol met prostitutie en daklozen. Meerdere malen heb ik daar bij de leiding voor gepleit. Op een gegeven moment werd er tegen me gezegd: We geven jou honderd gulden, een vlag, de zegen van de leiding en dan ga je maar beginnen. Ik werd vrij gemaakt op het hoofdkantoor en vanuit de behoefte aan evangelisatie en dienstverlening ben ik aan de slag gegaan. Woongelegenheid en werkruimte moest ik zelf zoeken. Wonder boven wonder is het Goodwillcentrum aangeslagen. Tegenwoordig werken er 160 mensen in vaste dienst en zo'n 100 vrijwilligers. Tien jaar lang, van 1948 tot 1958, heb ik het alleen gedaan met een paar vrijwilligers. We gingen op huisbezoek en bezochten de zichzelf prostituerende meisjes. In het eerste jaar al vierden we samen met die meisjes kerstfeest.

Voor mijzelf was het evangelisatiewerk altijd het belangrijkste. Daardoor zullen mensen andere normen in hun leven accepteren en andere keuzes maken. Maar evangelisatie kan niet zonder het sociale werk. William Booth, de oprichter van het Leger des Heils, zei in de vorige eeuw al dat een hongerige maag geen oren heeft om naar het evangelie te luisteren. Je moet mensen de boodschap brengen en tegelijkertijd de dienstverlening doen, dat gaat hand in hand.

Maar we doen natuurlijk veel meer dan de hongerigen voeden: bejaardenzorg, thuiszorg, maatschappelijk werk, reclassering, schuldsanering, kinderbescherming, gezinsverzorging, opvang van dak- en thuislozen en drugsverslaafden, noodopvang en werken met prostituôeacute;es. De vraag naar hulp van het Leger is heel groot en neemt nog steeds toe. Er zijn momenteel ongeveer 10.000 heilsoldaten in Nederland. Met name de opvang van daklozen groeit nog steeds. Door echtscheiding, alcohol, drugs, ruzie komen mensen op straat te staan, Maar ook asielzoekers en vluchtelingen hebben niet direct onderdak. Psychiatrische patiënten moeten zonder begeleiding voor zichzelf zorgen. Als al die mensen geen hulp krijgen dan zakken ze steeds dieper weg.

In het begin vond ik het best moeilijk om te werken met prostituées, verslaafden en daklozen, maar ik ben er helemaal ingegroeid. Erg om te doen heb ik het in ieder geval nooit gevonden. Volgens mij is ieder mens door god geroepen tot een bepaalde bestemming. Dat geloof ik echt!

In 1865 is het Leger des Heils van start gegaan als een leger van christenen dat strijdt tegen de lichamelijke en geestelijke honger en armoede en dat zich verzet tegen maatschappelijke wantoestanden. Tegenwoordig is het leger actief in meer dan 95 landen, waaronder tientallen ontwikkelingslanden. In Afrika en Azië doen we veel medisch werk. Het leger heeft er ziekenhuizen en kraamklinieken. We geven er onderwijs en helpen dagelijks duizenden baby's, straatkinderen en bejaarden aan een gratis maaltijd.

Sinds 1990 zijn we ook weer actief in Oost-Europa, waaronder Rusland, Tsjechië, Letland en Hongarije, landen waar het leger tientallen jaren verboden is geweest. Vanaf het begin al geldt dat we mensen helpen, ongeacht hun afkomst, achtergrond, geloof of geaardheid. En dat is nog steeds zo.

Inmiddels hebben de sociale wetten een einde gemaakt aan de zichtbare armoede op grote schaal. Maar er zijn nog altijd ontelbare mensen die ondanks alles op het randje van het bestaansminimum balanceren. Ook zijn er mensen die hun geld niet verstandig benutten, bijvoorbeeld doordat ze te veel drinken. Echt honger lijden is in ons land eigenlijk niet nodig. Maar voor een alleenstaande moeder met een paar kinderen kan het heel erg moeilijk zijn om elke maand weer rond te komen. Ik denk dat het voor bepaalde groepen mensen steeds moeilijker wordt om de eindjes aan elkaar te knopen. Soms denk ik ook dat mensen best iets zuiniger kunnen doen. Er wordt wel heel snel iets weggegooid. Maar zo groeien de mensen vandaag de dag op. De televisie wekt allerlei verlangens en verwachtingen die voor veel mensen niet zijn weggelegd. Mijn generatie gaat daar toch anders mee om.

Grote zorgen maak ik me over de groeiende vereenzaming. Er zijn ontzettend veel mensen echt eenzaam, dat komt doordat de samenleving veel individualistischer is geworden. Verenigingen, maatschappelijke verbanden en de kerk hebben aan betekenis ingeboet. Ik vind dat geen goede ontwikkeling. De mens is in wezen toch een gemeenschapsdier, dat is een natuurlijke behoefte. Die toenemende individualisering leidt ook tot vervaging van normen en waarden. Maar als we het samen willen, dan is dat te keren. Dat is mijn overtuiging en dat probeer ik altijd uit te dragen. Soms voel ik me echter een roepende in de woestijn. Mensen moeten weer méér bij elkaar betrokken zijn.

In Amsterdam wonen veel mensen met een andere huidskleur, andere gewoonten en andere geloven. Ik heb nooit problemen met iemand van een andere cultuur. Wij moeten leren om de ander te accepteren en te waarderen zoals die is. Helaas zijn er te veel mensen die dat niet willen. Dat heeft ook te maken met de vervaging van normen en waarden. Als normloosheid norm wordt, dan leidt dat tot geweld, misdrijven, prostitutie, drugsgebruik, tot de ontaarding van het mens zijn. Ik denk niet dat de mensen daar beter van worden. Op de jeugd heeft dat soort ontwikkelingen nog wel de meeste invloed. Mensen van mijn leeftijd trekken zich er veel minder van aan. Het overbrengen van normen en waarden aan onze jeugd is ontzettend belangrijk, maar helaas gebeurt het veel te weinig."

"Majoor" Bosshardt wordt in 1913 geboren als Alida Margaretha Bosshardt. Haar naam is onlosmakelijk verbonden aan het Amsterdamse Goodwillcentrum dat ze in 1948 opzet. Vanuit het centrum bezoeken de heilsoldaten kroegen, krotten en bordelen. Nationale bekendheid krijgt majoor Bosshardt in 1959 door een TV-optreden in het programma "Anders dan anderen". In 1965 vergezelt prinses Beatrix de majoor op haar ronde over de Wallen. Het geheime tripje lekt uit en beheerst dagenlang het nieuws. Sinds 1978 is de inmiddels tot luitenant-kolonel bevorderde Bosshardt gepensioneerd. Maar ze blijft werken.

Inhoud

  • Nieuws: Het Binnenhof / Aktie / Bulletin Board
  • "De huurders van de rijtjeshuizen subsidiëren de villa-eigenaren," concludeerde de SP jaren geleden.

    Met nieuwe hypotheekvormen en beleggingen op kosten van de fiscus is de onrechtvaardigheid sindsdien alleen maar toegenomen. Feiten over het grootste taboe in Den Haag: de onbeperkte hypotheekrente-aftrek.
  • Interview: Na lang zeuren kreeg ze in 1948 een vlag, 100 gulden en de zegen van de leiding van het Leger des Heils. Bijna 50 jaar later neemt de drukte in haar Goodwillcentrum op de Amsterdamse Wallen nog steeds toe. In gesprek met "majoor" Alida Boshardt.
  • Als de verpleegtehuizen gaan staken, dan heeft de regering het echt veel te grijs gemaakt. Eensgezind strijden bewoners en verzorgers tegen Paars.
  • Politiek niets voor jongeren? De aanstormende talenten in de SP bewijzen het tegendeel. "Omdat de SP jongeren serieus neemt en volwaardig bij het werk betrekt."
  • De kwestie: De leugendetector.
  • Theo de Buurtconciërge; strip van Wim Stevenhagen