publicatie

Spanning januari 2011 :: Het Rijke Rooie Leven :: Niet meedoen! Niet meedelen?

Spanning, februari 2011

 

Het rijke rooie leven, deel 64:

Niet meedoen! Niet meedelen?

Tekst: Sjaak van der Velden

Dit affiche heeft ooit bij iemand op de deur of het raam gehangen. Daarmee werd de persoon in kwestie voor de gehele gemeenschap gebrandmerkt als een onderkruiper. Tegenwoordig noemt men zo iemand dan in de pers heel netjes een werkwillige. Daarmee wordt aan het gedrag van iemand die niet solidair is met zijn collega’s een positieve draai gegeven. Een werkwillige heeft immers iets zieligs. Hij (of zij) zou best willen werken, maar dat wordt onmogelijk gemaakt door de oproerkraaiers die het werk hebben neergelegd. Vergeten wordt dan natuurlijk wel dat ook stakers werkwillig zijn. Ze willen zo weer aan het werk gaan, als eerst maar aan hun eisen wordt voldaan. Door het woord werkwillige te gebruiken voor niet-stakers worden stakers in een kwaad daglicht gesteld.

In de negentiende eeuw ging het er bij stakingen soms heet aan toe. Zo is van een staking uit 1823 de kreet van stakers overgeleverd dat als iemand niet meedoet hij een klap met de spade kon verwachten, tussen ‘hals en schouders’. Uit latere jaren zijn gevallen bekend waarbij onderkruipers getrakteerd werden op een stevig pak slaag en in de jaren dertig is in Rotterdam door stakers de huwelijksdag van een onsolidaire collega danig verpest. Arbeiders die na een dag werken huiswaarts keerden, hadden het soms zwaar te verduren als een hele stoet stakers en sympathisanten hen naar huis begeleidde. Tegenwoordig is dat allemaal niet meer goed mogelijk omdat vrijwel niemand meer vlak bij het werk woont en de meesten snel in de auto stappen.

Het affiche is gebruikt in augustus 1952 bij een staking van 171 arbeiders aan de coöperatieve zuivelfabriek De Ommelanden in Groningen. Deze staking was een van de weinige die door het NVV (de voorloper van de FNV) in de eerste vijftien jaar na de oorlog werden gesteund. De directie wilde namelijk de CAO, waarin een betere pensioenregeling en vakantietoeslag waren geregeld, niet tekenen en dat was voor de bonden natuurlijk tegen het zere been. Daarom steunde ook het CNV de eisen. Meedoen aan de staking was voor de christenbroeders echter een stap te ver. Om die reden werd in ieder geval een van hen door de stakers zwaar mishandeld.

De strijd duurde ruim tweehonderd dagen, want de fabriek wilde niet toegeven. Directeur De Boer was een gewezen NSB’er die al vanaf 1942 in gebreke bleef met betrekking tot de pensioenvoorziening. Uit een brief van een oud-commissaris van het bedrijf blijkt dat hij onderduikers hielp: ‘om zo een goede beurt te maken voor het geval de zaken fout liepen.’ Kortom, een fijn heerschap. In het conflict met zijn arbeiders in 1952-53 bleek hij ook niet behept te zijn met een groot gevoel voor tact. Vrijwel direct na het uitbreken van de staking stuurde hij de stakers een ontslagbrief. In deze brief werden de arbeiders getutoyeerd, wat nog eens extra kwaad bloed zette. Uiteindelijk moest hij na een bindende arbitrage in maart 1953 bakzeil halen, de CAO naleven en de stakers terugnemen. Een maand later nam hij zelf ontslag. De staking bij De Ommelanden wordt in de stakingsliteratuur vaak beschouwd als een negentiende-eeuws conflict in een andere eeuw. De agressie tegen onderkruipers was daar typerend voor.

Zoals hierboven geschreven, komt openlijke agressie tegen onderkruipers nog maar zelden voor in ons land. Dat heeft inderdaad te maken met het feit dat nog maar weinig mensen vlakbij hun werk wonen. Het is echter ook het gevolg van de voortschrijdende individualisering in de maatschappij. Niet zelden zijn het de mensen met de grote mond in kantine of bij de koffieautomaat die, als puntje bij paaltje komt, weigeren mee te doen aan een actie. Een heel register aan argumenten trekken ze dan open. De bonden zijn niet radicaal genoeg, het haalt toch niets uit, je laat je toch niet op sleeptouw nemen door oproerkraaiers, er moet nou eenmaal bezuinigd worden enzovoorts, enzovoorts.

Er zijn mensen die denken dat ze alles wel individueel kunnen regelen. Vakbonden en collectieve acties passen niet in dat wereldbeeld. Maar waarom horen we toch nooit van onderkruipers dat ze niet mee willen doen aan een staking, maar dan ook heel consequent niet willen mee-delen in de resultaten van een gewonnen actie?