publicatie

Spanning, augustus 2007 :: Samen delen is een bewuste keuze in de SP: ‘Het is goed dat SP-politici een deel van hun vergoeding investeren in vrijwilligers’

Spanning, augustus 2007

‘Het is goed dat SP-politici een deel van hun vergoeding investeren in vrijwilligers’

Samen delen is een bewuste keuze in de SP

Hoewel enkele incidenten deze zomer deden vermoeden dat de afdrachtregeling van de SP onder druk staat, is het tegendeel waar. De regeling houdt, in aangepaste vorm, al stand sinds de oprichting van de partij. Al die jaren dragen de meeste SP-politici zonder probleem een deel van hun vergoeding af aan de partij. Samen delen is in de SP een bewuste keuze én een basis voor het succes van de partij.

Tekst: Laurens Ivens en Ronald van Raak

Afdrachtregelingen in politieke partijen zijn niet bijzonder. Toen partijen nog niet zoveel overheidssubsidie kregen was de afdracht, naast de ledencontributie, een belangrijke bron van inkomsten. Veel partijen hebben nog steeds een afdrachtregeling, of hadden die tot voor kort. Afdrachten zijn een goede manier om vergoedingen aan individuele politici deels te investeren in het gezamenlijke werk van de partij die zij vertegenwoordigen. PvdA-Tweede Kamerlid Pierre Heijnen pleit in het zomernummer van Socialisme & Democratie voor verhoging van de afdrachten in zijn partij: ‘Spreek voor alle gekozen en benoemde PvdA-politici af dat ze een groter deel van hun vergoeding afstaan aan de partij, ter directe ondersteuning van de afdelingen.’

Afdrachtregelingen zijn vrij normaal, maar er zit wel variatie in de omvang van de afdrachten. Bij de SP zijn die het grootst. Raads- en Statenleden betalen uit hun riante vergoedingen de kosten die zij maken en hun verlet, voor de uren die ze niet kunnen werken. Wat over blijft komt ten goede aan de partij. Dat kan ook gemakkelijk. Raads- en Statenwerk zijn nergens een dagtaak. In de grootste steden vergt het raadswerk wel meer tijd dan gemiddeld en dus is er ook recht op meer verletvergoeding. Kamerleden en Europarlementariërs horen in Nederland tot de vijf procent best betaalde mensen in Nederland. Dat zorgt voor een onnodig grote kloof tussen kiezers en gekozenen. In de SP krijgen ze daarom een modaal salaris en natuurlijk worden ook hun onkosten vergoed. Wat over blijft komt opnieuw ten goede van hun partijgenoten.

Zo gaat dat al sinds de oprichting van de SP 35 jaar geleden en zo wordt dat keer op keer door partijcongressen en partijraden als juist en nuttig bevestigd. Er is geen enkele wettelijke bepaling die zich tegen onze afdrachtregeling verzet. Het is de eigen keuze van de partij en van de politici die het betreft. De wet verbiedt een volksvertegenwoordiger niet om alle vergoedingen in eigen zak te steken en evenmin om deze met partijgenoten te delen.

Niemand in de SP móet Raadslid, Statenlid of Kamerlid worden. Wie dat wél wil, weet van tevoren welke afspraken we binnen de partij hebben gemaakt. Eén van die afspraken is de afdrachtregeling. Alleen wie het daarmee eens is, komt op een kandidatenlijst. Daar zet je ook je handtekening onder. De meeste SP’ers doen andere nuttige taken in hun partij. Ze helpen een afdeling te besturen, voeren acties of draaien mee in de plaatselijke hulpdienst. Veel SP-leden zijn actief in de buurt, hun bedrijf en in de vakbond en zijn de oren en ogen van de SP-volksvertegenwoordigers. Dat doen ze allemaal zonder enige financiële beloning, maar het kost natuurlijk wel geld. Zonder al dat vrijwilligerswerk kan een partij als de SP niet bestaan. Voor veel kiezers vormt die grote en belangenloze inzet van zoveel leden één van de charmes van de SP.

Het is goed dat politici een deel van hun vergoedingen investeren in hun partijgenoten die bereid zijn zoveel vrijwilligerswerk te doen. Dat vergroot de slagkracht en de kwaliteit van de hele partij. Bovendien voorkomt het dat er grote verschillen ontstaan tussen volksvertegenwoordigers en andere partijleden. Dit zouden ze in meer partijen moeten doen.

Inhoud