Verlaging erfbelasting: onrechtvaardig, onverstandig en niet-effectief
Staatssecretaris De Jager wijzigt de Successiewet om een aantal belastingontwijkingsconstructies aan te pakken. Dat is het goede nieuws. Het geld dat die maatregel oplevert, sluist hij echter door naar de erfgenamen van de meest vermogende Nederlanders. Dat is oneerlijk, onverstandig en niet-effectief: het vergroot de vermogensverschillen, het verkleint de financiële armslag van de regering en het heeft geen positief effect op de economie. De Eerste Kamer kan dat komende week nog corrigeren.
Belasting betalen is niet leuk maar wel nodig om allerlei voorzieningen te financieren – van rechtspraak en politie tot onderwijs en sociale voorzieningen. De overheid moet dus belastingheffen, maar hoe ze dat doet, is een keuze. Je kunt belastingheffen op aankopen (BTW), op inkomsten (zoals loon- en winstbelasting.), op vermogen, maar ook op erfenissen (successiebelasting of erfbelasting).
Die laatste belastingheffing wordt binnenkort ingrijpend gewijzigd als de Eerste Kamer ermee akkoord gaat. De wet die dit zou moeten regelen, pakt een aantal `belastingontwijkingsconstructies’ aan waarmee een aantal hoogvermogenden nu nog de erfbelasting en inkomstenbelasting ontduikt. Staatssecretaris van belastingzaken De Jager wordt daar alom en terecht voor geprezen. Hij doet wat zijn voorgangers nalieten.
Opmerkelijk is echter dat de belastinginkomsten die hieruit voortvloeien door De Jager worden ingezet voor een verlaging van de erfbelasting. Dit is om twee redenen vreemd. Ten eerste had het rechttrekken van de genoemde belastingontduiking ook voor ieder ander doel ingezet kunnen worden (meer voorzieningen, andere belastingverlaging of verlaging van de staatsschuld). Ten tweede is vrijwel iedereen het erover eens dat bij ‘erven’ aan iemand (de verkrijger) iets ‘toevalt’ waar hij niets voor gedaan heeft. Niet onredelijk dus om de verkrijger daarvoor te belasten. Experts zijn het daarnaast erover eens dat, van alle belastingsoorten, de erfbelasting het minste invloed heeft op economische marktprocessen. Daarmee is het een van de meest efficiënte belastingen.
Terwijl de keuze voor verlaging van de erfbelasting al vreemd is, is het ‘hoe’ van de verlaging van de erfbelasting nog vreemder. Tijdens de voorbereiding van de behandeling van het wetsvoorstel in de Eerste Kamer, heb ik gegevens boven tafel gekregen die laten zien dat deze belastingverlaging vooral in het voordeel is van mensen die een zeer grote erfenis krijgen. Bijna eenderde (32%) van de verlaging slaat neer bij de top 5% van de vermogensverdeling. Dat zijn mensen die een vermogen van meer dan een half miljoen euro hebben – omdat ze dit al hadden of omdat ze het door erfenis hebben verkregen. Die top 5% gaat er relatief het meest op vooruit. Maar de hele top 35% van de vermogensverdeling gaat er fors op vooruit en toucheert het overgrote deel van de totale belastingverlaging: ruim tweederde (68%). Gemeten naar individuen krijgt de top 1% van de kinderen die erfbelasting betalen gemiddeld een 108 maal grotere belastingreductie dan de 33% aan de onderkant (erfenissen tot €25.000). Bij individuen van buiten de directe familie krijgt de top 1% zelfs een 224 maal grotere reductie dan degenen aan de onderkant. Verlaging van de erfbelasting is niet verstandig; maar om zo’n verlaging hoofdzakelijk aan de rijken toe te meten, is ook onrechtvaardig. Onzuiver is het dat je diep moet wroeten vooraleer je dit onverstandige en onrechtvaardige beleid cijfermatig onder ogen krijgt. Een belastingherziening die de rijken zó sterk bevoordeelt, past zeker niet op een moment dat de regering zich door de economische crisis gedwongen ziet tot ingrijpende maatregelen. Op 19 terreinen bereiden werkgroepen momenteel draconische bezuinigingen voor. Uitdelen aan de rijksten heeft dan geen pas.
De hierboven genoemde gevolgen van het wetsvoorstel waren nog niet bekend toen dit in de Tweede Kamer behandeld werd. Zelfs na herhaaldelijk vragen van de PvdA kwam de regering steeds weer met het antwoord dat zij niet wist of het wetsvoorstel de vermogensverschillen gaat vergroten. Pas na speurwerk van de Eerste Kamer, mede aan de hand van CBS-cijfers over de vermogens- en nalatenschapsverdeling, is de waarheid boven tafel gekomen. Gegeven deze nieuwe feiten, doet de Eerste Kamer er goed aan dit wetsvoorstel komende week in zijn huidige vorm niet goed te keuren en de staatssecretaris op te dragen de nieuwe informatie eerst voor te leggen aan de Tweede Kamer. Daar kan dan het debat over de herziening van de erfbelasting, mede aan de hand van gedegen cijfers, opnieuw gevoerd worden. Bij voorkeur nadat de staatssecretaris het voorstel zo aangepast heeft dat niet de meest- maar de minstvermogenden er het meest op vooruit gaan. Daarna zal de staatsecretaris zijn voorstellen over het aanpakken van belastingontduiking zonder moeite door beide Kamers krijgen. Zoals gezegd: belastingontduiking aanpakken is prima, de opbrengst ervan weggeven aan hen die al het meeste geld hebben, is onrechtvaardig, onverstandig en niet-effectief. Ik ga ervan uit dat mijn collega-senatoren dat met mij eens zullen zijn. Dan wacht staatssecretaris De Jager dinsdag een interessant debat in de Eerste Kamer!
Deze grafiek toont uitsluitend de erfbelasting voor kinderen; de percentages voor de andere erfbelastingen liggen wat anders, maar hebben hetzelfde patroon