opinie
Agnes Kant:

Gun oma woning op erf van de kinderen

De regering speelt onvoldoende in op het feit dat ouderen langer zelfstandig thuis willen blijven wonen. De behoefte aan huisvesting, zorg, voorzieningen en vooral mantelzorg zal veranderen. We moeten stimuleren dat (buiten de steden) ouderen op het eigen erf worden gehuisvest.

Er moet meer ruimte komen voor senioren. Momenteel zijn 172.000 mensen op zoek naar ouderenhuisvesting. Dat kan in allerlei vormen: seniorenwoning, aanleunwoning, serviceflat of woonzorgcomplex. Deze behoefte zal de komende jaren alleen maar sterker groeien, met de toenemende vergrijzing. De feitelijke behoefte is nog veel groter: in 2002 bleken 970.000 seniorenhuishoudens behoefte te hebben aan een aanpaste woning of verzorgd wonen.

Nu al komt het grootste deel van de zorg voor ouderen voor rekening van ruim een miljoen mantelzorgers (naaste familie of vrienden). De mantelzorg wordt steeds belangrijker. Tegelijk zullen steeds meer jongerenhuishoudens een dubbele baan hebben, waardoor de capaciteit van die mantelzorg sterk juist onder druk zal komen.

Huisvesting van ouderen in de directe omgeving van hun kinderen of familie maakt mantelzorg mogelijk en gaat vereenzaming tegen. De behoefte om weer dichter bij elkaar te wonen zal toenemen en het is ook goed dit te stimuleren. Eigenlijk hebben in het verleden diverse generaties altijd bij elkaar gewoond. Slechts in de tweede helft van de vorige eeuw zijn families uit elkaar gaan wonen, wat mede leidde tot de behoefte aan bejaardentehuizen.

Er is behoefte aan een concreet volkshuisvestingsplan ten behoeve van mantelzorg, maar de regering laat het in de recente nota Ruimte afweten. Wat daar eigenlijk in zou moet staan?

  • Bestaande bijgebouwen mogen geschikt worden gemaakt voor bewoning door ouderen in het kader van mantelzorg.
  • Er komt een vrijstellingsregeling voor een extra woning op erven groter dan 600m² met gemaximeerd bouwvolume onder strenge voorwaarden.
  • In de woningbouw en bij herstructurering wordt meer rekening gehouden met wensen om te leven in grotere familie- en groepsverbanden.
  • Woningcorporaties geven voorrang aan ouderen die voor mantelzorg dichtbij hun kinderen willen wonen (en andersom).
Het is noodzakelijk op een andere wijze naar seniorenhuisvesting te kijken. In sommige gemeenten wordt al geëxperimenteerd met het gedogen van tijdelijke ouderenhuisvesting in garages en andere bijgebouwen op het erf van de kinderen, zoals in het Brabantse Boekel. Maar er zal een structurele oplossing moeten komen die blijvend uitzicht biedt op het oplossen van de zorg- en woningnood onder senioren. Wat ligt er meer voor de hand dan om particulier initiatief te stimuleren op zodanig gereguleerde wijze dat huisvesting en mantelzorg een belangrijke impuls krijgen, zonder dat het de overheid budget en ruimte kost?

Voor particulieren met een groot erf moet het aantrekkelijk en makkelijk worden een aanleunwoning te bouwen voor ouderen- of jongerenhuivesting. Zo wordt snel een groot aantal maatschappelijke voordelen behaald, besparen we op de zorgkosten en hoeven we geen beslag te leggen op de publieke, groene ruimte. Dit idee kan de Nederlandse woonvoorraad een belangrijke impuls geven. De nu nog geldende eis in Boekel van tijdelijkheid zou moeten worden afgeschaft, zodat geen kapitaalvernietiging optreedt en de woningvoorraad blijvend uitgebreid wordt. Te denken valt aan een toestemming voor de bouw van aan senioren aangepaste woningen van 70m² met een voorzieningenniveau dat het mogelijk maakt langdurig mantelzorg te verlenen in de eigen omgeving.

Nu al wordt 80 procent van de zorg in Nederland door 1,3 miljoen mantelzorgers verricht. Dit fenomeen zal een stevige impuls kunnen krijgen met deze maatregel, die het zorgen naast de deur mogelijk maakt. De sociale samenhang van dorpsgemeenschappen wordt aanzienlijk vergroot doordat het aantal inwoners en het voorzieningenniveau binnen de huidige grenzen aanzienlijk kunnen uitbreiden. Het aanzien van dorpen en buitengebied zal door dit plan alleen maar verbeteren, evenals de veiligheid. Er zal immers vaker iemand aanwezig zijn op het erf. Ook komt het de integratie van diverse leeftijdscategorieën ten goede. Een grote zorg van veel 50-plussers is om 'verbannen' te worden naar grijze enclaves, terwijl juist het samenleven met de kinderen, temidden van een divers samengestelde woonomgeving kan zorgen voor meer levensgeluk en toekomstverwachting.

Betrokken SP'ers