opinie
Agnes Kant:

‘Bewoners van verpleeghuizen verdienen een fatsoenlijk leven’

De problemen in de zorg manifesteren zich vooral in wantoestanden in verpleeg- en verzorgingstehuizen. Met de zomer voor de deur wordt de crisis nog groter. Volgens de kiezers dient verdient verbetering van de zorg de allerhoogste prioriteit. Werkers uit de zorg luiden de noodklok. Hoe gaan we beter zorgen voor de mensen die volledig van onze zorg afhankelijk zijn?

Dat de zorg voor zieke, hulpbehoevende mensen achterblijft kunnen we niet wijten aan algemene armoede of zo. Nee, nog erger: het stelsel van zorg bouwden we in Nederland stap voor stap op in een periode dat we het allemaal samen vel minder breed hadden. De tekorten hebben we laten ontstaan in de afgelopen decennia, toen we als land rijker werden dan ooit tevoren in onze geschiedenis. Het gaat dus niet om gebrek aan geld, maar om gebrek aan doortastendheid om het geld dat w hebben op de juiste plaats en onder de juiste voorwaarden in te zetten.

Verpleegkundigen en verzorgenden schetsen een uitermate zorgelijk beeld van hun werk. Ze zien de kwaliteit van de zorg hard achteruitgaan door een groot tekort aan personeel, een hoge en nog steeds oplopende werkdruk en een hoog ziekteverzuim. Medische zorg en veiligheid kunnen onvoldoende worden gegarandeerd, evenals minimale basiszorg. Het meest schrijnend vinden ze het te kort schieten in persoonlijke aandacht voor de bewoners. Nooit tijd voor een praatje, om iemand te troosten, zelfs voor stervende mensen is niet altijd tijd. Zij voelen zowel hun patiënten als zichzelf door de overheid in de steek gelaten.

Uit alle verhalen blijkt dat het vele werk doorgaans nog steeds met geweldige inzet wordt gedaan, ondanks alle tegenwerking en gebrek aan ondersteuning waarvan de gevolgen vrijwel dagelijks merkbaar zijn. De meeste mensen in de verpleeghuiszorg blijken bewust gekozen voor dit werk. Het is ook niet alleen kommer en kwel. Veel werkers vinden veel voldoening in hun werk. Het is een prachtige baan waarin je mensen die het zo hard nodig hebben, hulp, zorg, bescherming en troost kunt bieden. Maar precies daarom voelen mensen die in verpleeghuizen werken zich ook schuldig. Schuldig omdat ze hun werk niet goed kunnen doen, omdat ze voortdurend ongewilde keuzes moeten maken en grenzen verleggen. Dat heeft ingrijpende gevolgen, voor henzelf en de mensen die ze verplegen. Ze raken gedesillusioneerd en verlaten in grote aantallen de zorg - zonder dat er anderen klaar staan om leegkomende plekken in te vullen. Daardoor groeit de nood nog meer.

Natuurlijk zijn zij die niet weg kunnen, de verpleeghuisbewoners, de grootste slachtoffers van het falende beleid op het terrein van de gezondheidszorg. Voor hen is het verpleeghuis nooit een 'vrije keuze' geweest, altijd bittere noodzaak. Het leven is er, ondanks alle aandacht, sowieso al een heel stuk minder. Naast je lichamelijke en verstandelijke beperkingen is er het gemis aan de vertrouwde omgeving van weleer en aan de mensen die je in je omgeving had. Juist omdat we dat weten, hebben we, als samenleving, de maatschappelijke plicht om werkelijk het maximale te doen om de omstandigheden voor de bewoners van onze verpleeghuizen zo fatsoenlijk mogelijk te maken.

En precies daarin slagen we nu niet. Twintig jaar te weinig geld investeren in dit deel van de zorg heeft geleid tot beschamende wachtlijsten, rantsoenering van zorg, een onacceptabele hoge werkdruk en demotivatie van de werkers in de zorg. Er is op onverklaarbaar slordige wijze volstrekt onvoldoende rekening gehouden met de vergrijzing en met de innovaties in de zorg waardoor levensverwachting is gestegen. Wat vooruitgang moest zijn, en waarvoor iedere Nederlander ook graag een bijdrage, via de belasting, zou willen betalen, is door slecht beleid een probleem geworden. Nederland is onvoldoende voorbereid op de toename van het aantal ouderen en de zorg die voor hen nodig zal zijn om hen een goede oude dag te bezorgen, nu en in de komende decennia. Volgens de Gezondheidsraad moeten in 2010 alleen al vanwege de toename van dementiepatiënten 12.900 méér plaatsen in verpleeg- en verzorgingshuizen zijn dan in 2000. Dit komt bovenop de 11.500 mensen die nu al wachten op een plekje.

Met de zomer voor de deur zullen de problemen nog groter worden. De inspectie voor de Volksgezondheid constateerde al eerder dat in de zomerperiode de verantwoorde zorgverlening extra onder druk staat. Gevolg: sluiting van bedden, (tijdelijke) opnamestops het inzetten van directieleden, schoonmaakpersoneel en familie om bewoners te wassen en eten en drinken te geven, zondagsdiensten, bewoners niet of veel later uit bed halen, taakgericht in plaats van bewonersgericht werken en de frequentie van baden en douchen verminderen. Veel patiënten, familieleden en werkers in de zorg zien de komende maanden met vrees tegemoet.

Politiek is kiezen zei minister Borst laatst tegen me in een debat. Laten we dat dan nu gaan doen: kiezen voor een zorgniveau dat bij een beschaafd land past. Wachten kan niet meer.

Betrokken SP'ers