Nederlands nee tegen EU-grondwet moet nee blijven
Het nee van de Nederlandse bevolking tegen de Europese grondwet is blijkbaar niet goed doorgedrongen tot de Europese regeringsleiders. Nederland moet afstand nemen van de chantage van Commissievoorzitter Barroso.
Voorzitter Barroso van de Europese Commissie heeft gedreigd dat de EU na toetreding van Roemenie en Bulgarije, voorzien voor volgend jaar, niet verder kan uitbreiden. Eerst wil hij duidelijkheid over de toekomst van de Europese grondwet. Toetreding van bijvoorbeeld Kroatië wordt zo in de ijskast gezet. Alhoewel deze stellingname – geen EU-grondwet én een rem op de uitbreiding – sympathiek oogt, is het de zoveelste poging om de lidstaten onder druk te zetten de Europese grondwet alsnog te omarmen.
Al eerder pleitte de Franse presidentskandidaat Sarkozy voor een ‘mini’-grondwet, een pleidooi dat werd ondersteund door de Italiaanse premier Prodi. Ook de Duitse bondskanselier Merkel wil haast maken met de EU-grondwet. Blijkbaar is het ‘nee’ van de Nederlandse bevolking niet goed doorgedrongen tot de Europese regeringsleiders. Premier Balkenende zou bij het komende overleg met zijn collega’s nogmaals het Nederlandse standpunt moeten herhalen: nee is nee.
Natuurlijk moet er gewerkt worden aan een nieuw verdrag. Een verdrag dat de bestaande onvolkomenheden grondig aanpakt. Een verdrag dat wél op de steun van de Europese bevolking kan rekenen. Maar de EU-grondwet is door Frankrijk en Nederland afgewezen. Nederland moet daarom ondubbelzinnig afstand moeten nemen van de chantage van Commissievoorzitter Barroso. De discussie over de EU-grondwet en een eventuele verdere uitbreiding van de EU dienen bovendien uit elkaar getrokken te worden. Tegelijkertijd dienen de Nederlandse partijen helderheid te verschaffen over hun plannen met de EU-grondwet. CDA en VVD reppen met geen woord over de EU-grondwet in hun verkiezingsprogramma’s. Deze partijen hebben tevens aangegeven in de toekomst geen referendum meer te willen organiseren. Hiermee houden zij de mogelijkheid open om de EU-grondwet na de verkiezingen alsnog via de achterdeur in te voeren. Het zou deze partijen sieren als ze hierover vóór de verkiezingen kleur bekennen. Dan heeft de kiezer bij de Kamerverkiezingen op 22 november het laatste woord.
