opinie

Negeren EU is zinloos, maar rebelleren kan helpen

Een regering die zelf niet weet welke verplichtingen ze met het lidmaatschap van de Europese Unie is aangegaan roept allerlei ellende als verloren processen en boetes over zich af. Daarmee hebben vorige Nederlandse regeringen al eerder ervaring opgedaan. Onder Paars 1 vergat minister Weyers van Economische Zaken de aanmelding en goedkeuring van besluiten, waardoor ze ongeldig werden. Zijn collega Melkert ontwikkelde een zeer creatieve interpretatie van de mogelijkheden om gelden uit het Europees Sociaal Fonds naar eigen inzicht te besteden, met als gevolg dat Nederland nu enkele honderden miljoenen Euro´s moet terugbetalen.

Onder Paars 2 heeft minister Netelen-bos de exploitatie van de hogesnelheidslijn Amsterdam-Rotterdam-Breda aanbesteed op een manier die niet past in de EU-aanpak. Hoewel het Europees Parlement eind 2001 op mijn voorstel het plan van de Europese Commissie om aanbesteding verplicht te stellen heeft afgewezen zijn parlement en commissie het samen eens dat indien er wel wordt aanbesteed alle gegadigden onder dezelfde condities als moeten kunnen meedoen. In dit geval bleek het inschakelen van buitenlandse concurren-ten echter slechts bedoeld om de zekere winnaar, de combinatie van NS en KLM, onder druk te zetten om een hoge afdracht aan de staat te doen en die te financieren met een hoog schriktarief voor de passagiers. Niemand weet er gebeurt als afgewezen concurrenten nu alsnog komen melden dat zij het goedkoper kunnen doen.

Terecht wijst Rinus van Schendelen (Forum 31-8-2002) erop dat de nieuwe Nederlandse regering het bestaan van de EU niet domweg kan (blijven) negeren. Maar ze zou, aan de vooravond van de uitbreiding van de EU en de Conventie die een oplossing moet vinden ter vervanging van het mislukte verdrag van Nice uit 2000, er wel voor kunnen kiezen om een eigen koers te varen. Nederland hoeft in de Europese Unie niet het braafste jongetje van de klas te blijven. De vorige regering ging er in het voorstel dat ze bij het debat over de 'Staat van de Unie' op 10 oktober 2000 aan de Tweede Kamer voorlegde vanuit dat de EU steeds dieper zal ingrijpen in binnenlandse bestuurlijke afwegingen. Een houding die goed paste bij de arrograntie die ambtenaren van de Europese Commis-sie en leden van het Europees Parlement veelal tonen. Zij zeggen: wij maken het overgrote deel van de echte wetgeving, en de nationale parlementen mogen daarop nog slechts binnen twee jaar hun goedkeuringsstempel zetten zonder recht om van de hoofdlijn af te wijken.

Hopelijk wil de nieuwe regering zich minder gedragen als een provincie van superstaat Europa. En dan niet uit puur eigenbelang zoals regeringspartij VVD die het EU- lidmaatschap altijd beoordeeld heeft op de financiele voordelen die de Nederlandse staat en het Nederlandse bedrijfsleven eraan overhouden, met afwijzing van de volgens de VVD te dure solidariteit met anderen. Van de LPF heb ik de indruk dat die de minste binding heeft met de tradities en de discipline die dit Europa ons oplegt, en graag snel al datgene afschudt wat door vrijheidslievende burgers als hinderlijk wordt ervaren. Alleen de grootste regeringspartij, het CDA, heeft dezelfde traditie als de PvdA. Deel van een centralistische beweging, die een halve eeuw haar bureaucratische stempel heeft gezet op de misvorming van een op zich nuttige samenwerking tussen buurstaten.

De nieuwe regering kan meer doen dan alleen maar les krijgen van Europa. Ze kan bijdragen tot minder knellende structuren. Bij voorbeeld door het nodeloos rondpompen van subsidiegelden tussen de rijkere lidstaten, met alle fraude en controlekosten van dien, te beëindigen en fondsen alleen in te zetten als middel tegen natuurrampen en voor arme nieuwkomers. Oost-Europa levert nu onderbetaalde arbeid en exporteert goedkope land- en mijnbouwproducten, als ruilmiddel voor import dure hoogwaardi-ge technologie, en dreigt daarmee duurzaam het arme achtererf voor West-Europa te worden zoals Mexico dat is voor de VS. Een nieuwe Nederelandse aanpak zou de aandacht meer kunnen toespitsen op het oplossen van grensoverschrijden-de problemen (milieu, verkeer, grensarbeid) dan op door weinigen gewaardeerde dwang zoals de verplichting om gezond rundvee massaal af te slachten in plaats van het in te enten tegen mond- en klauwzeer. Ze kan ook meer werk maken van conmsumenten-bescherming tegen de almacht en de ondoorzichtigheid van het internationale bedrijfsleven, in plaats van geld te steken in doodlopende prestigeprojecten zoals een eigen navigatiesatellietsysteem Galileo. En tot slot kan ze ook helpen om de macht van de nationale parle-menten naast die van het Europese Parlement te versterken ten koste van de geheime onderonsjes tussen ministers en staatssectetarissen van de lidstaten. Laat dat de inzet zijn van het debat als de nieuwe regering in oktober weer het jaarlijks rapport over de stand van zaken in Europa voorlegt aan de Tweede Kamer. Als ze wil rebelleren tegen de tot nu toe gemaakte fouten heeft ze nog alle kans.