opinie

Ontlopen discussie is uitstel van executie

‘Wij moeten af van ons verzuilde onderwijssysteem. Dat vind ik en eigenlijk vinden veel politici van andere partijen dat ook. Toch durven ze een fundamentele discussie over ons stelsel niet aan. Ze houden het bij het bestrijden van ongewenste randverschijnselen. Maar als je consequent doorredeneert kom je uit bij artikel 23 van de grondwet. In dit heilige huisje schuilt de kern van ongelijkheid en segregatie in ons onderwijs.’ Harry van Bommel van de Socialistische Partij vindt het uitstel van executie om deze discussie nog langer uit de weg te gaan. ‘Ik voorspel dat de opkomst van de islamitische zuil straks het breekijzer voor dit debat wordt. En dan kon de discussie wel eens vertroebeld worden door intolerantie.’

Hoe graag Harry van Bommel ook de degens met anderen wil kruisen over het door hem gewraakte grondwetsartikel, hij denkt niet dat het er snel van komt. 'Zodra artikel 23 in zicht komt, gaat de deur op slot. En bij onze inzet in deze discussie komt dat artikel automatisch in beeld: alle leerlingen onverdeeld naar de algemeen nationale school'. Daarmee houdt Van Bommel nog consequenter vast aan zijn principes dan de architect van de algemeen nationale school (ANS) zelf, emeritus hoogleraar Nan Dodde. Deze opperde in Inzicht 3 van 2000 namelijk nog een tweede mogelijkheid: alle scholen voortaan bijzonder. Hoewel Van Bommel deze opzet al een hele verbetering zou vinden, houdt hij toch vast aan de eerste: 'Bij een stelsel van bijzondere scholen, blijft toch het risico op ongelijkheid bestaan. Dan is het bijvoorbeeld nog steeds aan de schoolleiders en de schoolbesturen zelf om te beoordelen of een leerling al dan niet toegelaten wordt. Misschien manifesteert die willekeur zich dan minder dan nu, maar waterdicht is deze opzet allerminst. En ik vrees ook dat zo'n stelsel meer kost dan een stelsel van nationale scholen. Daar heb ik Dodde nog niet over gehoord.'

Uitstel van executie De conclusie van de SP mag dan rechtlijniger zijn dan die van Dodde, in de benadering van de problematiek zitten veel overeenkomsten. Harry van Bommel: 'Ook wij vinden dat levensbeschouwelijke en religieuze opvoeding niet op school thuishoort, maar in de primaire opvoeding, in het gezin. Zijn analyse van de huidige situatie deel ik ook: het doorzetten van de ontkerkelijking; leerkrachten die met de identiteit van hun school geen raad weten, het zo gemakkelijk overstappen van leerkrachten naar een school met een andere identiteit. Dat zijn tekenen aan de wand. En dan zijn er ook nog de praktische bezwaren tegen de verzuiling. Dodde becijferde dat die de gemeenschap 4 miljard per jaar kost. Zelfs als dat bedrag maar de helft zou zijn, dan nòg vind ik dat de leden van de Tweede Kamer daar bovenop zouden moeten springen! Als er een kwestie is die de staat enkele miljoenen kost, dan schreeuwen alle Kamerleden moord en brand, maar hierover houdt iedereen zijn mond. Daarvoor is artikel 23 blijkbaar nog te zeer een heilig huisje. En dat zwijgen komt ook doordat in Nederland de pc- en de rk-school vertrouwde begrippen zijn. Hun positie ter discussie stellen vindt men pijnlijk. Bovendien kost dat misschien kiezers. Maar het is uitstel van executie. De islamitische zuil is namelijk sterk groeiend en dat is in tegenstelling tot de bekende twee confessionele schooltypen allerminst een vertrouwd fenomeen. Het gevolg is dat men nu de kans laat lopen op een zuivere, principiële discussie, zodat straks, als de discussie toch op gang komt, hij vertroebeld dreigt te worden door intolerantie. De voortekenen daarvan zie je al in de kritiek op de sterke sturing op islamitische scholen en het verband dat men daarbij legt met artikel 1 van de grondwet.'

apmiddelen In de eerdere discussiebijdragen in Inzicht is het Harry van Bommel opgevallen dat zijn collega's van de andere partijen zich verscholen achter de politieke onhaalbaarheid van een grondwetswijziging. 'Zelfs Mohamed Rabbae doet dat en hij zit toch in een oppositiepartij. Hetzelfde zien we bij Ursie Lambrechts, terwijl ik haar toch heb leren kennen als een kritisch politica die zich bij haar oordeelsvorming nooit veel aantrekt van de regeringsverantwoordelijkheid van haar partij. Ook zij capituleert voor artikel 23. En toch ligt daar de oorzaak van ongelijkheid in het onderwijs. Ook in het interview met Sharon Dijksma constateerde ik zo'n ontwijkende houding. Zij vond het haar taak om de initiatieven in het onderwijsveld tot interzuilaire samenwerking door wet en regelgeving te sanctioneren. Maar voor het volgen van ontwikkelingen in het veld zitten we niet in Den Haag! Dan zou je genoeg hebben aan een stel technocraten die meten wat er in de samenleving verandert en daar hun beleid uit destilleren. Ik vind dat een politicus voorop moet gaan in het bepalen van beleid. En als je daarbij aanloopt tegen een verouderd wetsartikel, moet je daar je pijlen op richten en niet de lapmiddelen overnemen waartoe de praktijk zijn toevlucht heeft moeten nemen. Maar ik begrijp wel hoe dat komt: als je de kern van het probleem ongemoeid wilt laten, resteert niet veel meer dan dit probleem te bagatelliseren en een aantal maatregelen aan te dikken waarmee je de negatieve effecten ervan probeert tegen te gaan: de samenwerkingsschool, de richtingsvrije planning, het afzwakken van de overschrijdingsregeling of het pleidooi voor algemene toegankelijkheid van de bijzondere school. Ik ben wel blij met al die stapjes in de goede richting, en ik ondersteun ze ook wel, maar in deze discussie zijn het afleidingsmanoeuvres.'

Verenigde Naties Harry van Bommel doet binnenkort een poging om het politieke zwijgen te doorbreken. De aanleiding daartoe is de kritiek van de Verenigde Naties op het Nederlandse onderwijsstelsel waar Zeki Arslan in Inzicht 2 van 2001 op had gewezen. 'Ik ben dat in de stukken nagegaan en het bleek dat Arslan daar volkomen terecht aandacht voor heeft gevraagd. In het verslag van de vijfde sessie van augustus 2000 trof ik inderdaad de conclusie aan dat het Nederlandse onderwijsstelsel een onaanvaardbare segregatie in de hand heeft gewerkt en dat onze regering daar maatregelen tegen zou moeten treffen. En al eerder, op 6 juli, had de Algemene Vergadering uitgesproken dat de in Nederland geconstateerde segregatie onverenigbaar is met artikel 1 van onze eigen grondwet. Ik vind het onbegrijpelijk dat deze ernstige kritiek, geuit door de internationale gemeenschap, nooit in de Tweede Kamer besproken is. Daar zou je toch uit kunnen concluderen dat wij uitspraken van de Verenigde Naties niet serieus nemen. Bij de begrotingsbehandeling zal ik de minister daar zeker vragen over stellen.'

Sancties 'Ik denk niet dat we dit snel gaan regelen', besluit Harry van Bommel. 'Maar toch wil ik de knuppel in het hoenderhok gooien. Ik blijf vasthouden aan de hoop dat men de ogen niet zal sluiten voor de negatieve effecten van artikel 23, vooral niet als die scherp en helder naar voren worden gebracht. En bovendien is er het kostenaspect en daar valt meestal wel met iedereen over te praten. En als de discussie op parlementair niveau toch wordt ondermijnd en afgekapt; het onderwerp is belangrijk genoeg voor een maatschappelijke discussie en die komt hoe dan ook op gang. Het recente, moedige initiatief van de VOO zal daar zeker toe bijdragen. Misschien dat nu ook politici gaan beseffen dat dit debat onvermijdelijk is. Laten we dit debat dan ook nu voeren en niet straks pas als allerlei dubieuze sentimenten een zuivere discussie frustreren. Je kunt het vergelijken met de problemen die er nu zijn met Marokkaanse jongeren. Jarenlang hebben we er de ogen voor gesloten dat zij in het onderwijs en later, in het maatschappelijk leven, veel minder kansen kregen. Op enkele marginale maatregelen na hebben we dat op z'n beloop gelaten. Maar nu het probleem escaleert en ineens heel dichtbij komt, wordt er om strenge maatregelen geroepen. Let wel: niet om een oplossing van het probleem van de ongelijke kansen, maar om sancties. Nu wil men er ineens wel over debatteren, niet uit maatschappelijke betrokkenheid, maar uit eigenbelang. Dit mag ons niet overkomen bij deze stelseldiscussie. De segregatie is niet meer te ontkennen of te bagatelliseren; we zijn er zelfs al voor op de vingers getikt door de Verenigde Naties. Dus waar is het wachten op?