nieuws

Verslag partijraad 15 juni 2024

Verslag Partijraad 15 juni 2024

11:00 uur Voorzitter Lieke van Rossum opent de Partijraad

1. Opening en mededelingen

Lieke van Rossum opent de Partijraad en heet iedereen welkom. Ze bespreekt de dagagenda en de politieke actualiteit: de oorlogen in Oekraïne en het Midden-Oosten en de noodzaak om meer op vrede in te zetten, maar ook de komst van het nieuwe uiterst rechtse kabinet, waarin weinig terug te zien is van de beloften van Wilders op bestaanszekerheid.

Penningmeester Gerrie Elfrink vertelt over het jaarverslag. Dat is nog niet helemaal af, de accountant is nog met bepaalde zaken bezig. Maar er komt een goedkeurende verklaring. Pas na de zomer kunnen we de jaarrekening behandelen op de partijraad.

Van Rossum nodigt de afdelingen uit om te vertellen wat er speelt in hun gemeente, met name op basis van gesprekken met de mensen op straat. Meerdere afdelingen geven aan dat mensen het vooral over migratie hebben en de noodzaak om dat in te dammen. Veel mensen geven migranten de schuld van problemen zoals woningnood. Links, waaronder de SP, krijgt de schuld van het ‘binnenhalen’ van migranten. Veel mensen overdrijven de aantallen van migranten die naar Nederland komen. Veel mensen maken zich ook zorgen over de dreiging van oorlog.

2. Lieke van Rossum in gesprek met Bram Joanknecht (Oxfam Novib)

Van Rossum voert een gesprek met Bram Joanknecht over de groeiende ongelijkheid tussen rijk en niet-rijk in de wereld, ook in Nederland. Joanknecht geeft aan dat de aandacht van Oxfam Novib de afgelopen 10 à 15 jaar verschoven is: van armoedebestrijding naar aandacht voor sociaaleconomische ongelijkheid. Het economisch systeem werkt vooral voor de rijken en niet voor de gewone mensen, aldus Joanknecht. Dit jaar heeft Oxfam Novib berekend dat het vermogen van de vijf rijkste mannen sinds 2020 meer dan verdubbeld is, van 450 miljard dollar naar 869 miljard dollar. Daarnaast constateert Oxfam Novib dat in dezelfde periode er vijf miljard mensen, dus 60 procent van de wereldbevolking, juist armer zijn geworden, wat voornamelijk door de enorm gestegen inflatie komt.

Volgens Joanknecht hebben we nog nooit zoveel miljonairs in Nederland gehad als dit jaar. Van 7 van de 10 grote bedrijven in de wereld is een miljardair de eigenaar. Via hun bedrijven kunnen deze superrijken dus ook veel invloed uitoefenen op ons systeem. Winsten worden vooral uitgekeerd aan aandeelhouders, in plaats van dat daar maatschappelijke voorzieningen van bekostigd worden. De rijkste 1 procent ter wereld heeft 59 procent van alle financiële middelen in hun bezit, dus meer dan de helft van al het geld in de wereld. En ze doen er veel aan om dat zo te behouden, bijvoorbeeld door zo min mogelijk belasting te betalen.

Volgens Joanknecht hangt ook klimaatverandering samen met de enorme ongelijkheid. Het zijn juist de superrijken en de grote bedrijven die de meeste CO2 uitstoten. Zij vliegen in privéjets de wereld over. Ze hebben enorme cruiseschepen. En de negatieve gevolgen van al die uitstoot, de gevolgen van klimaatverandering, komen vooral bij de armere mensen terecht. Joanknecht gaat ook in op de relatie tussen sociaaleconomische ongelijkheid en de machtsverschillen tussen mannen en vrouwen, tussen noord en zuid, en tussen witte en gekleurde mensen. Die vormen van ongelijkheid versterken elkaar.

Van Rossum wijst op de overeenkomsten tussen de SP en Oxfam Novib, niet alleen in de analyse maar ook in de oplossingen. Zo wijst Oxfam Novib ook op het belang van publieke voorzieningen: dat juist die belangrijk zijn om armoede te bestrijden, terwijl juist die ook op grote schaal wegbezuinigd zijn of overgelaten aan de multinationals. Op de vraag van Van Rossum hoe Oxfam Novib denkt over een grens aan rijkdom, antwoordt Joanknecht dat Oxfam Novib geen politieke organisatie is en dus geen concrete voorstellen daarvoor doet, maar wel wijst op het belang van de discussie daarover.

Oxfam Novib kijkt ook naar andere maatregelen, zoals meer investeren in publieke diensten, die je dus niet moet privatiseren, en meer belasting voor de allerrijkste mensen, zodat we meer inkomsten krijgen om die publieke diensten te financieren. Ook is Oxfam Novib voorstander van een miljonairsbelasting. Over inkomsten uit loon wordt 40 procent belasting geheven, maar de superrijken betalen slechts 20 tot 30 procent belasting over hun inkomsten uit vermogen. Een miljonairsbelasting zou heel veel helpen om die kloof te dichten en alle broodnodige publieke diensten te bekostigen.

Vervolgens is er ruimte voor de afdelingen om vragen aan Joanknecht te stellen. Veel afdelingen reageren enthousiast op zijn verhaal. Joanknecht wordt onder andere gevraagd naar de relatie tussen multinationals en de groeiende ongelijkheid. In zijn antwoord gaat hij in op het verschil tussen belastingontduiking, wat illegaal is, en belastingontwijking, wat meer een grijs gebied is. Multinationals zijn vooral actief op het gebied van belastingontwijking. Ze shoppen tussen verschillende landen en zetten ontzettend complexe structuren op om belastingen te kunnen ontlopen, geholpen door consultants. Oxfam Novib probeert dat bloot te leggen.

3. Presentatie Ruud Kuin (Wetenschappelijk Bureau) over tegenstelling arbeid-kapitaal

Kuin begint met iets te zeggen over de potentiële achterban van de SP, die in grote lijnen uit drie groepen bestaat die heel verschillend denken over de EU, het klimaat en migratie. Maar zij zijn het allemaal zeer eens over sociaal-economische vraagstukken. Ze vinden allemaal dat de ongelijkheid aangepakt moet worden via een miljonairsbelasting.

Vervolgens gaat Kuin in op het gebruik van de Gini-coëfficiënt om ongelijkheid te meten, die echter volgens Kuin een vertekend beeld geeft, waardoor de ongelijkheid in Nederland minder groot lijkt te zijn. De Gini-coëfficiënt is een getal tussen 0 en 1: 0 betekent totale gelijkheid, 1 betekent dat één persoon alles bezit. Nederland zit qua vermogen rond de 0,7. Dat loopt nu iets naar beneden, want dat was een tijdje geleden 0,73. En dus zegt men: de ongelijkheid neemt af. Maar dat zegt allemaal niet zo veel, aldus Kuin. Nederland is nog steeds het meest ongelijke land na de Verenigde Staten. De Gini-coëfficiënt laat namelijk niet zien wat er tussen de groepen in de samenleving onderling gebeurt. Het verschil tussen de allerarmsten en de allerrijksten is gigantisch.

Dat verschil is zelfs nog nooit zo groot geweest als nu, sinds 2006 toen dat voor het eerst in beeld werd gebracht. De 10 procent minst vermogenden hebben 35 miljard schuld. De 10 procent meest vermogenden bezitten 1344 miljard euro. Dat is vergeleken met het jaar daarvoor met 142 miljard toegenomen. Dat gat tussen de minst vermogenden en de allerrijksten bedraagt dus 1379 miljard. Als er niets verandert aan het systeem, dan wordt die rijkste 1 procent alleen maar rijker en rijker. Zelfs binnen de vijf procent van de rijkste mensen in Nederland zie je dat die rijkste 1 procent eruit springt: die is echt vele malen rijker dan de rest in die 5 procent.

Kuin laat tot slot zien dat deze rijkdom over het algemeen geen resultaat is van hard werken, maar van erfenissen en investeringen. Juist de allerrijksten krijgen het vaakst en ook de grootste erfenissen krijgen. De top 1 procent haalt zijn vermogen vooral uit aanmerkelijk belang, dus uit aandelen. En daar betalen ze ook minder belasting over. Het CPB constateert dat de allerrijksten ook nog eens het minste belasting betalen: rond de 28 procent. Terwijl de gemiddelde werkende 32 tot 40 procent belasting betaalt.

Als je die allerrijksten meer belast, bijvoorbeeld door een limiet te stellen bij vijf miljoen, dan levert dat volgens Kuin minimaal 10 miljoen structureel op. Daar kun je bijvoorbeeld het eigen risico mee afschaffen. Maar, zo hoor je dan vaak, vluchten die superrijken dan niet naar het buitenland? Zo makkelijk is dat niet, zo blijkt volgens Kuin uit onderzoek. En zou dat wel gebeuren, dan zouden we ook een exit-belasting kunnen invoeren.

Vervolgens is er ruimte voor de afdelingen om met Kuin in gesprek te gaan. Afdeling Zutphen vraagt naar de koppeling van ongelijkheid met de wooncrisis. Kuin legt uit dat het brede woningbezit in Nederland juist de ongelijkheid verkleint. Als je de eigen woning buiten het verhaal laat, dan is het nog ongelijker in Nederland. Dan bezit de rijkste 10 procent 80 procent van alle vermogen. Door de waardestijgingen van de woningen, neemt de ongelijkheid dus juist af. Maar door het SP-voorstel voor een extra belasting van vijf procent, pakken we ook de grote huizenbezitters aan. En als we arbeid en kapitaal op dezelfde manier gaan belasten, dan halen we jaarlijks 40 miljard op en dan kunnen we zo ons hele programma realiseren.

Diverse afdelingen werpen de vraag op of een miljonairsbelasting niet blijft steken in symptoombestrijding? We moeten juist het systeem veranderen op het niveau waar de welvaart door mensen geproduceerd wordt. Kuin is het daarmee eens: de zeggenschap in bedrijven moet worden versterkt. Daarover heeft Mahir Alkaya al een voorstel ingediend. Maar we hebben ook die miljonairsbelasting nodig, want er is heel veel steun voor en we kunnen er ontzettend veel dingen mee doen. Het moet dus allebei gebeuren. Bovendien, zegt Kuin, kun je via de miljonairsbelasting ook de discussie op gang brengen over de vraag: hoe komen die lui eigenlijk aan al die rijkdom?

4. Videoverbinding met Jimmy Dijk en Bart van Kent

Tijdens een videoverbinding vertellen Jimmy Dijk en Bart van Kent over de acties waaraan de SP die dag meedoet. Dijk is aanwezig in Den Haag waar een demonstratie plaatsvindt voor het behoud van het ziekenhuis in Heerlen. Er zijn bussen vertrokken uit Heerlen voor een ‘mars op Den Haag’, een verwijzing naar de mars van de mijnwerkers naar Den Haag uit het verleden. Dijk benadrukt dat juist een regio als Zuid-Limburg, met zoveel economische achterstelling, een volwaardig ziekenhuis verdient. Bij dit alles is de PVV de grote afwezige, ook al zeiden ze dat ze voor behoud van het ziekenhuis waren. Maar het lijkt erop alsof ze nu al op de schoot zitten van de VVD.

Tegelijkertijd is er een demonstratie bij Chemours in Dordrecht, tegen de ziekmakende lozingen van PFAS. Onze lokale SP-afdeling en Bart van Kent zijn daarbij. Bart vertelt dat de mensen boos zijn over de uitstoot van Chemours. De mensen eisen dat de fabriek verplicht wordt om alle rotzooi op te ruimen en dat er een verbod komt op het lozen van PFAS, omdat de gezondheid altijd bovenaan moet staan. Maar de industrie heeft een sterke lobby om verbod te voorkomen.

5. Bespreking campagne Europese verkiezingen

Van Rossum geeft aan hoe er vanuit het partijbestuur gedacht wordt over het tegenvallende resultaat van de SP bij de Europese verkiezingen. De SP heeft 2,2 procent van de stemmen binnengehaald. Dat is minder dan in 2019. Gelukkig zijn er heel weinig stemmen van de SP naar andere partijen gegaan. Wat er vooral is gebeurd is dat veel mensen die normaal wel op ons stemmen deze keer zijn thuisgebleven. En de nieuwe stemmen die we deze keer getrokken hebben, want die waren er ook, kwamen vooral van PvdA-GroenLinks, NSC en Denk.

Wat ons ook parten heeft gespeeld bij deze verkiezingen was de zogenaamde tweestrijd tussen PVV en PvdA-GroenLinks, wat natuurlijk een heel valse tweestrijd was, want in het Europees Parlement zijn de verhoudingen heel anders dan in Nederland.

De ChristenUnie heeft ongeveer evenveel stemmen gehaald als wij, maar daarbij zie je dat bijna heel hun achterban op hen heeft gestemd. Wij hebben dus niet goed onze achterban kunnen mobiliseren. Dat ligt vooral aan het feit dat bij Europese verkiezingen vooral die mensen gaan stemmen die dol zijn op Europa en op Europese samenwerking. En wij zijn dat niet, want wij vinden dat beslissingen zo dicht mogelijk bij de mensen zelf gemaakt moeten worden, dus vooral op nationaal niveau in Nederland.

We hebben ook gezien dat er door heel veel mensen een migranten-analyse wordt gemaakt van de problemen in ons land, en geen klassen-analyse. Aan ons de taak om die situatie te veranderen, maar dat doe je niet in een campagne van een paar weken. Dat wisten we vooraf. Daarom hebben we in de campagne vooral ingezet op economische ongelijkheid. Uit alle onderzoeken bleek dat dat een verstandige keuze is, die we met z’n allen hebben genomen. Maar we zien dat dat niet de analyse is die de meeste mensen tegenwoordig maken. Daar ligt voor ons een taak, die groter is dan een verkiezingscampagne. De hamvraag is: hoe gaat een stem op de SP weer urgent worden voor de mensen?

Gelukkig zijn er ook positieve signalen. Onze jongerenclub is aan het groeien. Van de groep 18- tot 24-jarigen blijkt uit een peiling van Maurice de Hond dat de SP op negen procent staat als er nu Tweede Kamerverkiezingen zouden zijn.

Vanuit de afdelingen wordt er vervolgens gereageerd op de analyse van Van Rossum. Veel sprekers noemen specifiek de positieve energie van deze campagne. Sommige afdelingen merken echter wel op dat de SP zich te veel richt op de allerarmsten, waardoor de middengroepen zich minder aangesproken voelen. Daarom vinden sommige afdelingen juist de term ‘werkende klasse’ zo belangrijk: dat moeten we blijven benoemen. Nils Müller merkt op dat de FNV inmiddels ook deze term heeft overgenomen.

Ook vindt een aantal afdelingen dat de SP zich sterker moet profileren op de sociale media, zeker voor de jongeren. Vanuit sommige afdelingen klinkt ook de roep om scholing op het terrein van de sociale media. Daarnaast heeft de SP volgens sommige afdelingen een concretere ideologische analyse nodig. Ook wordt opgemerkt dat het SP-standpunt ten aanzien van Gaza bij veel jongeren in goede aarde viel, daar zou de SP meer winst uit kunnen halen. Wat ook opvalt is dat de steun voor de miljonairsbelasting breed wordt gedragen. Alleen het omzetten van die steun in stemmenwinst komt er nog niet zo uit.

Sommige afdelingen benadrukken echter ook dat het al met al best wel goed ging. Zij zien de toekomst positief in. Zij wijzen op de aanwas bij de SP-jongeren: 10%. En ondanks dat er heel veel stemmers zijn thuisgebleven, namelijk 52% ten opzichte van november, zijn wij er niet 52% op achteruit gegaan. Dus hebben wij meer mensen aan ons gebonden dan dat we aan andere partijen zijn kwijtgeraakt. We moeten wel zelfkritisch zijn, maar we moeten onszelf ook weer niet te veel geselen. De SP staat op een kantelpunt. Als we straks dat rechtse rampenkabinet hebben en Jimmy wordt de oppositieleider, dan gaan steeds meer mensen zien wat onze boodschap is.

In zijn antwoord gaat Gerrie Elfrink, lijsttrekker tijdens de Europese verkiezingen, in op de suggestie dat het thema gelijkheid ook door andere partijen werd geclaimd in de campagne, zodat de SP zich daardoor niet kon onderscheiden. Volgens Elfrink klopt dat niet. Er was maar één partij die wees op de enorm toegenomen verschillen in rijkdom, dat waren wij. De andere partijen noemden steevast Poetin als grootste bedreiging voor Europa. Maar Gaza werd juist niet genoemd. Wij hebben er bewust voor gekozen om Gaza onder de aandacht te brengen met een speciale flyer en in tv-debatten.

Elfrink benadrukt ook dat er veel vooroordelen over onze partij zijn weggenomen in deze campagne. Bijvoorbeeld: dat de SP tegen Europa zou zijn. Nee, we zijn juist voor een sterk Europa, om belastingontwijking aan te pakken. En we hebben een sterk Europa nodig om milieuvervuiling aan te pakken. Bij de volgende verkiezingen moeten we ervoor zorgen dat het gaat om de toenemende ongelijkheid.

Meerdere afdelingen melden dat Jimmy het heel goed doet bij de mensen in het land. Toch melden ook veel afdelingen dat ze te maken hebben met weerzin en zelfs verbaal geweld tegen ‘links’, waar dan ook de SP toe gerekend wordt. Er wordt gediscussieerd over de vraag of de SP zich nog wel ‘links’ moet blijven noemen.

Vanuit de afdelingen wordt opgemerkt dat het vertrouwen in de SP, dat wij het verschil kunnen maken via het parlement, niet optimaal is. Veel mensen hadden geen vertrouwen dat de SP een zetel zou halen. En dus is die stem naar de PvdA gegaan. Toch lukt het de SP ook om door concrete acties, bijvoorbeeld tegen schimmelwoningen, mensen aan zich te binden en te mobiliseren tijdens deze verkiezingen. Dat moeten we uitbouwen. Ook zou de SP zich meer moeten profileren bij anti-kapitalistische organisaties als XR en Milieudefensie. En ook bij de boeren kan het verhaal van de SP aanslaan: het SP-boekje Boer, aarde en consument verdienen beter wordt goed gelezen onder boeren.

Uit de afdelingen komt ook het idee naar voren om een flyer te maken met daarin alle successen van de SP. Elfrink reageert enthousiast op dat idee, om tegenwicht te bieden aan het vooroordeel dat de SP nooit wat bereikt zou hebben. Daarbij zou dan ook duidelijk gemaakt moeten worden dat SP zeker wel bereid is om te besturen en mee te regeren, maar niet met de VVD.

6. Bespreking jaarkalender

Algemeen secretaris Nils Müller gaat in de jaarkalender. Ten eerste stelt hij voor om de regioconferenties van dit najaar te laten vervallen, zodat we twee zaterdagen overhouden om de straat op te gaan. Een verdere wijziging in de jaarkalender betreft de vergadering van het partijbestuur, van 23 november naar 30 november, omdat die anders zou samenvallen met de nieuwe ledendag. De afdelingen stemmen in met die voorstellen.

Ook gaat Müller in op de verouderde afdelingswebsites. Het plan is om die te vernieuwen, zodat ze veiliger en aantrekkelijker worden. Müller vraagt of er mensen in de afdelingen zijn die samen met het partijbestuur willen kijken hoe die websites verbeterd kunnen worden.

7. Bespreking Tribune

Vertrekkend hoofdredacteur Xander Topma vertelt over de roemruchte geschiedenis van de Tribune. Topma wordt door Van Rossum bedankt voor zijn inzet en goede werk voor de Tribune. Van Rossum gaat vervolgens in op de vernieuwing van de Tribune, om het blad beter aan te laten sluiten bij deze tijd. Ook hebben we als partij te maken met bezuinigingen; daarom zal de Tribune nog maar vier keer per jaar verschijnen. Om toch het huis-aan-huis-contact van de bezorgers met de leden te behouden, stelt Van Rossum voor dat de bezorgers twee keer per jaar bij de leden aanbellen om het gesprek aan te gaan.

Daarnaast is het plan om na elke uitgave een Tribune-bijeenkomst te organiseren. Verder moet de Tribune ook digitaal versterkt worden, op de SP-site maar ook breder online. Zodat de Tribune niet alleen aantrekkelijker wordt voor onze leden, maar ook daarbuiten. Dat betekent dat we van de interviews ook vod- en podcasts gaan maken. Vanuit de afdelingen wordt enthousiast gereageerd op de modernisering van de Tribune, al zijn er ook zorgen over het teruglopende aantal momenten waarop bezorgers met leden in gesprek kunnen komen.

8. Presentatie SP Jongeren

Jeremie van Zeist, de voorzitter van SP Jongeren, vertelt over de groei van de jongerenorganisatie: in twee jaar tijd van ongeveer 50 naar 400 leden. Vervolgens stelt hij het nieuwe bestuur van SP Jongeren voor aan de Partijraad. Tot slot vertelt Van Zeist waar de SP Jongeren op dit moment mee bezig zijn. Ten eerste met acties tegen de langstudeerboete, de bezuinigingen op het hoger onderwijs en het gebrek aan investeringen in het Mbo. Ook gaan de SP Jongeren aan de slag met ideologische verdieping, over de gevolgen van het neoliberalisme en alternatieven voor de toekomst.

9. Presentatie oprichting afdeling Culemborg

Joost Snijder van afdeling Culemborg vertelt over heroprichting van zijn afdeling. Culemborg was een van de oudste afdelingen van de SP, maar is een aantal jaar geleden hard onderuit gegaan. Snijder vertelt hoe hij samen met regiovertegenwoordiger Willeke van Ooijen de afdeling nieuw leven in heeft geblazen. Momenteel is de afdeling bezig met de wooncrisis, wat een belangrijk thema is in Culemborg.

10. Afsluiting partijraad

Tot slot vraagt Nils Müller aan de afdelingen om deze zomer contact te leggen met verschillende maatschappelijke organisaties in de eigen gemeente, om daarmee het gesprek te voeren over wat er speelt in de samenleving en waartegen het verzet georganiseerd moet worden. Op de volgende Partijraad van 28 september wordt dan besproken wat daaruit naar voren is gekomen. De afdelingen reageren positief op dat voorstel. Müller sluit de Partijraad af en wenst iedereen een goede reis terug naar huis.