nieuws

Emile Roemer in Brazilië: Salvador-Bahia

Emile Roemer, partijsecretaris Hans van Heijningen en Brazilië-deskundige Peter Runhaar zijn in Brazilië op werkbezoek. Voor sp.nl houden ze een dagboek bij.

Salvador is een voor Braziliaanse begrippen bescheiden stad met zo'n 3 miljoen inwoners. Ongeveer 90 procent van de bevolking bestaat uit Afro-Brazilianen, die afstammen van Afrikaanse slaven. Salvador is de belangrijkste stad van de deelstaat Bahia, die politiek complex in elkaar steekt. Terwijl het agrarische achterland van Bahia overwegend op de Arbeiderspartij van Lula (de PT) gericht is, wordt de stad al decennia lang gedomineerd door één machtige familie, de Magalhaes. De stamvader dr. Antonio Carlos Magalhaes werd door de militairen tijdens de dictatuur die in 1965 begon, naar voren geschoven als de sterke man van Salvador. Daarna werd hij benoemd tot minister van Communicatie. In die functie ging hij over televisielicenties, waar hij zijn voordeel mee wist te doen. Via voor wat hoort wat-deals wist hij een machtig zakenimperium op te bouwen. Daarbij handhaafde hij de orde met strakke hand. 'Hij moordt, maar hij weet wel van doorpakken', zeiden mensen over hem. Het verhaal gaat dat hij een groep delinquenten aan boord van een schip liet gaan, een drankfestijn aanrichtte en het schip vervolgens liet zinken. Of het waar is of niet, zijn achterneef Antonio Carlos heeft het op basis van zijn imago als crime-fighter kort geleden tot burgemeester van Salvador geschopt. Dat kan niet los gezien worden van de sterk toegenomen criminaliteit en onveiligheid in Salvador de laatste jaren. De trek van het land naar de stad heeft gemaakt dat Salvador er een miljoen inwoners bijgekregen heeft, waarvoor lang niet allemaal werk en huisvesting is. De PT-kandidaat deed het dit keer weliswaar veel beter dan zijn voorgangers, maar legde het uiteindelijk toch af tegen de Magalhaes-loot.

Lazarus

Opvanghuis voor ontheemde ouderen

In de wijk 'De nieuwe hoop' is er sinds dertig jaar een opvanghuis voor ontheemde ouderen, dat genoemd is naar de heilige Lazarus. Wie helemaal niemand meer heeft omdat 'ie teveel drinkt, zich prostitueert, door de familie op straat is gezet of moederziel alleen is, wordt in het huis opgenomen. Het opvanghuis is gestart door Teresina Correa da Luz. Zij zegt zich te laten inspireren door het spiritisme, de overtuiging dat je door goed te doen een beter mens wordt en dat je zo via reïncarnatie richting vervolmaking kunt komen. Inmiddels heeft zij honderd ouderen onder haar hoede, waar goed voor gezorgd wordt. Ze krijgen te eten, beneden is een keurige slaapzaal voor mannen, boven voor vrouwen, hun kleren worden gewassen, er wordt vrolijke muziek gedraaid overdag, wie wil tekenen of plaatjes in wil kleuren krijgt de spulletjes daarvoor en als je dood gaat krijg je een keurige begrafenis omdat iedereen daar recht op heeft volgens Teresina. De veertien medewerkers, waarvan de meeste vrouw, doen er alles aan om het leven van de oudjes zo aangenaam mogelijk te maken. Kort geleden heeft er zelfs een huwelijk plaatsgevonden, vertelt zij vertederd.

Teresina

Teresina Correa da Luz

Hans Leusen, afkomstig uit Venlo, al 51 jaar woonachtig in Brazilië en tot vorig jaar consul, spant zich al heel lang in voor het centrum. Daardoor hebben zij nieuwe gebouwtjes kunnen bouwen, is er een professionele wasserette geïnstalleerd en ziet het centrum er voor Braziliaanse begrippen op en top uit. Leusen heeft een haat-liefde verhouding met Brazilië en haar bevolking. Hij hekelt het gebrek aan sociale betrokkenheid en eerlijkheid van veel van zijn landgenoten, maar is lyrisch over hun gastvrijheid en gemoedelijkheid. Toen hij een halve eeuw geleden in Brazilië aankwam is hij onder de indianen gaan wonen, heeft hij daar een schooltje opgezet, werkte hij voor een tabaksbedrijf en een houtextractiebedrijf om zich vervolgens bezig te gaan houden met het herbebossen van land met oude houtvarianten. Hij was namelijk tot het inzicht gekomen dat de mens de wereld niet hoort te vernielen maar er iets beter van hoort te maken.

Hans Leusen

Hans Leusen

Hoewel Leusen niets heeft met politiek, bruuskeerde Bolkestein door hem tijdens zijn bezoek aan Brazilië te verwijten er in Nederland een zooitje van te hebben gemaakt. Tegelijkertijd meldt hij Roemer dat hij met socialisten ook weinig op heeft. Er ontspint zich een interessant gesprek over ondernemen, de integratie van minderheden en het belang van onderwijs. Leusen sluit het gesprek af met de uitspraak dat hij zich goed kan vinden in wat Roemer gezegd heeft en vraagt zich hardop af wie daar nu in godsnaam iets op tegen zou kunnen hebben. Terug naar het overgereguleerde Nederland is voor hem geen optie, laat hij weten.

Verger

Foto van Pierre Verger

De flamboyante Leusen heeft een grote belangstelling voor alles wat bijzonder is. Hij neemt ons mee naar de stichting Pierre Verger, een van oorsprong blanke Franse fotograaf die het leven van de zwarte bevolking van Bahia tientallen jaren in zwart-wit vastlegde en daarvoor ook naar de Afrikaanse landen van origine reisde. Heden ten dage geldt de overleden fotograaf als een belangrijk promotor van de Afro-Braziliaanse cultuur, met exposities in Parijs, Berlijn, Tokyo en Buenos Aires. In het centrum dat rond zijn woonhuis is ingericht komen elke middag groepen zwarte kinderen die de kans krijgen zich te bekwamen in dans, muziek, fotografie, literatuur en de dans- en vechtsport capoeira. 'Interessant is dat de zwarte bevolking oorspronkelijk weinig op had met Verger', volgens Leusen. 'Ondanks het feit dat hij een homorelatie had met een Afro-Braziliaanse religieuze voorganger – iets waarvoor traditioneel ruimte is binnen die cultuur – stond de zwarte bevolking van Bahia niet te springen bij het idee dat dit centrum op zou worden gezet. Dat heeft waarschijnlijk te maken met het feit dat Verger uiteindelijk toch een blanke was en het slavenverleden eerder afstand en reserve opriep dan erkenning. Inmiddels heeft het centrum voor de lokale bevolking haar bestaansrecht bewezen. Een groot deel van de benodigde financiën komt uit de auteursrechten die het centrum in handen heeft. De fotoboeken van Verger verkopen namelijk nog steeds uitstekend. Daarnaast krijgt het centrum op bescheiden schaal subsidie van de Franse en Braziliaanse overheid.

Familiebezoek

Via de Nederlandse journalist Alex Hijmans gaan we eten in een zogenaamde favela, een sloppenwijk. De buurt heeft ook voor Braziliaanse begrippen een moeilijke naam: Tancredo Neves-Beiru. Traditioneel heette de wijk Beiru naar een voormalige slaaf die zich daar begin van de vorige eeuw vestigde en erg populair was onder de eerste generatie mensen die daar een onderkomen optrok. Maar een tijd geleden kwamen lokale autoriteiten op het originele idee om de wijk te hernoemen naar Tancredo Neves, die vlak voor hij waarschijnlijk de eerste democratisch gekozen president van Brazilie zou worden op een mysterieuze manier om het leven kwam. Dat leidde, om een lang verhaal kort te maken, tot een enorm conflict tussen het gemeentebestuur en de wijkbewoners. De controverse - waar zelfs een volksreferendum aan te pas kwam – eindigde in een gelijkspel. Vandaar de naam Tancredo Neves-Beiru.

Lunch

Peter Runhaar (l.) en Emile Roemer

We worden hartelijk ontvangen door de familie die Hijmans voor ons heeft uitgezocht. We worden uitgenodigd om aan te schuiven voor een fantastische maaltijd, met koud bier uit een winkeltje op de hoek. Van oud naar jong: oma, vader, moeder, een tante, een dochter, een schoondochter waarvan de zoon des huizes inmiddels gescheiden is, een buurjongen, later een zoon, een kindje van anderhalf jaar en een baby van zes maanden. Onze gastheer heeft het niet op politiek omdat politici veel beloven maar niet leveren. Lokaal heeft hij zijn stem uitgebracht op de jonge Magalhaes, in de hoop dat die iets gaat doen aan de criminaliteit die de spuigaten uitloopt. Landelijk vindt hij Lula de beste president die Brazilië ooit gehad heeft en ook de huidige president Dilma heeft heel verstandig op de protesten gereageerd, maar lokaal dat is andere koek. Er ontstaat een discussie over politiek en religie waarbij er net zoveel verschillende opvattingen naar voren worden gebracht als er volwassenen en jongeren aanwezig zijn. De aanwezige vrouwen zich bepaald niet wegpoetsen, maar gaan er vol in. 'Ja, mijn vader heeft op Magalhaes gestemd. Zelf vind ik dat een heel verstandige keuze als je zwart bent en dood wil. Want die jonge Magalhaes heeft de pest aan zwarten, dus denk maar niet dat die mijn stem krijgt. Oma heeft ook niks met Magalhaes want denk maar niet dat die iets doet aan de lage pensioenen van ouderen. Nee, vertel oma wat. Haar moeder verloor eind jaren veertig haar werk als textielarbeidster omdat ze mee had gedaan aan een illegale staking. Om die reden werd ze als communistische oproepkraaister ontslagen. Terwijl ze niet eens kon lezen en schrijven!

Nee, zegt de schoondochter, aan politieke partijen heb je geen fluit. Maar vakbonden zijn een heel ander verhaal. Die leggen gewoon de boel plat als het moet. Als er feesten zijn komen ze met spandoeken en muziek de buurt in. Die doen tenminste iets voor de gewone man of vrouw. Haar moeder is van de vakbond en gaat misschien meedoen aan de volgende verkiezingen. Ze weet alleen nog niet voor welke partij.

Dan het hoofdstuk religie: we tellen twee protestanten, een katholiek, meerdere Candomblé-aanhangers (Afrikaans geïnspireerde godsdienst) en een spiritist. Grootmoeder omschrijft zich als oecumenisch. Ze gaat naar allerlei verschillende kerkdiensten, vindt overal wel iets goeds inzitten en ziet het als haar taak om de hele familie bijeen te houden nu alle wegen niet meer naar Rome leiden. Ondanks het feit dat politici niet tot de favoriete doelgroep van de familie behoren, wint Emile gaandeweg aan sympathie. Zeker na het verhaal over de afdracht, kan hij niet meer stuk.

Aan het eind van de middag brengen we een bezoek aan het partijbureau van de PT in Bahia. De kamer van de partijvoorzitter zit al snel na onze aankomst vol met lokale 'petistas', waaronder de partijvoorzitter, de toekomstige partijvoorzitter, twee vertegenwoordigers van de jongerenbeweging en de burgemeester van een provinciestad. Die laatste, Fernanda Silva, is een jonge vrouw. Fernanda legt treffend uit waarom ze zo trots is op haar partij. 'Vroeger was de burgemeester in mijn stad altijd man, altijd oud en altijd afkomstig uit de elite. Ik zelf kom niet uit een familie die al generaties lang in de politiek zit. Zonder de PT zou iemand met mijn achtergrond nooit burgemeester kunnen worden.' Een andere aanwezige benadrukt het belang dat de PT hecht aan de gelijke vertegenwoordiging van mannen en vrouwen. Aankomend partijvoorzitter Everaldo Anunciacao geeft nog eens aan dat de protestbewegingen van juni en juli de 'volledige steun' van de PT hebben.'Veel van onze jongeren deden zelf mee aan de acties.' De PT is ervan overtuigd dat Brazilië meer dan ooit zit te springen om politieke hervormingen en ziet de protesten op dat terrein als een steun in de rug, laat Everaldo weten. Een vertegenwoordiger van de jeugdbeweging vult aan: 'Lula zei het onlangs nog: het land moderniseert in razendsnel tempo, maar de politiek blijft hopeloos achter.' Er is veel belangstelling voor de analyse van Emile over 'de staat van Europa'. Emile plaatst de huidige crisis in historisch perspectief en beantwoordt vragen van de aanwezigen. De sfeer is bijzonder ontspannen. 'Ik heb bij deze mensen het gevoel dat ik thuiskom', zegt Emile als we na de bijeenkomst – uiteraard pas nadat van alle aanwezigen met een stevige omhelzing afscheid is genomen – weer op straat staan.