nieuws

Van Bommel en Karabulut bespreken in Turkije mensenrechten

Vrijdag zijn Kamerleden Harry van Bommel en Sadet Karabulut begonnen aan een kort werkbezoek aan Turkije. In Diyarbakir, Tunceli en Istanbul spreken zij met mensenrechtenorganisaties, advocaten, vakbonden, politici en anderen over de recente ontwikkelingen in het land. Vooral de onderdrukking van de Koerden krijgt de aandacht. Na enkele jaren van toenadering is de regering Erdogan weer met harde hand gaan reageren op de aspiraties van de Koerden die zelfbestuur wensen.

Volgens de secretaris van de Orde van Advocaten Devrim Barisbaran gaat het met de rechtsstaat in Turkije volledig de verkeerde kant op. ‘Een uitspraak van Erdogan illustreert dit. Hij zei dat, als het nodig is, je af en toe ook best even buiten het recht mag stappen. In Turkije blijft dit niet bij woorden. Aan de lopende band worden demonstranten opgepakt, vaak alleen omdat ze het V-teken hebben gemaakt. Er wordt gediscrimineerd met straffen: voor Koerden vallen ze hoger uit. Advocaten worden opgepakt omdat ze Koerdische verdachten verdedigen. Kinderen die gemarteld en zelfs verkracht zouden worden in overvolle gevangenissen.’ De conclusie van de secretaris van de Orde is dan ook uitermate somber: ‘Het recht is zijn onafhankelijkheid verloren en een wapen in handen van de regerende macht geworden.’

Vanuit het dagelijks bestuur van het Democratisch Volkscongres klinkt hetzelfde geluid. Het Volkscongres, een beweging die Koerden vanuit alle lagen van de bevolking organiseert, waaronder parlementariërs, docenten en kunstenaars, werpt zich de laatste tijd op als spreekbuis van de volledige Koerdische gemeenschap. Het Volkscongres heeft geen directe macht, ook geen budget, maar is wel een belangrijke morele autoriteit. Verandering probeert het van onderop door te voeren door het volk bij besluitvorming te betrekken. Ook mengt het Volkscongres zich nadrukkelijk in het publieke debat. Net als de Orde van Advocaten heeft het Volkscongres te maken met serieuze, harde, tegenwerking vanuit de overheid. Naar eigen zeggen is de helft van het dagelijks bestuur opgepakt door de Turkse autoriteiten.

Ook de Turkse mensenrechtenvereniging IHD, die schendingen van de mensenrechten in Turkije documenteert, ligt onder vuur. Het hoofd van het kantoor in Diyarbakir zit al twee jaar gevangen en de laatste twee jaar is het kantoor tweemaal door de Turkse autoriteiten binnengevallen waarbij alle computers en andere gegevens zijn meegenomen, aldus plaatsvervangend hoofd, meneer Racibicici. De laatste keer was twee weken geleden. Vanaf 2006 zijn de mensenrechtenschendingen in het zuidoosten van Turkije elk jaar toegenomen. Inmiddels telt het jaarrapport over de mensenrechtenschendingen in het zuidoosten van Turkije van 2011 al meer dan 40 duizend pagina’s, aldus Racibicici. Hij maakt zich onder andere erg druk over zieke gevangenen in de overvolle Turkse gevangenissen. Meer dan honderd van hen zouden in levensgevaar verkeren, maar elke hulp wordt hun onthouden. Terminale gevangenen mogen niet eens in eigen kring sterven.

De Orde van Advocaten, het Democratisch Volkscongres en de IHD zien naast deze snelle achteruitgang in Turkije bovendien een verslapping van de internationale aandacht voor Turkije in het algemeen en de Koerdische kwestie in het bijzonder. Zij roepen op tot een stevigere internationale stellingname tegen dit onrecht in Turkije. Van Bommel en Karabulut hebben in de gesprekken hun steun daarvoor toegezegd en zullen na terugkeer contact zoeken met Amnesty International en Human Rights Watch om daar uitvoering aan te geven.