nieuws

Dagboek Kenia: donderdag 12 mei

Van 8 t/m 15 mei brengen SP-leider Emile Roemer, Kamerlid Ewout Irrgang, hoogleraar en Eerste-Kamerlid Eric Smaling en SP-fractiemedewerker Riekje Camara een bezoek aan Kenia. Gedurende deze week bezoeken zij diverse ontwikkelingsprojecten in het land. Ze willen onder andere kijken of Nederlands belastinggeld goed besteed wordt aan het bestrijden van extreme armoede en willen de ingewikkelde Keniaanse politiek beter begrijpen. Voor SP.nl houden ze een dagboek bij.

Donderdag 12 mei

Vandaag staat in het teken van de piraterij. Vroeg in de ochtend nemen we een lokale vlucht naar Mombasa. We hebben geluk want door het redelijk heldere weer kunnen we onderweg goed de Kilimanjaro, de hoogste berg van Afrika zien. Op het vliegveld ontmoeten we Paul Vos van de United Nations Office on Drugs and Crime (UNODC). Paul is hier voor een half jaar gedetacheerd vanuit het ministerie van Defensie. Hij houdt zich bezig met alles wat met de opvang en berechting van Somalische piraten te maken heeft. Kenia heeft een overeenkomst getekend waardoor het veel van de gevangen genomen piraten uit Somalië opneemt.

Allereerst brengen we een bezoek aan de Shimo La Tewa prison, één van de grootste gevangenissen in de regio rondom Mombasa. In deze gevangenis is een speciaal deel vrijgemaakt voor de plaatsing van Somalische piraten. Dit alles is gefinancierd door de UNODC. Onderweg worden we bijgepraat door Paul. Hij vertelt ons dat er een TB-uitbraak in de gevangenis is geweest. Direct bij binnenkomst zien we de piraten gehurkt in de gang zitten, twee aan twee vastgeketend. Op deze manier worden ze naar het ziekenhuis overgebracht voor behandeling. We worden geïnteresseerd door ze gadegeslagen terwijl we langslopen naar het bureau van de vrouwelijke gevangenisdirecteur. Deze blijkt echter druk bezig met de voorbereiding van de viering morgen van het honderdjarig bestaan van het gevangenissysteem in Kenia. We besluiten daarom maar direct door te gaan naar de cellencomplexen. We arriveren eerst op een grote binnenplaats met allemaal planten en vrolijk gekleurde muren met tekeningen van wilde dieren. De verf blijkt gedoneerd te zijn door de UNODC, de gevangenen hebben het vervolgens zelf geschilderd. Het geheel doet eerder aan als een zomerkamp dan een gevangenis. De gevangenen dragen een wit/zwart gestreept pak als ze veroordeeld zijn en gewone kleding als ze verdachten zijn. Allemaal lopen ze vrij rond, werken in de tuin of zijn met andere klussen bezig. We bezoeken de gaarkeuken en de voorraadkamer. Daarna bezoeken we een slaapzaal, een naaiatelier en een meubelmakerij. Het ziet er allemaal goed, schoon en indrukwekkend uit. De slaapzalen zijn weliswaar klein, en volgestouwd met bedden, maar omdat er zoveel activiteiten worden aangeboden lijkt dat niet zo te deren. Het is niet zo dat ze de hele dag in hun cel hoeven te vertoeven.

Binnenruimte van de mannengevangenis

De hoofdbewaker legt ons uit dat alles er op gericht is om de gevangenen zo goed mogelijk te resocialiseren, zodat de teruggang naar de maatschappij zo soepel mogelijk verloopt. Ze kunnen cursussen volgen en naar school, alles om de kans op terugval te minimaliseren als ze eenmaal vrij komen. We zijn erg onder de indruk en stellen vast dat de Nederlandse overheid hier nog wat van zou kunnen leren. In Kenia betekent levenslang veroordeeld worden ook echt levenslang. Om mensen toch enig perspectief op vrijheid te kunnen bieden kan er gratie worden verleend door de president of middels een beslissing door een bepaalde Raad. In deze Raad zitten onder meer familieleden en gevangenispersoneel. Als een gevangene zich goed gedraagt en de familie tevens accepteert dat hij weer in de gemeenschap terugkeert, dan kan er besloten worden om vervroegd vrij te laten. Zo'n herziening vindt zo eens in de vijf jaar plaats. Gevangene Peter die levenslang veroordeeld is en al 19 jaar vastzit, vertelt dat hij goede hoop heeft door de nieuwe grondwet. Met de nieuwe grondwet wordt het herzieningsproces namelijk versneld en zal het niet slechts eens in de vijf jaar plaatsvinden maar eens per half jaar.

We besluiten ons bezoek met een gang naar het deel waar de piraten vastzitten. De piraten worden apart gehouden van de andere gevangenen om diverse redenen: ze spreken geen Engels of Swahili, hebben een hele andere cultuur en krijgen ook ander voedsel. Sommige van de Keniaanse gevangenen vinden dat er sprake is van een voorkeursbehandeling - ook door de vele aandacht die er voor de piraten is vanuit de internationale gemeenschap - dus om jaloezie te vermijden eten en slapen zij apart. De piraten kunnen wel deelnemen aan alle activiteiten en cursussen die worden georganiseerd, maar van de bewakers leren wij dat zij daar vrijwel nooit verschijnen. We bezoeken vervolgens nog een rechtbank die door de UNODC op het gevangenisterrein is gebouwd voor de berechting van piraten en de vrouwengevangenis een paar honderd meter verderop. Er zijn geen vrouwelijke piraten. Alle vrouwen die hier zitten, zijn veroordeeld voor iets anders. De gevangenis heeft veel weg van de mannengevangenis. Het grootste verschil is dat hier ook veel kinderen rondlopen. Vrouwen mogen hun kinderen bij zich houden tot de leeftijd van vier jaar. Het lijkt een beetje op een crèche.

Eric Smaling en Emile Roemer met de gevangenisbewakers

In de middag bezoeken we Mombasa court, het gerechtsgebouw, om een inzicht te krijgen in het Keniaanse rechtssysteem. We worden ontvangen op het kantoor van het hoofd van de magistratuur, Rosemelle Mutoka. Deze inspirerende vrouw vertelt ons naast haar bijzondere persoonlijke geschiedenis de problemen die momenteel plaatsvinden met de berechting van piraten. Sinds vorig jaar zijn er namelijk geen Somalische piraten meer berecht door de Keniaanse autoriteiten. Dit komt enerzijds doordat de rechtbank waar Rosemelle het hoofd van is, de magistratuur, wat min of meer te vergelijken is met een kantonrechter of een arrondisementsrechtbank, in feite helemaal geen mandaat heeft om zich bezig te houden met zaken die zich buiten het territorium van Kenia bevinden. Deze zaken zouden moeten worden overgedragen aan de zogenaamde High Court. De reden dat Kenia toch akkoord is gegaan met het opnemen en berechten van piraten is doordat het ministerie van Buitenlandse Zaken daartoe een overeenkomst heeft getekend met de internationale gemeenschap. Maar noch de openbare aanklager, noch de rechtbanken zijn hierover ooit geraadpleegd. De openbare aanklager gooit nu roet in het eten, waarmee het stopzetten van de opname en berechting van piraten in feite een politiek probleem is geworden. In Nederland kregen wij nog wel eens de indruk dat het om financiele redenen zou zijn- de Keniaanse autoriteiten zouden meer geld willen zien- maar volgens Rosemelle is dit dus niet het geval. Rosemelle is ook erg enthousiast over de nieuwe grondwet en hoopt dat hiermee het vertrouwen in het rechtssysteem zal terugkomen.

Rosemelle Mutoka, hoofd van de magistratuur

We besluiten de dag met een bezoek aan het Muslim Education & Welfare Association. Deze NGO verleent psychische bijstand aan de piraten en verzorgt het materiaal voor het onderwijs in de gevangenis. Doordat de piraten- in tegenstelling tot de andere gevangenen- niet of nauwelijks familiebezoek ontvangen, probeert deze organisatie dit gat te vullen.

Op het vliegveld voor de terugreis komen we een oude bekende tegen: Caroline Teti. Caroline was twee weken geleden op uitnodiging van het MeerPartijen Initiatief tegen HIV/Aids- waar Ewout voorzitter van is- in de Kamer voor de opening van een fototentoonstelling over moedersterfte. Wat een kleine wereld is het toch.