Senaat: regering moet afblijven van Mensenrechtenhof

Het plan van de regering om het Europese Mensenrechtenhof aan banden te leggen, kan de prullenmand in. Een overgrote meerderheid van de Eerste Kamer vindt dat minister Rosenthal geen enkel argument geeft dat ingrijpen in de rechtsmacht van Europa's hoogste rechter zouden kunnen billijken. SP-senator Tiny Kox is blij: 'De Eerste Kamer staat pal voor de unieke bescherming die alle Europeanen hebben op grond van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en waarvoor ze terecht kunnen bij het Mensenrechtenhof in Straatsburg. De regering zou zich moeten schamen.'

Tijdens de Algemene Europese Beschouwingen kwam minister Rosenthal in harde aanvaring met vrijwel alle partijen. In een nieuwe notitie over het mensenrechtenbeleid levert de regering ongenuanceerde kritiek op de uitspraken van het Mensenrechtenhof en stelt voor regeringen meer ruimte te geven de bindende vonnissen van het Hof 'op te rekken'. Daarmee zet hij een streep door de jarenlange steun vanuit Nederland voor de unieke Europese rechtsbescherming voor elke Europeaan. Kox: 'Snapt de minister nu echt niet dat zijn voorstel juist met applaus zal worden ontvangen door die regeringen in Europa die nu al veel te vaak en ten onrechte proberen onder vonnissen van het Mensenrechtenhof uit te komen? De Nederlandse opstelling is koren op hun molen.' Kox doelt op landen als Rusland, Roemeniƫ en Turkije waar regeringen voortdurend proberen de dwingende uitspraken van het Hof te omzeilen. Zij verwijten het Mensenrechtenhof 'te politiek' te opereren. De Nederlandse regering sluit zich daar nu bij aan.

Rosenthal krijgt van alle kanten van de Eerste Kamer kritiek. In zijn notitie geeft hij geen enkele onderbouwing voor zijn bewering dat er iets mis is met uitspraken van het Hof. Kox: 'Zoiets is dom en gevaarlijk: geen argumenten, dan ook geen nieuw beleid. Het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens is uniek. Elke Europeaan kan naar de rechter in Straatsburg als zijn mensenrechten worden aangetast. In een wereld waarin macht doorgaans de orde bepaalt, is dit verdrag, met het Mensenrechtenhof als bewaker, een lichtend voorbeeld van een beschaafde internationale rechtsorde.'