Geen steun voor regime in Wit-Rusland

'Alle oppositieleden en journalisten in Wit-Rusland moeten vrij,' dat zegt Harry van Bommel over de politieke situatie in dat land. 'Bovendien moet er geen financiële steun van de EU naar Wit-Rusland worden gestuurd.' Naar het oordeel van de Organisatie Voor Veiligheid en Samenwerking in Europa heeft de regering van Wit-Rusland geknoeid met de telling van de stemmen van de verkiezingen van zondag 19 december. Ook tijdens de verkiezingen zelf waren er onregelmatigheden. Het geld was Wit-Rusland in het vooruitzicht gesteld in het kader van een samenwerkingsprogramma met de EU.

Na aanvankelijk hoopgevende signalen over een ontspanning van de beperkende maatregelen op het gebied van vrijheid van organisatie en meningsuiting voor de verkiezingen blijkt dat hieraan geen gevolg is gegeven tijdens de verkiezingen. Onregelmatigheden hebben ervoor gezorgd dat de heersende president Loekasjenko, die al 16 jaar aan de macht is, herkozen is. De oppositie van Wit-Rusland organiseerde na het sluiten van de stembussen een protestbijeenkomst in de hoofdstad Minsk. Daarna zijn zeker 1000 mensen gearresteerd, waaronder een aantal van de kandidaten voor het presidentschap. Sommigen van hen zijn mishandeld. Van Bommel: 'Het is niet voor het eerst dat er een golf van repressie wordt uitgestort over de Wit-Russische oppositie na een verkiezing. Het is van groot belang dat een hertelling van de stemmen komt of dat de verkiezingen worden overgedaan, zodat duidelijk wordt wat de echte uitslag is.'