Eerste Kamer: Hirsch Ballin handelde onjuist in Raad van Ministers van de Europese Unie

Minister Hirsch Ballin van Justitie heeft onjuist gehandeld toen hij op 30 november in de Raad van Ministers van de Europese Unie namens Nederland groen licht gaf aan twee Europese besluiten, zonder de wettelijk vereiste instemming van de Eerste Kamer. Door welbewust het instemmingsrecht van de Eerste Kamer te negeren, heeft hij afbreuk gedaan aan de staatsrechtelijke rol van de senaat.

Tot die conclusie komt de Eerste Kamer na bestudering van een eerdere reactie van Hirsch Ballin. Die wordt ‘niet bevredigend’ genoemd. SP-senator Tiny Kox, voorzitter van de Vaste Kamercommissie voor de JBZ-Raad, heeft de minister per brief op de hoogte gebracht van het niet mis te verstane oordeel van de Kamer. Ook Minister-President Balkenende is geïnformeerd, omdat Hirsch Ballin zich erop beroept dat hij door het kabinet gemachtigd was het wettelijke instemmingsrecht van de Eerste Kamer te negeren. “De commissie merkt op dat een machtiging van de ministerraad niet kan bewerkstelligen dat een onjuist besluit in een juist besluit verandert”, zo schrijft Kox namens de vaste Kamercommissie aan Hirsch Ballin en Balkenende. De Senaat betreurt ook het uitblijven van reacties op andere klachten, alsook de trage afhandeling van brieven door de minister van Justitie: “Het uitblijven van antwoorden terwijl de onderhandelingen in de EU voortgaan, verhindert een betekenisvolle dialoog tussen regering en parlement op het moment dat bijsturen nog mogelijk is.”

De Eerste Kamer gaat ervan uit dat de minister van Justitie zich in de conclusies van de Vaste Kamercommissie kan vinden.