Onmiddellijk staakt-het-vuren in Georgië noodzaak

Harry van Bommel heeft minister Verhagen opheldering gevraagd over de Nederlandse opstelling in de oorlog tussen Rusland en Georgië. Daarbij is ook het beloofde kandidaatlidmaatschap, de MAP-status, van de NAVO voor Georgië een belangrijk punt.

Na een Georgische aanval op Zuid-Ossetische opstandelingen en de burgers van de stad Tschinvali, loopt het oude conflict volledig uit de hand. “De openlijke aanval op de hoofdstad van Zuid-Ossetië is gevolgd door Russische bombardementen op Georgische burger- en militaire doelen. Ook dat is onaanvaardbaar. Beide partijen moeten onmiddellijk tot een staakt-het-vuren komen”, aldus Harry van Bommel. Inmiddels zijn meer landen bij het conflict betrokken, zoals Oekraïne, dat heeft aangekondigd de Russische vloot in de Zwarte Zee niet toe te laten tot de haven van Sebastopol.

Georgië heeft zich de afgelopen vijftien jaar tot het Westen gewend om zich van de aloude Russische invloed los te kunnen maken. Het land heeft militaire samenwerkingsovereenkomsten met NAVO-landen en sinds 2006 is Georgië opgenomen in het Intensified Dialogue programma van de NAVO. Eerder dit jaar wilde Georgië de MAP-status van de NAVO maar dat besluit is uitgesteld. Van Bommel: ”Het Georgische plan om het Westen bij de conflicten van het land met Rusland te betrekken, is uitgelopen op een ramp. Dat plan moet niet verder worden gesteund. Ik wil van de minister weten wat de militaire samenwerking met Georgië precies betekent. Een stabiele en vreedzame Kaukasus is van het grootste belang. Een MAP-status voor Georgië is een daarbij een ongunstige ontwikkeling en moet worden afgewezen. Maar eerst is een staakt-het-vuren vereist.“