ISAF-missie Uruzgan wordt vechtmissie
De veiligheidssituatie in de Afghaanse provincie Uruzgan, waar Nederland vanaf augustus meedoet aan de NAVO-operatie ISAF, is aanzienlijk verslechterd. Het aantal aanslagen en hinderlagen van de Taliban stijgt fors. Nederland wil daarom extra militairen naar het gebied sturen. SP-Kamerlid Van Bommel vindt dat de missie opnieuw ter discussie moet komen te staan: “Dit is een andere missie dan waar de Kamer in februari mee heeft ingestemd. Het zou een opbouwmissie zijn, maar dit wordt duidelijk een vechtmissie. Nederland moet niet als Amerikaanse uitzendkracht op grote schaal oorlog gaan voeren in Afghanistan.”
De Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD) zegt dat ook de organisatie van de Taliban steeds beter wordt. De strijders beschikken over moderne wapensystemen en communicatieapparatuur en kunnen daar effectief mee om gaan. Voor de Nederlandse troepen dreigen bomaanslagen, hinderlagen en aanvallen op de kwetsbare helikopters, aldus de MIVD.
Om tegenwicht te bieden aan deze ontwikkelingen gaan er tweehonderd militairen extra naar Uruzgan. Daarmee komt het totale aantal militairen voor deze missie op 1400, oplopend tot zo'n tweeduizend. Verder worden extra F16-vliegtuigen ingezet. De uitgaven lopen met zo'n 100 miljoen euro op, de hele operatie zal uiteindelijk tot zo’n 400 miljoen euro kosten. Daar bovenop komt de extra inzet van de F16’s voor ongeveer een miljoen euro per maand.
De steun van de PvdA was uiteindelijk doorslaggevend voor Nederland om in te stemmen met de missie, ook omdat regeringspartij D66 de missie niet steunde. Van Bommel verwijst naar het argument van de PvdA dat de militairen zich moeten kunnen richten op wederopbouw. “Nu het een vechtmissie wordt zou de steun van de PvdA logischerwijs moeten komen te vervallen. De doorgang van de missie moet daarom opnieuw op de agenda komen.”
