Grote meerderheid van de Nederlanders tegen de walvisjacht

Een grote meerderheid van de Nederlanders is tegen de walvisjacht. Dit blijkt uit een TNS NIPO onderzoek in opdracht van de WSPA, een organisatie die zich inzet voor de bescherming van de dieren. Maar liefst 93% vindt de wrede methode waarmee gejaagd wordt verwerpelijk. SP-Kamerlid Krista van Velzen ziet deze uitslag als steun in de rug voor haar verzet tegen het voornemen van minister Veerman om in te stemmen met een verdrag dat de commerciële walvisvaart weer mogelijk moet maken.

Sinds 1986 is de commerciële walvisjacht verboden. Volgende week vindt echter de jaarlijkse vergadering van de Internationale Walvisvaart Commissie (IWC) plaats in Korea, waar het er voor het eerst naar uitziet dat de landen die wel op walvissen willen jagen in de meerderheid zijn. De insteek van Nederland op de bijeenkomst is uiterst dubieus. Minister Veerman zegt tegen de walvisjacht te zijn, maar laat zich gijzelen door landen als Japan en Noorwegen, die dreigen uit het verdrag te stappen. SP-Kamerlid Van Velzen: "Typisch Veerman, hij doet op voorhand water bij de wijn in plaats van de confrontatie aan te gaan met landen die de regels al jaren willens en wetens aan hun laars lappen. Op deze manier wordt illegaal gedrag gelegitimeerd."

Op de vergadering zal Nederland haar steun verlenen aan het instellen van vangstquota. Dit zal ertoe leiden dat er nieuwe markten ontstaan voor walvisvlees en walvisproducten en onvermijdelijk tot meer druk op uitbreiding van de walvisjacht

Momenteel mag er enkel voor wetenschappelijke doelen op walvissen worden gejaagd. Een dekmantel, volgens Krista van Velzen. De dieren kunnen ook bestudeerd worden zonder ze te doden. De grote schaal waarop ze gedood worden, is al helemaal niet te verantwoorden met wetenschappelijke motieven. Het vlees komt 'na bestudering' in grote getale op de markt terecht. De Kamer debatteert morgen met Veerman over dit onderwerp.