Van Velzen: ’Vogelpest toont noodzaak reorganisatie pluimveesector’
Miljoenen kippen zijn inmiddels het slachtoffer van de vogelpest geworden. De manier waarop de industrie is georganiseerd is de SP al jaren een doorn in het oog. SP-Kamerlid Krista van Velzen: ’Door te veel dieren op elkaar in een klein gebied te houden, geef je het virus de kans om zich heen te grijpen. Dat is er de oorzaak van dat er gruwelijke maatregelen nodig zijn om de kippen ergens anders in het land te beschermen tegen dit virus.’
Van Velzen: ’Ik hoop dat dit gruwelijke virus snel onder controle is en er niet meer kippen dood gaan aan het virus of door het preventief afmaken om verdere verspreiding te voorkomen. Door veel te overleggen met mensen uit de praktijk en contacten met dierenbeschermingsorganisaties, krijg ik een goed beeld van wat er aan de hand is en kan ik de minister tijdens de wekelijkse gesprekken over dit onderwerp de juiste vragen stellen of onderwerpen onder de aandacht brengen.’
’Vooral berichten over hoe er met dierwelzijn werd omgegaan vond ik schokkend. In het begin werden eendagskuikens verhakseld omdat er voor kuikens wel en voor de eieren geen vergoeding was. Dus werden eieren de gewoon uitgebroed en vervolgens afgemaakt. Walgelijk! Gelukkig is daar een einde aan gemaakt. Ook hebben wij er op aangedrongen dat de Landelijke Inspectiedienst van de Dierenbescherming (LID) betrokken moest zijn bij het toezicht op het doden van de dieren. Zeker na het incident met het gebruik van het gif Neocidol dat aan het voer werd toegevoegd. De dierwelzijnscommissie had bepaald dat het gebruik van dit gif om dieren te doden geen extra welzijnsproblemen met zich mee bracht. Ik heb tijdens het debat waarin het gebruik van dit gif werd aangekondigd aan de minister gevraagd of hij wel zeker wist dat dit gif niet zou leiden tot een langzame en pijnlijke dood. De minister wist zeker van niet. Maar na twee dagen bleek dat het te lang duurde voordat dieren stierven en zij dus onnodig moesten lijden.’
Het moeilijke van deze crisis is dat het zich onvoorspelbaar verspreidt. In eerste instantie werd er gekozen voor het doden van dieren in een straal van 1 km rondom een besmet bedrijf. Onder druk van CDA, VVD en LPF is er gekozen voor een straal van 3 km, om verdere verspreiding te voorkomen. Maar één van de laatste besmettingen maakte een ’sprong’ van 20 km. Van Velzen: ’Moeten we dan kiezen voor ruimen in een straal van 20 km? Ik denk van niet. De meeste besmettingen zijn meestal het gevolg van menselijk contact, bijvoorbeeld via transport. Het is dus vooral zaak dat iedereen goed de hygiënemaatregelen in acht neemt.’
’Naast het in de gaten houden van het verloop van de crisis, is het belangrijkste wat mij betreft de discussie over hoe het nu verder moet. In eerste instantie wilde de meeste woordvoerders van andere partijen in de kamer niet aan een ’brede’ discussie. Gelukkig hebben we minister Veerman aan onze zijde. Ook hij vindt dat er gekeken moet worden naar de manier waarop de sector georganiseerd moet worden. Daar gaan we hem aan houden.’