Remi Poppe: ‘Beperking huurstijging geen enkel probleem!’

Het kabinetsbesluit om een motie van Tweede Kamer over de beperking van de huurverhoging te negeren kan niet onderbouwd worden met harde afspraken uit het verleden. Dat blijkt volgens SP-kamerlid Remi Poppe uit de toelichtende brief van staatssecretaris Remkes bij het kabinetsbesluit. Remkes schrijft dat hij de wens van de Kamer om de maximale huurstijging te beperken tot de inflatie, niet zal uitvoeren. In dezelfde brief erkent de staatssecretaris echter dat ‘over de gehele huursector genomen kan worden volstaan met een inflatievolgend huurbeleid’.

De woningcorporaties willen tot 2010 de mogelijkheid houden om een gemiddelde jaarlijkse huurverhoging van 3,8 procent te vragen, bijna het dubbele van de huidige inflatie. Dit percentage zou destijds zijn afgesproken. In de toelichting bij de wet balansverkorting, die de basis vormde voor de verzelfstandiging van de woningcorporaties staat echter letterlijk: ‘aan dit percentage kan geen enkele normatieve waarde worden toegekend’.

De SP heeft op grond van het recent verschenen toezichtverslag Sociale Huursector 1998 berekend dat de woningcorporaties in dat jaar per woning gemiddeld f 545 winst hebben gemaakt. Bij een inflatievolgend huurbeleid zou deze winst dalen tot f470. Dat is dus evenmin een reden om de huurmatiging af te blazen. Tenslotte blijkt uit het laatste woningbehoeftenonderzoek van de rijksoverheid dat huurders van hun inkomen gemiddeld 7 procent méér aan woonlasten kwijt zijn dan eigenwoningbezitters, terwijl ze in kleinere huizen wonen.

Poppe zal daarom bij het overleg van staatssecretaris Remkes met de Kamer vasthouden aan de eis van de (door de SP mede ondertekende) motie Van ’t Riet, en zonodig een Kameruitspraak vragen over het kabinetsbesluit.