Het wassende water
Een medewerkster van de Tweede Kamer vertelde me laatst dat ze overwogen had om in het Westland te gaan wonen. Ze maakte zich echter zó ongerust over de zeespiegelstijging en de toenemende neerslag dat ze uiteindelijk in West-Brabant is blijven wonen, waardoor ze nu dagelijks 70 kilometer naar Den Haag moet pendelen.
Overdreven? Ik denk het wel. Toch is het goed dat deze week de Deltacommissie-2 zijn advies heeft aangeboden over de strijd tegen het wassende water in de komende twee eeuwen. Tijdens de presentatie ging een onheilspellende video in première, gemaakt door de regisseur die twee jaar geleden in opdracht van Pieter van Vollenhoven een reconstructie maakte van de Schipholbrand. Veel jagende wolken, klotsend water tegen de dijken en natuurlijk werd ook het archief van de watersnoodramp uit 1953 weer eens opengetrokken. Met zo’n PR offensief krijg je de neiging om wat recalcitrant te worden. Dat is in dit geval niet terecht.
Ik heb inmiddels het advies ‘Samen werken met water’ uit. Voorlopige conclusie: op hoofdlijnen een prima verhaal. Wat mij het meest aanspreekt is dat de commissie bekeken heeft wat er zou moeten gebeuren met de kustverdediging, het rivierengebied en de zoetwatervoorziening bij zeespiegelstijgingen tot een halve meter, tot een meter en boven een meter. Vervolgens heeft ze bekeken hoe je stapsgewijs maatregelen kunt nemen die passen bij de actuele situatie, maar óók een logische stap blijven wanneer de zeespiegel verder zou stijgen.
De kustverdediging blijkt relatief gemakkelijk op te lossen, ook bij een zeespiegel die aanzienlijk hoger staat. Veel lastiger is het bufferen van rivierwater op momenten dat hoge afvoer van de Rijn en Maas samenvalt met springtij. De commissie stelt voor om geleidelijk aan het IJsselmeer en delen van de Zeeuwse Delta geschikt te maken als bufferopvang. Het IJsselmeer zou dan ook een belangrijke rol gaan spelen als zoetwaterbuffer voor de landbouw en de drinkwatervoorziening. Dat klinkt eenvoudiger dan het is. Ik heb al een ongerust mailtje gekregen van een inwoner van Enkhuizen die zich niet goed kan voorstellen hoe dit historische stadje zijn schitterende havenfront kan behouden als het water anderhalve meter hoger staat.
Mijn grootste kritiek op de Deltacommissie is dat ze een zeer slap advies hebben gegeven over de gevolgen van de zeespiegelstijging voor het ruimtelijk beleid in de Randstad. Daar mogen de lokale overheden en de projectontwikkelaars hun gang blijven gaan met het volbouwen van gebieden die daar steeds minder geschikt voor zijn. Ook is een gemiste kans dat er niet krachtiger gewaarschuwd is voor de gevolgen van de vaargeulverdieping van de Westerschelde voor de langere termijn.
De Deltacommissie denkt dat voor het verbeteren van de waterveiligheid en zoetwatervoorziening de komende honderd jaar één tot anderhalf miljard euro per jaar extra uitgegeven moet worden. Da’s een hoop geld, maar wat mij betreft goed besteed geld. De komende vijftien jaar is het alleen al nodig om de bestaande dijken op de normhoogte van 1956 (!) te brengen, want 30% haalt niet eens de norm van de oude Deltacommissie. Soms zijn onheilspellende video’s wel nuttig om elementaire zaken duidelijk te maken.