Verdere vervolgingen Schipholbrand noodzakelijk

SP-Tweede Kamerlid Jan de Wit wil dat minister van Justitie Hirsch Ballin verdere strafvervolging laat instellen tegen de oud-directeur van het cellencomplex op Schiphol-Oost, en tegen de hoofddirectie van de Dienst Justitiële Inrichtingen. Volgens het Kamerlid valt de beslissing om niet verder te vervolgen niet te rijmen met de harde conclusies die de Onderzoeksraad voor Veiligheid vorig jaar trok.

Bij de brand in het cellencomplex op Schiphol-Oost in 2005, kwamen 11 mensen om het leven. De Onderzoeksraad voor Veiligheid die de brand onderzocht, kwam in haar rapport onder andere tot de conclusie dat het personeel van het cellencomplex onvoldoende opgeleid, geïnstrueerd, uitgerust en geoefend was om adequaat op te treden bij brand. De oud-directeur was verantwoordelijk voor deze zaken, en heeft het volgens het rapport af laten weten. Ook aan de hoofddirectie van de Dienst Justitiële Inrichtingen zijn volgens het rapport ernstige tekortkomingen toe te schrijven voor wat betreft de veiligheid, zowel in het beleid als in de uitvoering.

Het Openbaar Ministerie heeft ondanks het vernietigende oordeel van de Onderzoeksraad voor Veiligheid over de betrokken overheidsdiensten, besloten om geen verdere vervolging in te stellen. De Wit: "Ik vind dat zowel de oud-directeur als de hoofddirectie van de Dienst Justitiële Inrichtingen voor de rechter verantwoording moeten afleggen voor de gevolgen van hun handelen".